Meditatie

Hoererij

„…die uw goed met hoeren doorgebracht heeft…”
Lukas 15:30b

De zonden van hoererij is een zonde, waarmee geen christen noch recht kind van God gemeenschap behoort te hebben. Hij behoort die te schuwen. Deze zonde is tegenwoordig onder de jonge mensen zo algemeen, en wordt bijna niet meer als zonde gerekend en zonder nadenken gepleegd.

De satan, die een erfvijand is van onze zaligheid, bedriegt de mensen, waardoor zij zich ook in deze zonde koesteren. Maar, o mens, als dit zo'n algemeen kwaad is, temeer behoort u zich dan te wachten dat u niet wordt besmet. De satan zegt: „Uw zonde zal verborgen blijven”. Gedenk echter dat de ogen van de Heere u overal zien, en Hij zal eenmaal op de jongste dag alles aan het licht brengen.

Welnu, is de hoererij en onkuisheid zo schandelijk en schadelijk, laat ons er dan van vluchten; naar Paulus zeggen: „Maar vlied de begeerlijkheden der jonkheid” (2 Timótheüs 2:22). Wij moeten ook alles schuwen dat tot deze zonde aanleiding kan geven, zoals de begeerte naar een andere vrouw, en vuile en onnutte woorden. En ook lichtvaardige kleding waardoor de mensen tot zonde verlokt wordt. Zij die dat niet zoeken te vermijden, maar er de hand aan houden, kunnen Gods oordelen verwachten, in dit leven en hiernamaals.

Zo behoort ook de christelijke overheid alles aan te wenden om alle onkuisheid uit haar stad weg te doen. Wanneer zij daar niet nauw op let, zal God Zijn toorn over die stad of dat land verwekken. Doch laten wij ons lichaam bezitten in heiligheid tot Zijn eer en onze zaligheid.

Jac. Hollebekius, predikant te Amsterdam
(De verloren en wedergevonden zoon, 1648)

$