Kerkelijk Leven
Wet laat voorlopig ruimte voor registratie

Russisch ministerie
erkent pinksterkerken

Van onze kerkredactie
MOSKOU – Het Russische ministerie van justitie heeft de Unie van Pinkstergemeenten in Rusland onder de nieuwe godsdienstwet erkend. Het invloedrijke Britse Keston College vindt dat bemoedigend, omdat de pinksterkerken volgens een letterlijke interpretatie van de omstreden wet niet voor registratie in aanmerking zouden komen. Gert Stricker van het tijdschrift voor religievrijheid en mensenrechten “Glaube in der 2. Welt” is echter bezorgd. „De wet is op zo veel manieren uit te leggen, dat morgen een aanvraag afgewezen wordt”.

Keston College verwachtte net als vele critici in binnen- en buitenland dat de vorig jaar aangenomen wet de godsdienstvrijheid in Rusland ernstig zou indammen. De wet is vooral bedoeld om de activiteiten van evangelische zendingsorganisaties en nieuwe religieuze bewegingen aan banden te leggen.

Om erkend te worden moet een religieuze organisatie onder meer aantonen dat ze minstens vijftien jaar in Rusland actief is. Voor kerken en groepen die onder het communistische bewind een ondergronds bestaan leidden, is dat vaak een probleem. De pinksterkerken, verenigd in de Russische Unie van Christenen van het Evangelisch Geloof, hebben in het verleden aan hevige vervolging blootgestaan.

Volgens Sergei Ryakhovsky, leider van de Unie, kon geen van de aangesloten pinkstergemeenten aantonen dat ze meer dan vijftien jaar had bestaan. Maar veel families, waaronder die van Ryakhovsky, behoren al generaties lang tot de pinksterkerken. „Mijn grootvader is driemaal gewetensgevangene geweest: onder Stalin, Chroesjtsjov en Brezjnev”.

Om het woord Russisch in de naam te mogen voeren, moet een kerkgenootschap zelfs op een geschiedenis van minstens vijftig jaar in Rusland kunnen bogen. Ook in dit opzicht accepteerde het ministerie van justitie de documenten die Ryakhovsky als bewijs opvoerde. Hij was in de archieven gedoken om vonnissen van rechtbanken tegen leden van pinkstergemeenten en geheime instructies die het kerkgenootschap buiten de wet plaatsten, boven water te krijgen.

Opgelucht
Ryakhovsky was opgelucht dat de pinkstergemeenten niet voorkomen op een lijst met „nieuwe sekten met een destructief karakter” die het Orthodoxe patriarchaat van Moskou vorig jaar publiceerde. Hij was ook blij dat het ministerie zijn Unie had erkend ondanks het feit dat hij openlijk had aangegeven dat veel leden van pinkstergemeenten gewetensbezwaren hebben tegen militaire dienst.

Stricker is erg bezorgd dat de nu opkomende vrijheid voor en erkenning van kerken en groepen voor het jaar 2000 teruggedraaid zal worden. Hij baseert zich op pasages in de bewuste Russische godsdienstwet, die voor het jaar 2000, en wel voor 31 december 1999, een nieuwe aanvraag eist van alle kerkgenootschappen. Veel christenen houden hun hart vast hoe die beoordeling zal uitpakken. Zorg blijft de boventoon voeren, aldus Stricker.