Woord & Dienst volgt kerkelijk beleid in kritische verbondenheid
Een spiegel voor de SoW-kerkenDoor M.M.C. van der Wind-Baauw PIJNACKER Als opiniërend magazine voor de SoW-kerken probeert Woord & Dienst echt een gesprek te voeren in de kerk. Dat verdiept de zaken, aldus redactievoorzitters ds. M. Treuren en ds. M. W. van Beinum. Waar nodig gaat de redactie kritiek op het kerkelijk beleid en ontwikkelingen niet uit de weg. Ds. Van Beinum: Het is geen beleid de synode te vriend te houden, maar ook niet haar te shockeren.
Begin jaren vijftig werd Woord & Dienst opgericht omdat de Hervormde Kerk een orgaan wilde om intern van gedachten te wisselen. Het blad, dat aan de vijftigste jaargang bezig is, staat sinds december 1999 los van de SoW-kerken. Benoemde voorheen de hervormde synode de voorzitter van de redactie van Woord & Dienst en had de secretaris-generaal per definitie zitting in de redactie, dat is nu voorbij. De SoW-kerken kozen voor een directe band met het maandblad Kerkinformatie. Uitgeverij Boekencentrum in Zoetermeer is verantwoordelijk voor de uitgave van Woord & Dienst. De twee predikanten nemen om en om een halfjaar het redactievoorzitterschap op zich. Dat is, aldus ds. Van Beinum, om de werkbelasting te verdelen en om samenspraak te kunnen houden. En om impulsiviteit en wijsheid in balans te brengen, zegt ds. Treuren. Zij: Bij de PvdA was het niet zo'n succes. Bij ons loopt het heel plezierig. Hij: Het is net als bij wielrennen. Soms neemt een ander de kop, maar je fietst toch mee. Vooral dat je even een stap terug kunt doen, is een voordeel. Je zit als predikant met werk waaronder je soms bijna wordt bedolven. Woord & Dienst is een tweewekelijks magazine dat zich richt op het kerkelijk kader. Het blad is minder uit op het geven van informatie en juist meer gericht op opinievorming. Het wordt door zo'n 14.000 mensen gelezen, schat ds. Van Beinum. Niet dat er zo veel abonnees zijn, maar kerkenraden hebben vaak één of twee abonnementen. Het blad wordt vervolgens onder de kerkenraadsleden doorgegeven. Doorgeefluik Door de jaren heen is Woord & Dienst minder een doorgeefluik van de kerk geworden, aldus de redactievoorzitters. Ds. Treuren: Onder de eindredactie van Theo Klein, Jaap Versluis en nu Kees Posthumus is er allengs meer discussie in het blad gekomen. Het is er levendiger op geworden. Bij alle redactieleden het zijn er elf leeft de gedachte dat je alleen van een echt gesprek wijzer wordt, aldus ds. Treuren. We willen bijdragen aan meningsvorming. En, vult ds. Van Beinum aan, een stukje verdieping tot stand brengen. Ds. Treuren: Ons blad kenmerkt zich door kritische verbondenheid. De verbondenheid staat voorop, maar die is wel kritisch. We nemen stelling en we denken dat de kerk daarbij een groot belang heeft. De teloorgang van het zendingshuis in Oegstgeest kreeg bijvoorbeeld breed aandacht in Woord & Dienst. En ook de nieuwe huisvesting in Utrecht heeft het magazine uitvoerig belicht. Maar dan wel steeds vanuit verschillende invalshoeken. We laten altijd verschillende stemmen klinken. Dat is ons beleid. Koudwatervrees Dat wil overigens niet zeggen dat dit in de praktijk ook altijd zo veel gebeurt als de redactie wil. Het is namelijk herhaaldelijk voorgekomen dat mensen uit de kring van de Gereformeerde Bond niet bereid bleken op verzoek van de redactie een artikel te schrijven voor Woord & Dienst. Ds. Treuren: We vinden het jammer als er uit koudwatervrees nee wordt gezegd. Het is een gemiste kans wanneer je zegt: Dit is mijn blad niet zo. Ik denk dat je daar ook je eigen zaak niet mee dient. Als de gereformeerde zaak er werkelijk toe doet, is Woord & Dienst een plek om die breder in beeld te brengen. Ik merk dat mensen kiezen voor veiligheid. Je staat op de tocht zowel naar je eigen achterban toe als naar hen die daartoe niet behoren en jouw artikel lezen. Anderzijds bewaart ds. Treuren positieve herinneringen aan een interview met ds. A. Belder uit Nieuwe-Tonge over de werking die de watersnood van 1953 in het pastoraat heeft. Dat had diepte. Woord & Dienst mag ook aan orthodoxe kring eigenlijk niet voorbijgaan, vindt ds. Treuren. Laat de gereformeerde gezindte in overweging nemen wat anderen zeggen en dat op zich laten inwerken. Dat buiten de deur kijken is belangrijk. Openheid brengt je verder, aldus de predikant. Uit een lezersonderzoek is gebleken dat Woord & Dienst een heel grote breedte van de SoW-kerken beslaat. Ook de brievenrubriek weerspiegelt dat, aldus ds. Treuren. Maar of het blad uiterst rechts ook wordt gelezen, betwijfelt hij. Dat je echt een abonnement moet nemen om het te lezen, speelt daarbij volgens ds. Van Beinum tevens een rol. Ook in de redactie streeft men ernaar de breedte tot uitdrukking te brengen. Zo zitten er vrijzinnig hervormden naast mensen die affiniteit hebben met de gereformeerde gezindte en is er ook een luthers redactielid. Positieve insteek Als het over de samenstelling van de redactie gaat, denkt men niet in eerste instantie vanuit de richtingen in de SoW-kerken, maar zijn interesses en werkvelden juist belangrijk. Zo heeft bijvoorbeeld het diaconale werk zijn plek en is er iemand vanuit het natuurwetenschappelijke werkveld. Ook is het bewust zo dat er niet alleen predikanten maar ook gemeenteleden deel uitmaken van de redactie. Wil een artikel voor plaatsing in aanmerking komen, dan moet het aan bepaalde criteria voldoen. Om te beginnen moet het niveau hebben, ook stilistisch. En het moet een punt hebben, dat onderbouwd en beargumenteerd is. Ds. Van Beinum: We gaan ervan uit dat mensen een positieve insteek hebben. Ds. Treuren: De horizon is het geloof van de gemeente. Daaraan moeten de artikelen een bijdrage leveren. Met kerkpolitiek zijn we weinig bezig. Iemand mag in Woord & Dienst gerust ergens stelling tegen nemen, maar verbitterde en zure bijdragen blijven liggen. Een terugblik op de afgelopen vijftig jaar laat voor ds. Treuren zien dat het magazine een spiegel is van wat er heeft gespeeld in kerk en samenleving. Vrouw in het ambt, de Koude Oorlog, de nieuwe psalmberijming. In de manier van bezigzijn is er één grote constante: Wat de kerkelijke discussie bepaalt, volgen we. Nieuws brengen is meer voor een krant. Wij proberen een vinger te krijgen achter het nieuws en analyses te maken. Het meningsvormende karakter is naar zijn idee wel versterkt. Eerst was er meer sprake van verschillende geluiden naast elkaar. Nu is er meer gesprek met elkaar. |