Tweede-Kamerverkiezingen 6 mei 1998

Oud-kamerleden kritiseren gebrek aan bezielende onderwerpen

Campagne vol saaie oppervlakkigheid

Door L. Vogelaar
APELDOORN – Een oppervlakkige campagne zonder wezenlijke thema's, beheerst door het streven om het paarse kabinet voort te zetten. Zo typeren oud-Tweede-Kamerleden de verkiezingscampagne die gisteren werd afgerond.

„Paars zette de toon”, zegt oud-minister drs. C. P. van Dijk (CDA), momenteel lid van de Eerste Kamer. „De media hebben dat versterkt. Dag na dag publiceerden ze grote portretten van bewindslieden. Zo bracht Trouw op de verkiezingsdag op de voorpagina een foto van Kok met zijn arm om zijn vrouw, die weer had ingehaakt bij D66-lijsttrekker Borst, om maar te laten zien hoe goed 'paars' in elkaar zit. Op dezelfde pagina staat een onzinnig artikel over de Britten, die mevrouw Borst niet kunnen verstaan, maar haar op grond van haar lichaamstaal een goede premier vinden. Dat is blijkbaar voorpaginanieuws”.

De beheersing door 'paars' heeft de campagne vervlakt, zegt Van Dijk. „Onderwerpen waarover die partijen het niet eens zijn, werden vermeden. Ik heb weinig gehoord over de koers van Nederland in de volgende eeuw, de problemen van de multiculturele samenleving, de rol van de levensbeschouwing in het debat over normen en waarden en over de staatkundige hervormingen (zelfs niet bij D66).

De toon van paars is zelfgenoegzaam. Bolkestein lag de afgelopen jaren vaak dwars, maar de afgelopen weken merkte ik daar weinig van. Alles is gericht op voortzetting van het neoliberale, postmodernistische, pragmatische beleid. Kok wordt daarbij gepresenteerd als een groot staatsman. Mevrouw Borst kijkt op sommige foto's bijna in aanbidding naar hem op.

Om paars geen gevaar te laten lopen, wordt Borst met zachtheid behandeld, omdat D66 niet te klein moet worden. Ook de media hebben haar gespaard. Omdat paars moet doorgaan, neemt men ook nauwelijks de moeite om de stellingen van De Hoop Scheffer (CDA) te weerleggen”. Over de kleine christelijke partijen zegt Van Dijk dat ze flink aan de weg hebben getimmerd en aansprekende thema's hadden.

Verbrugh
Ook dr. A. J. Verbrugh (81), van 1971 tot 1981 kamerlid voor het GPV, miste in de campagne een duidelijk thema. „Vroeger heeft het wel eens over de schoolstrijd gegaan of over de verhouding met Indonesië of de defensie, maar nu was er eigenlijk niets wat de kiezer aangreep. Er werd vooral gewerkt aan presentatie van de lijsttrekkers. De overheersende rol van de tv en de opiniepeilingen draagt bij aan de oppervlakkigheid. Die vervlakking dringt ook onze kerken en gezinnen binnen. Het neutralistische klimaat van de samenleving is het gevaar dat ons momenteel bedreigt. Het maakt het leven perspectiefloos en normloos”.

Verbrugh vond de campagne saai. „Kok en Bolkestein ontzagen elkaar en namen het totaal perspectiefloze D66 in bescherming. GroenLinks en de SP probeerden de controverse met 'paars' aan te dikken, maar missen zelf een goed programma.

De kleine christelijke partijen zijn de enigen die meer bezieling in de campagne kunnen brengen. Zij bestrijden de punten die Gods eer in het publieke leven tekortdoen, maar is dat wel genoeg? Het moet niet alleen over deelthema's gaan. Zo laat je het neutralisme, dat overigens ook het CDA beheerst, ongemoeid.

We moeten positieve aandacht voor Gods aanwezigheid in de samenleving vragen. We moeten laten zien dat we het agnostische karakter van de maatschappij willen veranderen, waardoor het eigen, christelijk-historische karakter van land en volk vanonder het paarse pragmatisme tevoorschijn wordt gehaald. We moeten ons richten tot het hele volk en laten zien dat achter het liberalisme van deze samenleving de leer van de persoonlijke zelfbestemming zit, die de oorzaak van alle ongerechtigheid is”.

Van Rossum
Toen SGP-fractieleider ir. H. van Rossum in 1986 na negentien jaar de Tweede Kamer verliet, nam hij radicaal afstand van het politieke werk. „Je moet je opvolgers niet voor de voeten lopen. Ik heb zelf genoeg meegemaakt met mensen die langs de kant staan te schreeuwen hoe het moet. Ik heb veel goede raadgevers gehad, maar ook heel lastige”.

Hoewel zijn politieke belangstelling niet verflauwd is, heeft Van Rossum (78) de campagne niet intensief gevolgd. „Natuurlijk probeerden de leiders van de grote partijen elkaar zwart te maken. Na de verkiezingen zullen ze elkaar weer omhelzen. In mijn tijd ging dat niet anders”.

Leerling
Dertien jaar zat M. Leerling voor de RPF in de Tweede Kamer. Voor het eerst bezag hij de campagne nu vanaf de zijlijn, al maakt hij de kanttekening dat hij er weinig tijd voor kon vrijmaken. „Ik stoor me wel enorm aan de aandacht voor de vraag: Wordt het Kok of wordt het Bolkestein? Wij kennen geen verkiezingen voor de minister-president, maar het begint er wel steeds meer op te lijken. Dat zijn Amerikaanse toestanden. Zo is het succes van de PvdA ook goeddeels te danken aan Kok, zoals het CDA eerder van het Lubbers-effect profiteerde. Zonder Kok zou de PvdA een geweldig probleem hebben”.

De kleine christelijke partijen worden gehinderd door gebrek aan mediabelangstelling. „Ze hadden zeven zetels, maar de SP, met slechts twee zetels, kreeg veel meer aandacht. De kleine christelijke partijen hadden in hun campagne niet veel items voorhanden die bij het grote publiek leven, zoals in het verleden de abortuswet. De RPF probeert zich nu sociaal te profileren, maar ik vraag me af of dat een groot kiezerskorps aanspreekt.

Het blijkt dat ook de 'verloving' van RPF en GPV nauwelijks winst heeft opgeleverd. Dat heb ik ook steeds voorspeld. Enkele jaren geleden heb ik al gezegd dat deze drie partijen hun top zo'n beetje bereikt hebben. Wat er van de CDA-stemmers is overgebleven, is vrij hecht aan die partij verbonden.

Wel vind ik dat RPF en GPV te weinig front hebben gemaakt richting het CDA, vanuit de gedachte dat men schouder aan schouder moet staan tegenover paars. Ik houd staande dat het CDA de grootste tegenstander van de kleine christelijke partijen is. Het CDA doet aan volksverlakkerij, want het is niet christelijk. Andere godsdiensten krijgen in die partij alle ruimte. Het CDA is een figuur van leem en ijzer. Die ontmaskering is nodig om kiezers daar weg te halen, maar die confrontatie is te weinig aangegaan”.

De uitslag stemt Leerling tot somberheid. „Als paars II er komt, is de ramp voor christelijk Nederland niet te overzien. Kok remt het hier en daar nog af, maar er staan lieden klaar om de laatste heilige huisjes omver te halen”.