Kerkelijk Leven27 maart 2000

„Pausbezoek leidde tot belangstelling voor Nieuwe Testament”

Reis met hoogtepunten en incidenten

Door A. Muller
JERUZALEM – Paus Johannes Paulus II heeft gisteren zijn historische pelgrimage aan Israël en de Palestijnse gebieden afgerond. De tocht verliep in organisatorisch opzicht vrijwel vlekkeloos. Het bezoek kende enkele belangrijke hoogtepunten die de verbetering van betrekkingen tussen de Rooms-Katholieke Kerk en het joodse volk markeren. Maar er waren ook enkele incidenten die lieten zien dat nog niet iedereen gereed is voor de vrede waarover de kerkvorst met zo veel nadruk sprak.

Hoogtepunten waren de bezoeken aan het holocaustmuseum Yad Vashem in Jeruzalem op donderdag en het bezoek aan de Westelijke Muur gisteren. De paus stak een gebed in de muur, waarin hij vergeving vroeg voor de zonden die de kerk tegen de joden heeft bedreven.

De Israëlische minister voor Jeruzalem-zaken, Haim Ramon, die tevens belast was met de organisatie van het pausbezoek, noemde deze twee bezoeken tekenen die „de verzoening tussen het jodendom en het christendom” symboliseren.

Ramon zei te geloven dat, nadat de paus bij de Westelijke Muur vergeving had gevraagd aan Abraham en zijn nageslacht, het joodse volk niet nog meer van de paus kan vragen. Volgens Ramon markeert het bezoek het einde van „het tijdperk van conflict en oorlog tussen het christendom en het jodendom.”

Niets nieuws
Toch heeft de paus tijdens de reis niets nieuws gezegd. „De reis bevestigde een proces dat bijna al veertig jaar aan de gang is”, aldus de in Jeruzalem woonachtige nieuwtestamenticus Malcolm Lowe, die nauw betrokken is bij de joods-christelijke dialoog. „Het enige verschil was dat hij het hier in Israël heeft gezegd en dat de uitspraken veel publiciteit hebben gekregen. Maar ze circuleerden al in kringen van priesters en wetenschappers.”

Een pastoraal hoogtepunt van de reis was de jeugdmis bij Chorazin op een helling bij het Meer van Galilea, waaraan ongeveer honderdduizend rooms-katholieken uit vele landen deelnamen. De paus deed daar een oproep aan de jongeren te gehoorzamen aan de tien geboden en de zaligsprekingen. Zij waren in dezelfde tijd als de paus op pelgrimage gegaan. In Jeruzalem trokken zij zingend en op de gitaar spelend door de Oude Stad.

Geen politiek
De paus bracht geen speciale politieke boodschap mee. De oplossing van het politieke conflict laat hij over aan de politici. In Bethlehem zei hij woensdag echter wel dat „de heilige stoel altijd heeft erkend dat de Palestijnen een natuurlijk recht hebben op een thuisland.” Deze uitspraak werd door sommigen geïnterpreteerd als een steunbetuiging voor een Palestijnse staat.

Maar de Israëlische regering ergerde zich niet aan deze uitspraak. Minister Haim Ramon zei dat het Palestijnse recht op zelfbeschikking en het Israëlische recht op vrede en veiligheid de kern vormen van de vredesonderhandelingen. Hij noemde de uitspraak van de paus „totaal aanvaardbaar” voor de Israëlische regering. Hij wees in dit verband op het Camp David Akkoord van 1978 en het Oslo Akkoord van 1993, die ook het zelfbeschikkingsrecht van de Palestijnen erkennen.

Religie als dialoog
De wens van paus Johannes Paulus II om religie te laten dienen als middel om mensen samen te brengen vond niet bij allen weerklank. Dialoogdeskundige Lowe noemt de interreligieuze ontmoeting donderdag tussen christelijke, joodse en islamitische leiders in het Notre Dame-centrum in Jeruzalem „een mislukking.”

Er zijn volgens Lowe twee voorwaarden verbonden aan de dialoog: bereidwilligheid en terughoudendheid. De Israëlische opperrabijn Meir Lau toonde wel bereidwilligheid om het interreligieuze gesprek aan te gaan, maar hij was niet terughoudend. Hij zei namelijk in het einde van zijn toespraak dat de paus Jeruzalem erkend heeft als „de verenigde, eeuwige hoofdstad” van Israël. Lowe: „De paus heeft dat nooit gezegd. Zowel in de overeenkomst die het Vaticaan sloot met Israël als die met de PLO heeft het afgezien van enige uitspraken over huidige of toekomstige soevereiniteit.”

Lange tirade
De moslimleider sjeik Taysir Tamimi, die adjunct-opperrechter is van de Palestijnse islamitische rechtbanken, toonde bereidwilligheid noch terughoudendheid. Zijn betoog was één lange tirade tegen Israël. Lowe wijst erop dat uit zijn toespraak duidelijk bleek wat het islamitische beleid ten aanzien van Jeruzalem is. Hij liet weten dat de stad Jeruzalem tot de islam behoort. Tamimi kreeg de term „Israël” niet over zijn lippen, en hij sprak slechts van „de bezetter.”

De moefti van Jeruzalem, sjeik Ekrama Sabri, boycotte de interreligieuze meeting, ondanks de druk van de Palestijnse Autoriteit deze toch bij te wonen. Hij ontmoette de paus gisteren echter wel op het Tempelplein, waar hij zijn hulp vroeg om „de Israëlische bezetting van Jeruzalem” beëindigd te krijgen.

Sabri zei zaterdag in een interview met het dablad Ha'aretz dat het aantal joodse slachtoffers van de holocaust minder dan zes miljoen is en dat Israël „de kwestie gebruikt om wereldwijde sympathie te krijgen.” Hij ontlokte daarmee een felle reactie aan minister Ramon. Deze noemde hem het symbool van degenen die alles in het werk stellen om vrede en verzoening tussen Israël en de Palestijnen tegen te houden. „Mensen als de moefti creëren haat en vijandschap”, aldus de bewindsman. „Wat wij als Israëliërs en Palestijnen moeten doen, is doorgaan met het vredesproces, ondanks deze extremisten.”

Nieuwe Testament
Ook van Messiaans-joodse zijde is er positief op het bezoek gereageerd. Dr. Gershon Nerel, secretaris van de Internationale Messiaans-joodse Alliantie in Israël, wijst erop dat het bezoek van de paus geleid heeft tot belangstelling voor het Nieuwe Testament in Israël. „Het Boek was altijd slechts een van de vele boeken of het werd helemaal genegeerd. Maar vandaag de dag wordt eruit geciteerd, er wordt naar verwezen en mensen vragen zich af wat er in dat Boek geschreven staat. De mensen willen weten waarom de Heere Jezus naar bepaalde plaatsen ging en wat Hij daar deed.”