„Geld en rijkdom zegen van God”

Het complex van de Full Gospel Church in Seoul is indrukwekkend. Grote kantoorpanden rijzen omhoog. Er zijn een eigen boekhandel en een eigen hotel. De kerk wil een voortrekkersrol vervullen in de wereldwijde zending.

Men houdt bij de Yoido van getallen en cijfers. Ruim 700.000 leden heeft de kerk nu. De organisatie is gebaseerd op een celsysteem. Elke gemeente bestaat uit cellen, die acht tot tien families omvatten. De totale gemeente kent 20.000 cellen, die elke week bijeenkomen. Wanneer een groep groter wordt, dan wordt deze gesplitst. Dat verklaart de spectaculaire groei. Inmiddels heeft de kerk in alle satellietsteden van Seoul haar afdelingen. Ze timmert in de media voortdurend aan de weg. Er is zelfs een eigen krant die ook aan kerk en godsdienst aandacht schenkt.

De groei is verbazingwekkend. Pas in 1958 kwamen de eerste vijf mensen in een bescheiden legertent bijeen. Het begon met de huidige seniorpastor, David Yonggi Cho, en zijn schoonmoeder. De snelle groei wordt graag breed uitgemeten als een van de grote wapenfeiten. De pr-dame somt moeiteloos de feiten van de afgelopen jaren op. In het ene jaar waren er 100.000 leden, toen 200.000, daarna 300.000 enzovoorts. Als waren het beursnoteringen.

Dienst
Ruim 20.000 mensen zijn bijeen voor de dienst. Een deel van het immense gebouw is gereserveerd voor buitenlandse gasten. Er wordt simultaan vertaald in Engels, Duits, Frans en Japans. Een groot videoscherm laat de voorganger, Cho, zien. Eerst is er een reclamefilm van een optreden tijdens een massa-evangelisatiecampagne, een speciaal Jesus-festival in Tokio, waar „tien miljoen zielen tot Christus kwamen”. De basis voor wantrouwen is al gelegd!

De bekeringen gaan heel snel. Een hulpprediker, die de dienst begint, zegt: „Neem nu de Heer aan. Zeg: Ik ben een zondaar, reinig mij, wees mijn Vader”. Direct erop: „Je bent een kind van God geworden. Je bent nu gered”. Vervolgens is er tijd voor genezing van zieken. „Alle demonen, ga weg. In de naam van Jezus Christus: Jullie zijn nu genezen”. Dan volgen ook getuigen, zoals van iemand die genezen is van een hartziekte. Wie controleert?

De preek van dr. Cho gaat over de Goede Herder. De nadruk valt op de Herder, Die voor ons zorgt, en op de mens, die de beslissing neemt. „Als je Jezus nu aanneemt, wil Hij het eeuwige leven geven. Als je Hem aanneemt, ben je gered, tot in eeuwigheid. Christus stierf voor mij. Neem Hem nu aan als de Redder. Nu ben ik een kind van God. Dank U God, dat U mij hebt willen redden”.

Voetbalwedstrijd
De preek is actueel. Dank wordt gezegd over het terugbrengen van twee Zuid-Koreaanse boeren die door de Noord-Koreanen waren gekidnapt. Maar ook voor de door Korea gewonnen voetbalwedstrijd tegen Oezbekistan! „Zegen de voetballeider”, bidt Cho. Onthullend is ook zijn bezorgdheid over de economische achteruitgang. „Herstel onze economie”. Maar er is ook gebed voor de hereniging en voor het koningschap van Jezus. Zoals gebruikelijk eindigt de dienst met het opzwepen van emoties en gebedsgenezing. Allerlei ziekten passeren de revue.

Erg conservatief
Deze gemeente is erg conservatief, zegt dr. Young Hoon Lee, directeur van de theologische afdeling van de kerk, na de dienst desgevraagd. „We geloven in de inspiratie van het Woord van God en de verlossing door Jezus Christus alleen”. Maar verlopen bekeringen hier niet al te gladjes, al te te voorspelbaar? Achter dr. Lee staan in de boekenkast de complete werken van John Owen (uitgave The Banner of Truth). Zou Owen ook zo over bekering gedacht hebben?

Dr. Lee blijkt in Westminster (VS) gestudeerd te hebben, vanwaar hij deze boeken naar Korea heeft meegenomen. „Wat ons met Owen verbindt, is de soevereiniteit van God. Goed, onze officiële leer is gebaseerd op het arminianisme, maar ons geloof hangt af van Zijn genade. De verzoening is Gods werk. En over grote getallen gesproken, op de prediking van Petrus op de pinksterdag werden er drieduizend bekeerd. De kracht van de kerk ligt in het gebed. We moeten God niet alleen kennen, maar ook voelen. Veel mensen bidden niet, weten wel van God, maar voelen Zijn kracht niet. Daarom staat het gebed bij ons centraal”.

Dr. Lee begrijpt dat westerse christenen het vreemd vinden dat er zo voor geld en materiële welvaart gebeden wordt. „De materiële zegen is niet het belangrijkst, maar komt op het tweede plan. Ze is wel afhankelijk van de geestelijke zegening. In het Oude Testament zien we dat God lichaam en ziel wil zegenen. In het Nieuwe Testament lezen we in Handelingen 2 dat goederen samen gedeeld worden. Het is Gods zegen dat er veel geld gegeven kan worden aan de armen. Rijkdom is een zegen van God. De werkelijke kern van welvaart is echter de geestelijke zegening. Calvijn leerde dat al. Het kapitalisme komt uit zijn theologie voort. Na Calvijn hebben we het kapitalisme als een gave mogen ontvangen. Veel christenen in Zuid-Korea moeten hard werken, maar de zegen is uiteindelijk van God. Onze welvaart vloeit voort uit onze ijver en geloof, ze is niet een soort van magie”.

Decor
Na de dienst nemen we de proef op de som. De jaarlijkse fotosessie van alle leiders staat gepland. Het duurt even. Maar eindelijk is het zover. De koning komt, zo wordt dr. Cho aangekondigd. En dan volgt de ene foto na de ander. Met de grote man Cho steeds in het middelpunt, voor een steeds wisselend decor.

Gelukkig de kerk die niet alleen uitwendig maar ook inwendig groeit, niet alleen in de hoogte van de economische vooruitgang, maar ook in de diepte van oprecht geestelijk leven.

Gebed en gehoorzaamheid zijn het geheim van gemeentegroei, stelt Cho. Dáárin heeft hij gelijk.