Kerkelijk Leven

Hervormde Kerk herdenkt veertig jaar vrouw in het ambt

De deur van de consistorie kiert

Door M.M.C. van der Wind-Baauw
APELDOORN – Op 23 juni 1958 liet de Hervormde Kerk vrouwen toe tot het ambt van ouderling en diaken. Veertig jaar staat de vrouw in het ambt. Voor de afdeling Vrouw en Kerk van het Centrum voor Educatie een reden de bijdrage van vrouwen te gedenken en te vieren door middel van een conferentie morgen. Maar wat voor de één een mijlpaal betekent, is voor de ander reden tot diepe zorg. Een overzicht van de ontwikkelingen binnen de kerken in de laatste vier decennia en van enkele cruciale momenten daarvoor.

Het besluit in 1958 nam de hervormde synode met een krappe meerderheid van 27 tegen 24 stemmen. Onmiddellijk werden vele vrouwen in het ambt bevestigd. Jarenlange discussie was eraan voorafgegaan. Rond 1951 durfde men het niet aan alle ambten open te stellen uit angst dat de hele nieuwe kerkorde daardoor zou worden afgestemd.

Een besluit dat vrouwen ook het ambt van predikant mochten bekleden, zou nog tien jaar op zich laten wachten. In 1967 ging echter ook deze kogel door de kerk, al mochten vrouwen voor die tijd wel „in bepaalde gevallen en voor bepaalde werkzaamheden predikant zijn”.

Honderd jaar geleden, in 1898, vroeg voor het eerst een vrouw toegang tot het predikantsambt in de NHK. Zij werd niet toegelaten, net als velen daarna. In 1902 verwierp de synode het voorstel van mevrouw K. W. J. Cremer met tien tegen negen stemmen. Sinds 1924 kon de theologisch kandidate worden ingeschreven in het kerkelijk album, het kerkelijk voorbereidend examen afleggen en tot hulpprediker worden benoemd. Als zodanig was zij in sommige gevallen bevoegd openbare godsdienstoefeningen te leiden. Inmiddels is van de hervormde predikanten ongeveer eenvijfde deel vrouw.

Gereformeerde Kerken
In de Gereformeerde Kerken viel het besluit om de vrouw tot het ambt toe te laten voor alledrie de ambten gelijk en wel in maart 1968. De gereformeerden stelden dat de vrouw met de haar geschonken gaven mag medewerken in de ambtelijke diensten en dat voor haar daarbij een volwaardige plaats dient te worden ingeruimd, overeenkomstig het beginsel van wederzijds aanvullend deelgenootschap in een gemeenschappelijke taak. Op 28 november 1969 stelde de synode van Sneek de ambten daadwerkelijk open. Toen waren ook de kerkordelijke consequenties van het besluit doorgelicht.

De Evangelisch Lutherse Kerk was van de drie tegenwoordige SoW-partners de eerste die de vrouw toeliet tot het ambt. Al voor de oorlog, sinds 1931, waren in deze kerk vrouwen predikant. In 1994 waren er ongeveer evenveel vrouwelijke als mannelijke predikanten. Dat geldt overigens voor Nederland. In verscheidene andere landen kan de vrouw geen ambt bekleden in de lutherse kerk. Nog eerder dan de lutheranen hadden de Doopsgezinde Broederschap (1911) en de Remonstrantse Broederschap (1920) een vrouwelijke predikant.

Nederlands gereformeerd
De Nederlands gereformeerden zijn nog volop in discussie over het omstreden thema. Tijdens de landelijke vergadering die vanaf morgen de komende maanden op zaterdagen plaatsheeft (1998), wordt het verzoek van een plaatselijke kerk behandeld om de vrouw ook in het ambt van predikant toe te laten. Tien jaar geleden was dit nog ondenkbaar. Toen, in 1988, leed het voorstel om uit te spreken dat het schriftuurlijk verantwoord is de vrouw toe te laten tot het diakenambt nog schipbreuk. Eind oktober 1994 weigerde de Nederlands gereformeerde regiovergadering met vijf tegen twee stemmen om mevrouw C. Janssens-Jansen examen te laten doen, zodat zij preekconsent zou kunnen krijgen. Bijna drie weken eerder, op 8 oktober 1994, namen de Nederlands gereformeerden wel het voorlopige besluit zusters te roepen tot de vervulling van het diakenambt. Iets dat overigens werd overgelaten aan de vrijheid van de plaatselijke kerken.

Een voorstel ter vergadering om het onderscheid tussen het ambt van ouderling en dat van diaken te laten vervallen en dus beide ambten voor de vrouw open te stellen, kreeg destijds niet de steun van het moderamen. Dit was om uitspraken over het hellend vlak (vandaag de diaken, morgen de ouderling) de kop in te drukken.

Het besluit werd een halfjaar later, op 20 mei 1995, definitief. Van de 88 aanwezige afgevaardigden stemden er elf tegen. Drie personen onthielden zich van stemming. Het besluit kwam de verhouding met andere kerken evenwel niet ten goede.

Christelijk gereformeerd
De Christelijke Gereformeerde Kerken, met wie de Nederlands gereformeerden op diverse plaatsen samenwerken, zijn tegen de vrouw in het ambt. Al denkt ook weer niet iedere christelijk gereformeerde er hetzelfde over. Zo pleit de Landelijke Werkgroep Kerk en Vrouw (LWKV) publiek voor het openstellen van de ambten voor de vrouw, alhoewel dit voor de werkgroep geen doel op zich is. Voorzitster mevrouw S. Rustenburg-van de Poppe zei eind vorig jaar: „Geestelijke gaven moeten ingezet kunnen worden, maar dat kan binnen onze kerken niet, door de kerkelijke structuur”. Ze gaat ervan uit dat ook binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken de vrouw in het ambt komt. In november 1995 gaf ds. G. L. Born tijdens een vergadering van de werkgroep als antwoord op de vraag wat er op dat moment mogelijk was voor de vrouw binnen de CGK het antwoord: Niets. Kort en goed, niets.

Ook in de synode is er discussie over de kwestie geweest. Een in november 1995 ingestelde studiecommissie zal aan de komende synode van dit jaar (1998) „een schriftuurlijk gefundeerde verantwoording geven van het gereformeerde standpunt ten aanzien van de vrouw in het ambt”. Dit moet leiden tot een officieel kerkelijk standpunt dat past binnen het raam van de schriftbeschouwing. Het is de bedoeling dat de bestaande stellingname (die de vrouw in het ambt afwijst) schriftuurlijk wordt onderbouwd. Bewust is geen bredere opdracht gegeven zoals het bestuderen van de vragen rond de vrouw in het ambt.

Vrijgemaakt
De synode van Ommen van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (1993) sprak uit dat de vrouw geen leer- of regeerambt mag vervullen in de gemeente. De vrijgemaakten kennen de vrouw in het ambt dus nog niet. Hoe lang dit zo zal blijven, is de vraag. Er gaan namelijk ook andere stemmen op. Vorig jaar pleitte ds. H. Folkers nog voor een open en godvrezend debat over de functie van de vrouw in de kerk.

De Rooms-Katholieke Kerk piekert er niet over de vrouw in enig ambt toe te laten. Dat geldt evenzeer voor kerkverbanden zoals de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten. Ook het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond is er niet voor.