Gejuich

Kind des Heeren, uw liefde tot Christus moet nooit verminderen, maar altijd vermeerderen. U bent het aan Hem ten hoogste verplicht. Hij heeft voor al uw zonden voldaan, Hij heeft u verlost van het geweld van de duivel en Hij zal u volkomen zalig maken. Zijn eigendom te zijn naar ziel en lichaam is uw enige troost in dit leven en in uw sterven.

De bekeerde zondares in Lukas 7 toonde verschillende blijken van een veranderde gemoedsgesteldheid, haar bijzondere hoogachting en liefde tot Jezus, want zij kuste zelfs Zijn voeten. Schaamt u zich dan niet voor Zijn Naam, eer en waarheid uit te komen. Kust ook zelf Zijn voeten, die u de vrede geboodschapt hebben. Wat uw tijdelijke goederen betreft, u kunt ze nooit beter besteden dan dat u ze aan Christus geeft en aan Hem besteedt van Wie u alles wat u bezit, heeft ontvangen. Houdt geen ding te kostelijk dat u het niet aan de Heere zou geven.

Geeft Hem dan wat u wettig heeft gekregen en zalft Jezus' voeten door weldadigheid te bewijzen aan de armen. Hij zal straks al de tranen van droefheid en van berouw over uw zonden afwissen.

Het blijft echter hier een tranendal. Ook de tranen in het uur van de dood zullen afgewist worden en de dood zal dan niet meer zijn, noch rouw noch gekrijt. Op uw treurtijd zal een eeuwig gejuich volgen. De Heere zal aan u waar maken: „Die met tranen zaaien, zullen met gejuich maaien”.

Jesajas Hillenius, predikant te Drachten
(Eenige keurstoffen, 1756)