Ds. De Jonge spreekt voor LWKV:
Droom met ogen open en benen op de grondVan onze kerkredactie AMERSFOORT Een droom van een kerk in het Nieuwe Testament? Jazeker. Maar als men droomt, wordt de harde werkelijkheid met haar ontsporingen niet uit het oog verloren. Daarom: droom voluit, maar houd de ogen open en de beentjes op de grond. Ds. K. T. de Jonge, christelijk gereformeerd predikant van de samenwerkingsgemeente met de Nederlands gereformeerden te Almere, sprak zaterdag tijdens de najaarsbijeenkomst van de Landelijke Werkgroep Kerk en Vrouw (LWKV) te Amersfoort. Hij refereerde over de vraag: Wat maakt een kerk tot KERK? Op allerlei manieren kwam het feit dat de synode van Haarlem/Nunspeet ook de kwestie van de vrouw in het ambt op de agenda heeft staan, aan de orde. De voorzitster van de LWKLV, mevrouw S. Rustenburg-van de Poppe, zei in haar openingswoord al dat er veel gebeurd is dat het vermelden waard is: de openstelling van het ambt voor vrouwen bij zowel de oud-katholieken als bij de baptisten. Maar ook in de stukken van onze eigen synode staat zwart op wit, al is het in een minderheidsrapport, dat alle ambten opengesteld moeten worden voor vrouwen. Zij laakte het krampachtig pogen de eenheid in de kerken te bewaren: Recht doen aan de verscheidenheid is wellicht beter. Synode De voorzitster deed voorbede voor de synode in het algemeen en voor de commissie die zich bezighoudt met de vrouw in het ambt in het bijzonder. Maar ook tijdens de discussie kwam de kwestie van de vrouw in het ambt ter sprake. Nadat een aantal van de 38 aanwezigen (28 vrouwen en tien mannen), gereageerd had op de inleiding van ds. De Jonge werd hem eerst gevraagd waarom hij het over de broederschap had en dat niet aanvulde tot zusterschap. De predikant zei zich toch graag aan de bijbelse termen te houden. Maar lang niet alle deelnemers waren even content als de voorzitster met datgene wat op de synode gebeurt. U spreekt over hoop, maar bij mij is, al lezend in de artikelen over wat zich op de synode afspeelt, alle hoop vervlogen, reageerde een dame. Een oudere predikantsweduwe riep: Maar de synode zal het een keer verliezen. Waarop ds. De Jonge zei: Die droom moet u houden. Achter in het zaaltje riep een deelnemer: Droom of nachtmerrie? Hoop Er zijn toch tekenen van hoop, aldus de voorzitster, die verwees naar het feit dat in Delft een vrouwelijke pastoraal werkster is aangesteld. En in het commissierapport bij de bewuste synodestukken wordt toch maar gesteld dat de gave van de vrouw beter benut moet worden. Een andere aanwezige stelde dat wij te snel moedeloos zijn. Ds. De Jonge stelde in zijn bijdrage Werk aan de kerk tussen droom en werkelijkheid dat waar je het meest van houdt, je ook vaak het meest lijdt. De kerk geeft een dubbel gevoel: hoop en wanhoop, vreugde en verdriet, ideaal en werkelijkheid. Hij zei dat we verkeerd dromen van Handelingen 2 als we de geschiedenis uitwissen. Maar het is ook verkeerd als je doet alsof het geen werkelijkheid kan worden. Maar de harde werkelijkheid moet ook in de gaten gehouden worden. Daarop ging de predikant uit Almere in op een aantal kenmerken van de kerk en somde vier vormen van kerkenwerk op: vieren, dienen, leren en delen. Hij riep de aanwezige christelijke gereformeerden ertoe op hun idealen niet op te geven, maar te blijven dromen omdat je de droom kent van de ene kerk van Jezus Christus. Die droom moet niet als vlucht, maar als bemoediging werken. |