Kerkelijk Leven

Christenen voor Israël polst Nederlandse gelovigen

„Israël moet land op willen
geven in ruil voor vrede”

Van onze kerkredactie
NIJKERK – Van de Nederlandse christenen gelooft 60 procent niet dat God het joodse volk momenteel van de einden der aarde naar Israël brengt; 69 procent gelooft dat Israël meer land moet opgeven in ruil voor vrede; 64 procent denkt dat Israël binnenkort in een nieuwe oorlog betrokken raakt.

Christenen voor Israël (CvI) bevroeg tussen begin januari en half maart telefonisch 2048 christenen in ons land. Dertien wensten er niet mee te werken. De ondervraagden zijn afkomstig uit allerlei denominaties. Bewust legde CvI haar eigen adressenbestand terzijde. CvI maakte gebruik van de uitkomsten van een Trouw-onderzoek naar de verhoudingen in kerkelijk Nederland. Die percentages werden gebruikt . Via kerkelijke jaarboeken bereikte men vervolgens de meelevende leden van kerken en groepen. De kern van het onderzoek bestaat uit twintig vragen. Eric Leijenaar was verantwoordelijk voor het onderzoek.

De uitkomst is zo afwijkend van de antwoorden die Christenen voor Israël zelf geeft, dat voor CvI „nog een schone taak is weggelegd”, aldus Leijenaar. De verschillende inzichten betreffen de landbelofte, toegespitst op de positie van Judea en Samaria, de bestuurlijke verantwoordelijkheid over Jeruzalem, de herbouw van de tempel en de bedreiging door de islam. Leijenaar zou het liefst een onderzoek onder de eigen aanhang doen om te vergelijken. Tijdgebrek zal CvI daarvan echter weerhouden, deelde Leijenaar mee.

Werk aan de winkel
De uitkomst leert, aldus Leijenaar, dat er nog veel werk aan de CvI-winkel is. Om de andersdenkende christenen te overtuigen blijft de organisatie uit Nijkerk zich inzetten via haar publicaties als haar eigen krant, discussieavonden, het optreden van het Hollandkoor en persberichten.

De mening van 60 procent van de Nederlandse christenen is dat Israël de Golanhoogte moet teruggeven aan Syrië, terwijl 18 procent daar op tegen is; 73 procent vindt dat het leger zich moet terugtrekken uit Libanon en 12 procent vindt van niet.

Hoe beoordeelt u de houding van Israël ten opzichte van christenen? vroeg CvI. Het bleek dat 67 procent daar tevreden over was, terwijl 23 procent de regering zelfs het predikaat uitstekend gaf. De Palestijnse Autoriteit krijgt een andere beoordeling als het gaat om haar houding tegenover christenen: 79 procent beschouwt deze als slecht; 86 procent van de ondervraagden is van mening dat Jasser Arafat geen goede bedoelingen heeft ten opzichte van Israël; 3 procent gelooft wel in de goede bedoeling van de Palestijnse leider; 61 procent gelooft in de goede bedoeling van het Palestijnse volk als zodanig; 16 procent heeft er geen mening over en 23 procent gelooft ook niet in de goede bedoeling van de doorsnee Palestijn.

De stelling dat Judea en Samaria bijbels gebied is en om die reden niet door Israël mag worden opgegeven, wordt door 41 procent van de Nederlandse christenen niet onderschreven, terwijl 21 procent het er mee eens is.

Jeruzalem
Van de christenen beschouwt 8 procent de islam als een bedreiging voor het Westen en het christendom; 25 procent is van mening dat Jeruzalem onder Israëlisch bestuur zou moeten staan, maar 45 procent vindt dat de Palestijnen over deze stad de scepter zouden moeten zwaaien.

De gedachte dat de tempel op de Tempelberg herbouwd zal worden, vindt weerklank bij 12 procent van de ondervraagden; 60 procent zegt aan deze gedachte geen geloof te hechten; 27 procent van de ondervraagden denkt dat het herstel van Israël het belangrijkste teken van de eindtijd is; 57 procent is het daarmee oneens.

Het grootste gevaar voor Israël is het Palestijnse volk (34%), Iran (26%) interne verdeeldheid (19%), Irak (9%), Rusland (3%), Syrië (7%) en de islam (2%).

Een van de vragen behelsde de houding van de Nederlandse minister van buitenlandse zaken, Van Mierlo, ten opzichte van Israël. Slecht, antwoordde 59 procent. Matig, reageerde 24 procent, terwijl 13 procent goed en 4 procent uitstekend als antwoord gaf. Verder vindt 51 procent dat Israël tegen elke prijs door moet onderhandelen met de Palestijnen, „ook als het terrorisme binnen Israëls grenzen wordt voortgezet”; 41 procent reageert met „neen”.