Kerk en Godsdienst 18 november 2000

„Dat Graafland zijn boeken opruimt, is een teken dat hij zichzelf wegcijfert”

In de keuken van een professor

Door J. M. D. de Heer
ROTTERDAM – „Nu kan ik zeggen dat ik Graaflands bibliotheek heb gezien.” Het klonk haast opgetogen, daar in de kelder van de Rotterdamse boekverkoper Lindenberg. Er wás deze dagen ook wat te zien. Zo'n 75 meter boeken, de complete wetenschappelijke bibliotheek van prof. dr. C. Graafland. Te koop. Inclusief briefjes, lezingen en aantekeningen in de boeken zelf. Een kijkje in de keuken van de professor dus. „Als je ooit op Graafland wilt promoveren, had je hier moeten zijn”, zegt een opmerkzame bezoeker.

Donderdagmorgen, tien voor negen. Tien minuten voordat de deuren van Lindenberg opengaan, staat de eerste belangstellende op de stoep. J. Rijneveld uit Nieuw-Lekkerland is het, planner in de scheepsbouw en sinds 25 jaar verzamelaar van boeken over en preken van met name puriteinen. Het doet hem wel wat om iets uit het boekenbezit van de Goudse hoogleraar te gaan kopen. „Graafland is in Goudriaan geboren, weet u, ik in Ottoland, 3 kilometer verderop.”

Strepen
Als snel na openingstijd van Lindenberg is een handvol belangstellenden present. „Ik dacht dat het storm zou lopen”, klinkt het. In stille discipline dalen de boekenliefhebbers af naar de kelder waar de bibliotheek staat opgesteld, netjes gesorteerd in ”Calviniana”, ”Reformatie”, ”Puriteinen” en andere klinkende namen. Geruisloos verspreiden de kopers zich over de verschillende rubrieken. Een complete kast met dissertaties, vele meters dogmatiek en een bescheiden hoeveelheid filosofie ontbreekt niet.

Al snel klinkt het eerste gedempte commentaar, een lichte teleurstelling over het grote aantal pennenstrepen dat de hoogleraar in zijn boeken zette.

Maar dat interesseert juist anderen. Wat streepte Graafland aan? Wie gaat zoeken, vindt ook aantekeningen in de kantlijn. Die zijn nog interessanter. Opmerkingen als „conclusie juist?”, „dit wordt wellicht ontkend” en „niet juist” sieren de kantlijn van een boek als ”Rondom verbond, roeping en doop” van dr. C. Steenblok.

De boeken van dr. H. Wiersinga over de verzoening en Kuiterts ”Het algemeen betwijfeld christelijk geloof” zien zwart van de strepen en kritische kanttekeningen. Maar ook in kardinaal Simonis' uitleg van het Onze Vader heeft Graafland zitten studeren. „Vergeving is onverdiend, maar niet onvoorwaardelijk”, schreef Simonis. Het tafereel tekent zich af: Graafland op zijn studeerkamer leest de zin nog eens, fronst zijn wenkbrauwen en noteert in de kantlijn: „Als voorwaarde vooraf?”

Ook de ex-libris van de emeritus hoogleraar typeert zijn belangstelling. Woord, Geest, wereld, staat er rondom een wereldkaart. In het midden het kruis met een vuurvlam daarop. Vanuit het kruis van Christus, door Woord en Geest in de wereld staan, zodat het vuur van het Evangelie deze aarde verlicht. Dat ongeveer zal de ex-libris betekenen.

Relativeren
Drs. P. E. van der Dussen, oud-leerling van de Utrechtse hoogleraar, is voor de aardigheid naar Rotterdam gekomen. Wat Graafland voor me heeft betekend? „Ik heb het meest aan zijn colleges over de Nederlandse Geloofsbelijdenis gehad.” Bij de publicaties van zijn leermeester plaatst hij een kritische kanttekening. „Ik vroeg me wel eens af of hij voldoende oog had voor de doorlopende lijn van Reformatie naar Nadere Reformatie.”

De docent godsdienst vindt het „typerend voor Graafland” dat hij afstand doet van zijn bibliotheek. „Hij weet zijn wetenschappelijke werk te relativeren. Een punt achter de studie en dan ook de boeken weg.” Zou u zelf uw bibliotheek kunnen afstaan? „Nee. Maar ik ben meer bibliofiel, denk ik.” Dus geen pennenstrepen in boeken? „Nooit.”

Jan Zwoferink, hoofd antiquariaat van Lindenberg, herkent de typering van Van der Dussen. „Graafland hing niet aan zijn boeken. Hij heeft er vrij nuchter afscheid van genomen. Zijn voorganger prof. dr. S. van der Linde was anders. Die kon echt van een boek genieten. Voor Graafland was de bibliotheek zijn gereedschap. „Nu mag een ander mijn gereedschap gebruiken”, zei hij.”

Hoger plan
Inmiddels is de eerste predikant binnengekomen. Het is ds. W. P. Emaus uit Lexmond, bij Graafland afgestudeerd op de Haagse predikant Dirk Molenaar. Het verraste hem dat de bibliotheek te koop staat. Toch kan de predikant het wel plaatsen. „Graafland wees ons de weg door de traditie heen naar de Schrift. Daarin past het dat hij al zijn boeken over de traditie opruimde en de commentaren van Calvijn overhield.”

Graafland heeft, vat de hervormde predikant samen, de studie van het gereformeerd protestantisme op hoger plan gebracht. „Al kon ik de laatste vijftien jaar zijn weg niet altijd volgen, toch heb ik veel van hem geleerd.” Hij leerde ons teksten analyseren, herinnert de predikant zich nog van Graaflands colleges. „Achter woordjes als „toch” en „maar” gaat soms een hele gedachtegang schuil. En ook dwong hij je je positie te onderbouwen. Je moet weten waarom je iets vindt, hield Graafland ons voor.”

Een bezoeker –„noem mij maar een amateur-theoloog, geen naam in de krant”– vindt het „jammer, maar te respecteren” dat Graafland zijn boeken opruimde. „Voor mij is het een teken dat hij zichzelf wegcijfert. Dat ontroert me. Sommige mensen blijven tot hun laatste snik denken dat ze belangrijke dingen te zeggen hebben.”

Wat is de theologische betekenis van Graafland? Hij heeft, zegt de gepensioneerde leidinggevende in het bankwezen, geprobeerd het gedachtegoed van Calvijn te peilen en daarbij ook de vraag gesteld of wij Calvijn goed hebben begrepen.

Lampe
Naast wetenschappelijke studies ruimde Graafland ook ruim 15 meter antieke boeken op, de bronnen van het gereformeerd protestantisme die hij gebruikte vanaf zijn proefschrift over de zekerheid van het geloof (1961) tot zijn laatste boek ”Gedachten over het ambt” (1999).

Een vierdelig werk van de piëtistische coccejaan F. A. Lampe (1683-1729) moest Jan Zwoferink laten staan. In het licht van een artikel van Graafland over Lampe is dat te begrijpen. Zijn moeder, schreef de hoogleraar, las op haar langdurig ziekbed, dat haar sterfbed zou worden, alle vier delen van Lampes ”De Verborgentheit van het Genaade-Verbondt ... geopent”. „Lampe heeft lange tijd naast haar Bijbel op haar nachtkastje gelegen als een geliefde gids voor haar zieleleven. En nu ik Lampe zelf gelezen heb, kan ik dit, zovele jaren later, mij goed voorstellen.”

Er staat een punt achter de wetenschappelijke studie van prof. dr. C. Graafland. Zijn werk oogstte waardering. Ook fundamentele kritiek, zeker naarmate de tijd verstreek. Nu zijn de boeken weg. Calvijn bleef. Lampes werk over het genadeverbond ook. De titel van dit vierdelige werk mag de emeritus hoogleraar als een hartelijke wens achtervolgen.