Nieuwe remonstrant
zoekt vooral
God en vrijheid

UTRECHT – Mensen die toetreden tot de Remonstrantse Broederschap zijn vooral op zoek naar God, vrijheid en vrijzinnigheid. Het remonstrantse element speelt een kleinere rol, aldus M. Bosman, secretaris van de Remonstrantse Broederschap.

Zij baseert zich op een onderzoek dat VU-medewerker dr. N. Haspels heeft uitgevoerd onder mensen die in de periode 1995-2000 zijn toegetreden als lid of vriend, of die hebben bedankt. Ook gewone gemeenteleden („blijvers”) werden ondervraagd. Van de 1000 aangezochte personen hebben er ongeveer 430 gereageerd, min of meer gelijkelijk verdeeld over de drie groepen.

Als leden bedanken voor een remonstrantse gemeente is dat vaak wegens conflicten of problemen. Ook op andere wijze verliest het kleine vrijzinnige kerkgenootschap leden. Bij een verhuizing zoeken ze in de eerste plaats een gemeente waarbij ze zich prettig voelen en pas daarna een remonstrantse gemeente.

De identiteit van bijvoorbeeld doopsgezinden, ook een klein vrijzinnig kerkgenootschap, is groter dan die van remonstranten, erkent Bosman. Een van de aanbevelingen van Haspels is dan ook dat er meer uniformiteit tussen de plaatselijke gemeenten moet komen. Verder moeten remonstranten een duidelijk antwoord geven op de vraag wie ze willen zijn.

Het dagelijks bestuur van de broederschap had de opdracht voor het onderzoek verstrekt omdat er eindeloos beleid en stukken worden gemaakt, maar slechts heel weinig onderzoek is verricht, aldus Bosman. Het bestuur besprak het rapport zaterdag voor het eerst. Op 13 oktober is het onderwerp van een breed debat.