Kerk en Godsdienst28 mei 2001

Driedaagse conferentie in Austerlitz trekt 130 jongeren

„Verkondiging begint bij de
nodiging, niet bij verkiezing

Van een medewerker
AUSTERLITZ – „Is het getal der uitverkoren groot? Komen er meer mensen in de hel dan in de hemel?” Ds. M. M. van Campen noemde dit zaterdag in Austerlitz dwaze vragen. „Jezus zegt: Strijdt om in te gaan. Dacht je dat God Zijn Zoon heeft gezonden om zo weinig mogelijk mensen zalig te maken? Dat is dwaas. We moeten ons niet allereerst bekommeren om de vraag of we wel in het boek des Lams staan. Het gaat veel meer om de vraag wie het Lam nu voor je is.”

Ds. M. M. van Campen, hervormd predikant in Hedel, sprak op de driedaagse jongerenconferentie Phililogus over ”De troost der verkiezing”. „De verkiezing is het hart van de kerk”, stelde hij. Tegelijk noemde hij het „een aangevochten leerstuk. Velen stoten zich eraan en de duivel misvormt het tot een karikatuur, om mensen bij de Heere vandaan te houden. Iemand zei eens: „Als ik het goede rugnummer maar heb; anders kom ik er niet”. Dit is misvorming van de uitverkiezing.”

Nodiging
De hervormde predikant noemde de verkiezing „de bron van het heil. Het heeft alles te maken met Gods eeuwige liefde, met Zijn hart. Het was in Zijn hart om mensen te redden.” Hij benadrukte dat de uitverkiezing „altijd” in verband staat met Jezus Christus. „Lees maar in Efeze 1:4. In Christus worden de mensen uitverkoren.” Volgens de lector „lezen” we in de ogen van Christus „Gods verkiezende zondaarsliefde. Als jij je hart voelt uitgaan tot Jezus in gebed en smeking, als jij van Hem niet meer loskomt, dan is dat een veel zekerder bewijs van je verkiezing dan dat je in een droom jezelf ziet staan bij het getal der uitverkorenen in het boek des levens.”

Bui4en Jezus is de verkiezing voor ds. Van Campen „een muur waar je tegen opbotst. In de wonden van Christus wordt de verkiezing verstaan en nergens anders.”

Ook ging hij in op de plaats van de verkiezing. „Als je een mooie kast voor de deur zet, vormt deze een blokkade. Als je de kast echter in de woonkamer zet, wordt deze bewonderd door iedereen die daar binnenkomt.” Dit voorbeeld trok de predikant door. „Bij de evangelieverkondiging staat de uitverkiezing niet voorop. Dat zou alleen maar wanhopig of zorgeloos maken. We moeten beginnen bij de deur om binnen te komen. Dat is Christus. Niet de uitverkiezing.”

In de evangelieverkondiging hoort volgens de predikant de uitnodiging centraal te staan. „De Heere begint nooit met de uitverkiezing, maar met de uitnodiging. Hij nodigt uit met een welmenend aanbod van genade. Dan mag je ervan uitgaan dat de Heere jou erbij wil hebben, anders laat Hij je niet uitnodigen.” Een beroep op de tekst „Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkorenen” noemde hij onterecht. „Tussen de roeping en de weinige uitverkorenen zit de eigen weigering van geroepenen om te komen.”

Het leerstuk der verkiezing is volgens ds. Van Campen geen voedsel voor onbekeerden en de kleintjes in de genade. „Onbekeerden heb je niet de uitverkiezing te verkondigen, maar Jezus Christus en de oproep tot bekering en geloof. Zij hebben het ABC van het geloof nodig. De A van de afkeer van de zonden, de B van berouw en bekering, de C van het komen tot Christus.” De verkiezing noemde hij „stof voor de universiteit.” „Het is tot troost voor hen die door genade al binnen zijn.”

Zijn beeld
Als laatste ging de lector in op het doel van de verkiezing. „Dat is niet alleen om straks maar de hemel te kunnen ingaan, maar ook om nu al een belangrijke taak op aarde te ontvangen.” Hij wees op Romeinen 8:29. „Het gaat erom steeds meer op Jezus te gaan lijken en Zijn beeld te vertonen. God heeft vreugde over christenen die lijken op Christus en die getuige van Hem zijn in deze wereld.”

Hoe kom je af van die wil om je steeds maar achter de verkiezing te verschuilen? zo luidde een vraag. Ds. Van Campen riep op tot schriftstudie. „Tegelijk zint dat woordje „wil” me niet. Sommigen zitten zo vast aan de uitverkiezing. Als een dominee zondags oproept tot bekering betichten ze hem van onrechtzinnigheid. De verkiezing is voor hen een handvat geworden om rustig voort te kunnen leven in de zonden, want God moet het toch doen. Dat kan zo niet.”

Een andere jongere wees op de bekering van de stokbewaarder: „Er staat: Geloof in de Heere Jezus en je zult zalig worden. Dat is dus geen misschientje, maar een zekerheid”, zei de jongere. Ds. Van Campen beaamde dit. „Tegelijk geldt dat geloven zowel gave als opgave is. Als je eenzijdig een van beide benadrukt, heb je een halve waarheid en dus een hele leugen. De Heere spreekt met twee woorden. Er ligt de opgave om te geloven in Jezus; en als je inderdaad gelooft, besef je dat je het hebt ontvangen als gave van God.”

Groei
De jongerenconferentie werd voor de zesde keer gehouden. Organisator J. H. Rozendaal spreekt van een groeiende opkomst. „Met 120 mensen zit- ten we echt vol. Voor het eerst zitten enkele jongeren nu ook in een pension in Zeist, terwijl ze hier alles volgen. Daardoor is er wat groei tot 130 jongeren.”

De bezoekers komen grotendeels uit hervormd-gereformeerde kringen. „Andere kerken zijn ook wel vertegenwoordigd.” Van concurrentie met de HGJB-jongerendag wil hij niets weten. „Onze doelgroep is duidelijk anders.”