Noodklok geluid
over onderhoud
kerkgebouwen

Volgens mr. J. M. Chr. Klok, secretaris van de interkerkelijke commissie geldwerving en hoofd financiën en bouwzaken van het rooms-katholieke aartsbisdom Utrecht, zal het niet lang meer duren voordat heel wat kerkbesturen van het onderhoud af moeten zien als de overheid niet bijspringt.

„Het zou wel eens kunnen dat kerkbesturen monumentale gebouwen niet meer kunnen onderhouden, zodat overheden deze voor een symbolisch bedrag moeten aankopen. Dan kunnen deze zelf voor het onderhoud opdraaien. Ik wil wel eens zien waar dat geld dan vandaan zal komen.” Hij zei dat gisteren bij het begin van de kerkelijke geldwervingsactie Kerkbalans 2000.

„De uitgaven voor het instandhouden van de gebouwen hebben hun grens bereikt”, aldus mr. Klok. De Rooms-Katholieke Kerk besteedt daar al 37 procent van haar inkomsten aan. „Als we er niet in slagen om die uitgaven te verminderen, is het in de toekomst de vraag of we voldoende inkomsten kunnen verwerven om al onze taken uit te voeren”, waarschuwde hij. Hij wees erop dat veel monumentale hervormde kerkgebouwen in een stichting zijn ondergebracht en mede of uitsluitend voor andere doeleinden gebruikt worden.