Tweede-Kamerverkiezingen 6 mei 1998

VVD-leider eist hard regeerakkoord

Kok en Bolkestein
winnen verkiezingen

Van onze politieke redactie
DEN HAAG – De Partij van de Arbeid van premier Kok heeft de Tweede-Kamerverkiezingen van gisteren overtuigend gewonnen. De sociaal-democraten kwamen uit op 45 kamerzetels, acht meer dan ze hadden. De VVD boekte een historische overwinning en veroverde 39 zetels, eveneens een winst van acht ten opzichte van de vorige verkiezingen.

Het CDA verloor opnieuw fors en bleef steken op 29 zetels. Ook D66 is door de kiezers afgestraft: de partij verloor tien van haar 24 zetels. De nieuwe Tweede-Kamerfractie van D66 belegt vanmorgen een vergadering over de vraag of de partij wil meedoen aan een nieuw paars kabinet. D66 is weliswaar boven de „kritische grens” van twaalf zetels uitgekomen, maar lijsttrekster Borst wil dat haar partij „beter herkenbaar” moet kunnen terugkeren. Zowel Kok als VVD-leider Bolkestein nodigde D66 uit om tijdens de komende onderhandelingen niet langs de zijlijn te blijven staan. „Ze vragen er zelf om dat wij onze eisen stellen”, aldus Borst.

Het aantal kamerzetels zou D66 het recht op twee ministersposten in een volgend kabinet geven. Maar Borst zei gisteravond tijdens het lijsttrekkersdebat al dat haar partij pas een duidelijk eigen gezicht kan tonen wanneer zij drie posten krijgt. Zowel Kok als Bolkestein reageerde zuinigjes op dat verlangen. „Deze Amsterdamse koopman moet daar nog eens goed over nadenken”, zei Bolkestein, „maar alles is bespreekbaar”.

„Stevig regeerakkoord”
Ook Bolkestein wil het profiel van zijn partij in een volgend kabinet veiligstellen. Geconfronteerd met de forse winst van de PvdA eist de VVD-leider een „stevig en gedetailleerd regeerakkoord”. Hij ziet het „geweld van links” de Tweede Kamer „binnenstormen” en is bang dat de VVD in de Kamer een steeds „eenzamere” positie gaat innemen. Ook de VVD'ers Dijkstal en Zalm voorspelden „harde en strenge onderhandelingen”. Toch verwacht Bolkestein dat de drie paarse partijen er binnen „een week of acht” moeten kunnen uitkomen.

De verkiezingen hebben inderdaad een „progressief alternatief” mogelijk gemaakt, zoals GroenLinks-leider Rosenmöller het uitdrukte. Zijn partij boekte een stevige winst en kwam uit op elf zetels, een winst van zes. Ook de Socialistische Partij won en ging van twee naar vijf zetels. Samen met de PvdA en D66 beschikken de progressieve partijen dus over een imposante inbreng van 75 zetels.

Kok waarschuwde zijn eigen partij gisteravond voor „zelfoverschatting”. „Ook als je fors wint, moet je niet naast je schoenen gaan lopen”, zei Kok. De PvdA-voorman sprak verder van een „prachtige avond”. Hij zag het resultaat als een beloning van de kiezer en als een aanmoediging om het beleid van de afgelopen jaren voort te zetten. Omdat de paarse coalitie als geheel zes kamerzetels heeft gewonnen, sprak Kok zijn voorkeur voor een tweede paars kabinet uit. Kok voegde daar wel aan toe dat een nieuw kabinet „socialer” moet zijn dan paars I geweest is.

Christelijke fracties
De christelijke partijen hebben fors verloren. Het CDA moest opnieuw zetels inleveren, dit maal vijf, en kwam uit op 29 zetels. Lijsttrekker De Hoop Scheffer trekt daaruit geen persoonlijke consequenties. „We zijn er niet in geslaagd onze boodschap voldoende duidelijk over te brengen. Maar inhoudelijk moeten we op dezelfde lijn verdergaan”, zei hij tot zijn teleurgestelde aanhang.

Het verlies van het CDA is niet aan de kleine protestants-christelijke fracties ten goede gekomen. De RPF groeide iets en veroverde op eigen kracht de drie kamerzetels die de partij al had. Ook SGP en GPV bleven steken op het aantal zetels dat zij nu innemen. Halverwege de avond gloorde bij de SGP-aanhang de hoop dat de partij de derde zetel, die zij vier jaar geleden verloor, zou heroveren. Die hoop bleek echter ijdel.

De Centrumdemocraten van Janmaat verloren hun drie zetels. Janmaat overweegt nu de opheffing van zijn partij. Ook de ouderenpartijen verdwijnen, na jaren van onderling gekrakeel, uit de Tweede Kamer. Noch AOV/Unie 55+, noch Senioren 2000 van mevrouw Nijpels slaagde erin een kamerzetel te veroveren.

De opkomst bleef met 73,2 procent royaal achter bij vier jaar geleden, toen 78,4 procent van de kiesgerechtigden de gang naar de stembus maakten.