Kerkelijk Leven 3 februari 2000

Ds. Maoz bezorgd over judaïsme onder Messiasbelijdende joden

„De kerken kunnen beter weten”

Door J. M. D. de Heer
WOERDEN – „We moeten leren dat het Evangelie joods is.” Ook in de reformatorische kerken wordt deze opmerking gehoord. Ds. Baruch Maoz ziet op zijn beurt met zorg aan dat de Messiaanse beweging in Israël steeds meer trekjes van het judaïsme vertoont. Daarom schrijft hij er een boek over dat later dit jaar uitkomt. „Maar ook westerse kerken laten zich beïnvloeden door het judaïsme”, zegt predikant, die zich joods-christelijk noemt. „Tot mijn verbazing. Ze kunnen beter weten.”

Judaïsering. Deze term staat voor de tendens binnen de Messiasbelijdende beweging traditioneel joodse gebruiken en gewoonten voor bindend te verklaren. De prominente Messiasbelijdende jood prof. David H. Stern wijst deze typering overigens zonder meer af. Met zijn boeken stimuleert hij juist, betoogt hij, „nieuwtestamentische gelovigen het joods-zijn van hun geloof te onderzoeken.” Hij doet dat bewust, omdat dit volgens hem een blinde vlek van veel christenen is.

Ds. Maoz, voorganger van de christelijke gemeente ”Genade en Waarheid” in Rishon leZion, wil de zaak helder hebben. „Ik wens geen personen aan te vallen; toets wel meningen aan de Bijbel.” Erediensten van gemeenten die Jezus als Messias erkennen, hebben volgens hem nogal eens rabbijnse tradities overgenomen. „En in de praktijk zie je, hoewel het officieel ontkend wordt, een zekere trots op het onderhouden van allerlei bepalingen uit de wet van Mozes.”

Drie-eenheid
Voor ds. Maoz is judaïsme een aangelegen onderwerp. „Ik heb Christus lief en wil Zijn Evangelie verbreiden. Het judaïsme bevordert deze verkondiging niet, maar verzwakt haar, wat sommige Messiasbelijdende gemeenten ook mogen beweren.”

Dat het judaïsme toeneemt, is voor de baptistenpredikant duidelijk. „Enkele maanden geleden sprak ik een gerespecteerde voorganger. Hij zei: „Over de Godheid van Christus heb ik niet zo'n duidelijkheid.” Ik vroeg hem of hij in de Drie-eenheid gelooft. „Ja.” „Geloof je dat Jezus Gods eeuwige Zoon is?” „Ja.” „Maar waarom zeg je dat de Godheid van Christus niet duidelijk voor je is?””

Het antwoord verontrustte ds. Maoz. „Ik wil met wat ik zeg joods klinken”, zei de voorganger. Er zijn voorgangers, voegt ds. Maoz eraan toe, „die nooit preken over de Godheid van Jezus. En ik ben bang dat hun aantal groeit.”

Een tweede voorbeeld. Ds. Maoz woonde onlangs een bijeenkomst bij van het platform van Hebreeuwssprekende Messiasbelijdende gemeenten. „Tot mijn verbazing droegen velen een keppeltje, terwijl dat in strijd is met 1 Korinthe 11. Je merkt de neiging het jood-zijn te benadrukken.” Heftig: „Ik hoef helemaal niet te groeien in mijn jood-zijn. Ik verlang te groeien in de liefde tot de Heere Jezus, in de kennis van God door Christus.”

Wet vervuld
Het grootste bezwaar tegen judaïsme vat de predikant in een zin samen. „Er wordt onvoldoende rekening gehouden met het feit dat Christus de wet heeft vervuld. Hij kwam inderdaad niet om de wet te ontbinden, dat is om haar autoriteit te ontkennen. Christus bracht de wet tot vervulling, dat wil zeggen: door Zijn offer bracht Hij de wet tot haar hoogste doel, Hij voldeed aan alle eisen. Niet voor Zichzelf maar voor ons.”

De eerste christengemeente had een sterk joodse identiteit. Dat is ons voorbeeld, zeggen Messiaanse voorgangers.
„De eerste christengemeente verstond nog niet ten volle de betekenis van Christus' dood en opstanding. Dat blijkt al uit de aarzeling bij de apostelen om het Evangelie ook aan de heidenen te verkondigen. De eerste christenen namen deel aan de tempeldienst, hoewel ik nergens lees dat ze offers brachten. De offertijden waren de beste tijden voor gebed en verkondiging van het Evangelie van Jezus Christus.”

Christelijk
Ds. Maoz voelt zich nog altijd een goed jood, maar wil zijn identiteit niet tot elke prijs benadrukken. Hij noemt zijn gemeente daarom nadrukkelijk christelijk, terwijl Messiasbelijdende gemeenten deze benaming juist vermijden. Ds. Maoz: „Waarom zou ik me niet christen noemen? Of we nu uit de joden of uit de heidenen stammen, we geloven beiden in Christus. En dus zijn we christenen. Jullie zijn Nederlandse christenen, ik een joodse christen.”

Met deze benadering staat ds. Maoz in zijn land vrijwel alleen. „Met de Bijbel aan je zijde ben je alleen nog in de meerderheid. Bovendien, de waarheid wordt niet bepaald door de meerderheid. Calvijn en Luther stonden eerst ook vrijwel alleen. Ik meet me niet aan hen, maar put wel moed uit hun voorbeeld.”

Messiasbelijdende gemeenten die meer hun joodse identiteit benadrukken, zouden gemakkelijker een brug kunnen slaan naar de orthodoxie.
„Veel van mijn geliefde broeders aanvaarden dit argument. Maar noch in Israël, noch in het buitenland heb ik enige toenadering van de orthodoxie gezien als Messiaanse gemeenten rabbijnse gebruiken overnamen. Zolang we in Jezus Christus geloven, zullen we nooit acceptabel worden. Het orthodoxe jodendom is een religie die meer dan welke andere in de geschiedenis en meer dan welke andere op de wereld gebaseerd is op de ontkenning dat Jezus de Messias is. Het rust op een rechtvaardiging uit de werken. De kloof is daarom onoverbrugbaar. Wanneer een orthodoxe jood tot het geloof in Jezus komt, is hij blij dat hij uit de gevangenis van zijn traditie is bevrijd. Hij verlangt er niet naar terug.”

Sabbat en zondag
Ondertussen viert de gemeente van ds. Maoz, net als de andere Messiaanse gemeenten in Israël, de sabbat als rustdag. Tevens viert ze een aantal joodse feesten. Maar de predikant wil dit niet zien als een versterking van de joodse identiteit van zijn gemeente. „Graag zouden we de zondag vieren, maar binnen de Israëlische samenleving is dat onmogelijk. We vieren het paasfeest, maar zonder enig rabbijnse traditie erin te vermengen. Zoals jullie, christenen uit de heidenen, eigen feestdagen hebben, bepaald door de geschiedenis, zo hebben wij, christenen uit de joden, die ook. Jullie vieren kerstfeest als feest van Christus' geboorte, zonder direct een bijbelse grond te hebben. Wij vieren paasfeest en denken dan aan Christus, het geslachte Paaslam.”

Ds. Maoz maakt zich zorgen over de ontwikkelingen binnen de Messiaanse beweging in Israël. Maar ook bij de opvattingen van westerse christenen plaatst hij kritische kanttekeningen. „Sommigen zijn zo eenzijdig gericht op de holocaust, vervolgens gemanipuleerd door joden, dat ze judaïstische trekken in het christelijk geloof inbrengen. Messiasbelijdende voorgangers zijn daar soms medeoorzaak van.”

En de oproep om het Evangelie op een joodse manier te gaan lezen? „Als je zo het Evangelie gaat lezen, kom je nog eens tot de conclusie dat het Nieuwe Testament een leugen is. De ontkenning dat Jezus de Messias is, zit immers in het jodendom ingebakken. Die kant willen de kerken toch niet op?”