Kerkelijk Leven


Ds. T. Ouwerkerk tijdens appèlbijeenkomst rondom WK '98:

„Hebt u uzelf al gebogen voor die
ene paal met die ene dwarsbalk?”

Van een medewerker
ZALTBOMMEL – „De wereld ligt in aanbidding neer voor haar god: twee palen en een dwarslat. En wij? Ook al buigt u uzelf niet neer voor Koning Voetbal, hebt u uzelf al gebogen voor die ene paal met die ene dwarsbalk? Voor dat kruis op Golgotha, voor de Koning der koningen?” Deze indringende vraag stelde ds. T. Ouwerkerk gisteravond tijdens een appèl- en zangbijeenkomst in Zaltbommel.

De St.-Maartenskerk stroomde gisteravond goed vol. Ruim vierhonderd mensen waren aanwezig om naar aanleiding van het wereldkampioenschap voetbal zingend te belijden dat de HEERE hun God is.

„In verwondering en ontroering zijn wij door Gods genade en voorzienigheid vanavond samengebracht”, zo begon ds. Ouwerkerk de avond. Samenzang volgde: „Geloofd zij God met diepst ontzag”. De toon van de avond was gezet.

Vulling
De hervormde predikant uit Zetten-Andelst sprak in zijn appèlwoord over „Ik ben de HEERE uw God”, een tekst uit Exodus 20. „In het paradijs hebben wij God uit ons hart gezet. Dat geeft een enorme leegte. De mens zoekt daarom vulling en vindt dat nu in het voetbal”, aldus ds. Ouwerkerk. „Maar wij hebben ons niet te verheffen boven deze mensen. We zijn geen haar beter. Als u niet gelooft dat de HEERE uw God is, dan bent u net zover heen als al die miljoenen die zich vanavond vergapen voor de buis”.

De predikant benadrukte dat we allemaal liggen in de wurggreep van de boze. „Ook al houdt u niet van voetbal. Allen zijn we machteloos gebonden aan de zonde. Hoe kom ik dan ooit dat diensthuis uit? Enkel door het allesdoortrekkende bloed van het Lam. Bloed dat u de zonde doet haten en vlieden. Op grond van vrije genade zegt God tot u: Ik ben de HEERE uw God. Hij roept u op: Laat u met God verzoenen”.

Bemoediging
Ds. Ouwerkerk gaf aan dat we uit het diensthuis moeten worden uitgeleid. „Je komt dan in de woestijn terecht. Ook komt er strijd tegen de vijand vanbuiten en vanbinnen. Maar dan krijgt u die bemoediging: Ik zal u niet begeven en Ik zal u niet verlaten. Eén ding mogen we echter niet vergeten: het land Kanaän was toegezegd aan allen die het diensthuis Egypte hadden verlaten. Maar niet allen kwamen daar. En waardoor? Door eigen ongeloof. Maar ook ons wordt de grond van het geloof aangeboden, opdat we die belofte bezitten en toepassen door het geloof om zo de HEERE als onze God te hebben en Christus deelachtig te worden, zodat we kunnen zeggen: „Mijn HEERE en mijn God”.

Met die belofte moeten we werkzaam zijn”, stelde de predikant. „En anders komen we net als Israël om in de woestijn door ongeloof. En ongeloof is niet even voetbal kijken. Ongeloof is opstand tegen God. U hebt het recht niet onbekeerd te zijn. Onbekeerd zijn is geen lot, maar schuld tegenover een goeddoend God”.

Meer dan wereldbeker
„Hoe zal ik dan ooit opgaan tot de God mijner blijdschap om mijn Vader, Bruidegom en Trooster te aanschouwen? Dat kan alleen door de grootste belofte uit de Bijbel: Ik ben de HEERE uw God. Uitgeleid uit Egypte, doorgeleid door de woestijn en heengeleid naar het vaderhuis. Als u dat kent, kijkt u niet neer op die ander, maar roept u het hem toe in zijn armoede en leegte: „De HEERE is God”. Zijn gunst is meer dan een wereldbeker. Kom ga met ons en doe als wij. Neem God in Christus aan door het geloof vanuit deze belofte. God geeft u de belofte immers niet uit beleefdheid, maar als een pleitgrond om tot Hem te komen, Hem aan te nemen, Hem te kennen en te erkennen. Bent u ooit zo'n God tegengekomen? Ik ken er niet één”.

„Men hoort der vromen tent weergalmen van hulp en heil ons aangebracht”. Langzaam sterven de psalmwoorden weg in de stille en verlaten straten van Zaltbommel. Buiten de kerk zijn verreweg de meeste ogen gericht op de wedstrijd Brazilië–Nederland. In de St.-Maartenskerk heffen de aanwezigen nog een couplet van het Wilhelmus aan: „Mijn schild ende betrouwen zijt Gij, o God, mijn Heer!”