Kerkelijk Leven

Bezwaarden willen niet medeverantwoordelijk zijn

Baptisten geven vrouw
status als voorganger

Van onze kerkredactie
HOOGEZAND - De gemeenten die aangesloten zijn bij de Unie van Baptisten Gemeenten geven elkaar ruimte om een vrouwelijke voorganger te hebben. Tot dit besluit kwam de algemene vergadering van de Unie gisteren na uitvoerige discussie. Daarmee is de weg geopend naar een officieel erkende status van vrouwelijke voorgangers. Met een reglementswijziging wil de Commissie der Unie tevens tegemoetkomen aan bezwaarden, die geen medeverantwoordelijkheid willen dragen voor het beroepbaar stellen van vrouwelijke voorgangers vanuit de Unie.

Al tijdens de dagopening kwam de kwestie aan de orde door een verwijzing naar het ordevoorstel van Alblasserdam van gisteren. Ds. F. Rogaar uit Zwolle mediteerde over Maria aan de voeten van Jezus. „Tijdens de discussie viel het mij op dat sommigen koste wat het kost verdedigen waar zij voor staan. Soms tot ergernis van anderen, waarop een fanatieke reactie volgt. Bedenk dat Jezus van ons allemaal evenveel houdt. Misschien zit de ander op een andere golflengte, maar hij is ook in dienst van de Heer”.

Voorafgaand aan de bespreking over vrouwelijke voorgangers kreeg de vergadering opnieuw een 'vermaning'. Ds. Chr. Eijer, voorzitter van de Commissie der Unie, legde uit dat de motie van de commissie niet vraagt om instemming met vrouwelijke voorgangers maar om wederzijds respect. „De bespreking raakt de zenuw van de baptistengemeenten”.

Bijbel citeren
Na de toelichting vroegen 29 baptistengemeenten via hun vertegenwoordiger het woord. Voorzitter ds. H. Bijleveld vroeg geen discussie te houden omtrent bijbelteksten. „Dat schiet zijn doel voorbij. Het gaat om de vraag of u een zustergemeente toelaat op haar manier de Heer te dienen”. De gemeente Utrecht-Silo onderstreepte dit. „Het gaat om liefde voor elkaar, zonder de kern, Vader, Zoon en Geest, los te laten”. Doetinchem wilde juist wel teruggaan op de Bijbel. „Als je hier een tekst citeert, wordt daar ongemakkelijk op gereageerd of gezegd dat je dat beter niet kunt doen. We moeten luisteren naar wat de Heere God zegt”.

Zutphen, waar een vrouwelijke voorganger actief is, zei „opgelucht” te zijn door het voorstel. De vertegenwoordiger uit Amsterdam vertelde door een zusterzendeling tot geloof te zijn gekomen. „Als zusters, door God bewogen, het Evangelie verkondigen en zielen worden gered, wie ben ik dan om het werk van de Geest te keren?”

De Commissie der Unie constateerde in haar motie dat er verschillende interpretaties van de Schrift mogelijk zijn. Dat is een conclusie uit de praktijk, reageerde Appingedam. „Dan moeten we met elkaar om de Schrift”. „Als er verschillende interpretaties zijn”, reageerde ds. H. Schouten uit Hoogeveen, „laat mij dan een bijbeltekst zien die ruimte biedt voor vrouwelijke voorgangers. We halen een nieuwe en vreemde zaak onze gemeenten binnen”. Volgens Leiden koos de commissie voor een bestuurlijke en niet voor een bijbels-bestuurlijke oplossing.

Van de 228 afgevaardigden die gisteren aanwezig waren, stemden na de discussie 130 in met het voorstel in, 62 stemden tegen, de overigen onthielden zich van stemming.

Opleiding
De vergadering aanvaardde een voorstel om aan de Evangelische Theologische Hogeschool (ETH) in Veenendaal een 'baptistenvariant' op te zetten. Aan de ETH studeren twaalf baptistenjongeren die voorganger willen worden. De commissie voor de opleiding wil hen graag al in een vroeg stadium begeleiden, door een pakket 'baptistica' aan te bieden.

De gebruikelijke route voor baptisten is die via de Universiteit Utrecht, gecombineerd met het eigen seminarium. Voor 'late roepingen' biedt het seminarium ook een parttime opleiding. Sommige afgevaardigden waren bang dat met de nieuwe opleiding aan de ETH de universitaire studie nog verder uit de gratie zal raken. De Commissie der Unie, alsmede prof. J. Reiling, voorheen rector van het baptistenseminarium, deelden deze zorg.

Uit de vergadering kwam verder de kritiek dat het reorganisatieproces van de Unie zo traag verloopt. „We worden hier ontzettend moe van”. Naar aanleiding van het jaarverslag van de Unie vroeg Kollumerzwaag hoe het staat met de contacten van de Unie met de (behoudende) Broederschap van Baptistengemeenten. „Waarom is hier geen afgevaardigde van hen?” Op bestuursniveau zijn er op dit moment geen contacten, moest ds. Eijer toegeven. De Broederschap is volgens hem wel uitgenodigd hier aanwezig te zijn. Desgevraagd zegt ds. O. Bottenbley uit Drachten, voorzitter van het bestuur van de Broederschap, niets van een uitnodiging af te weten.