19 oktober 2001

„Er is veel onwetendheid over religieuze drijfveren moslims”

Zelfmoordactie als offer voor Allah

Door K. van der Zwaag
„De terroristen die duizenden onschuldige slachtoffers de dood injoegen, komen als martelaren in het paradijs. De islam ziet hun daden niet als terreur- of zelfmoordactie, maar als het opofferen van het hoogste wat je hebt: je eigen leven.” De Leidse islamoloog prof. dr. P. S. van Koningsveld ergert zich als wetenschapper aan de onwetendheid omtrent de religieuze drijfveren van moslims. Mooie politieke uitspraken over de tolerante islam miskennen de religieuze gedrevenheid van met name radicale moslims. „Al geloof ik wel dat de meeste moslims ter wereld een vreedzaam leven willen leiden.”

De huidige golf van geweld wordt ideologisch gevoed door de coalitie tussen Taliban en Osama bin Laden. Prof. Van Koningsveld plaatst de Taliban in de traditie van het wahabisme, een „heel traditionele en fundamentalistische stroming” binnen de islam. „Zij is sterk betrokken op de grondteksten en biedt weinig ruimte voor vernieuwing in de godsdienst. Vernieuwing wordt direct als nieuwlichterij veroordeeld.”

Na de aanslagen in de VS en de militaire acties in Afghanistan roepen de moslims onder aanvoering van Bin Laden op tot een heilige oorlog (jihad). Tegen wie moet deze oorlog gevoerd worden? Van Koningsveld: „In de jihad gaat het ten diepste om bevrijding van de heilige islamitische gebieden van westerse mogendheden. Dat drijft de verzetsbeweging rond Bin Laden, maar ook andere verwante groepen. Ik denk aan een organisatie in Londen die regelmatig publicaties uitgeeft waarin wordt beweerd dat de Amerikanen heilig land bezet houden. De jihad wil aan die bezetting een einde maken door in opstand te komen tegen de eigen regeringen die deze politiek steunen of tegen de Amerikanen zelf.”

Radicale moslims die deze jihad voeren, verdedigen zich volgens Van Koningsveld terecht met een beroep op de koran. „Jihad mag volgens de koran alleen zelfverdedigend zijn, maar het gaat hier ook om een defensieve strijd. Daarvan was sprake bij het verwijderen van de Russen uit Afghanistan, maar ook bij het aantasten van belangen van Amerikanen. Het is hun islamitisch territorium dat rechtmatig verdedigd moet worden. De Arabische en islamitische wereld heeft ruim tachtig jaar geleden onder niet-islamitische, westerse mogendheden, lees: geleden onder ongelovigen. Er kunnen terecht koranverzen geciteerd worden waarin opgeroepen wordt tot de strijd tegen de ongelovigen.”

Toch zeggen veel regeringsleiders dat deze terreuracties niets met de islam te maken hebben.
„Dat zijn politieke uitspraken waaruit blijkt hoe slecht men de islam kent. Ik weet dat de moslims die tot deze acties oproepen wellicht niet tot de hoofdstroom binnen de islam behoren, maar dat betekent op godsdienstwetenschappelijke gronden niet dat ze niet tot de islam behoren, net zomin als je de strenge beweging van het puritanisme niet tot het christendom zou kunnen rekenen. Ook deze moslims kunnen zich op een bepaalde traditie binnen de islam beroepen. Als je dit ontkent, strooi je jezelf zand in de ogen. Het is gevaarlijk om de politieke agenda door de liberale moslims te laten bepalen.”

Speelt haat tegen het Westen bij de terroristen ook geen belangrijke rol?
„Zeker, die haat heeft een sociale, economische en culturele basis waardoor de dingen uiteindelijk wel in een religieus kader worden geplaatst. De moslims die ageren tegen het Westen behoren tot dat deel van de wereld dat volgens hen uitgebuit en leeggeplunderd is. Zij stellen nu dat je daartegen alle middelen mag inzetten. Dat geeft voeding aan wat men in het Westen terrorisme noemt, maar waarover men in de Arabische wereld spreekt in termen van het ”zogenaamde” terrorisme. Het is een rechtvaardige strijd om een einde te maken aan bezetting en onderdrukking.”

Paradijs
Hoe religieus ingekleed de aanslagen zijn, bewijst de interpretatie van Bin Laden van de terreurdaden in New York en Washington, zegt de Leidse islamoloog. „Bin Laden heeft de daders als moslims beschouwd. Hij noemde de terroristen zelfs de voorhoede van de islam. Hij heeft Allah gebeden hen in het paradijs toe te laten. Daarmee wordt een appèl gedaan op de religieuze betrokkenheid van moslims. Wie in de islam martelaar is, komt net als de profeten rechtstreeks in het paradijs, in tegenstelling tot gewone moslims, die bij hun dood in het graf komen en moeten wachten tot de Laatste Dag, de Dag des Oordeels. Maar ook dan blijft het altijd onzeker of Allah hen werkelijk in het paradijs opneemt. De overtuiging van een directe toegang tot het paradijs is een belangrijke impuls geweest voor de terroristen. Het geloof in het hiernamaals is een geestelijke steun geweest voor al die jaren dat ze zich op deze daad hebben voorbereid. Een geloofsovertuiging kan krachten mobiliseren die niet op een andere manier opgewekt zouden kunnen worden!”

Geen zelfmoord
De terroristen die bij de aanslagen het leven lieten, zijn in de ogen van moslims geen zelfmoordenaars, aldus Van Koningsveld. „Zij hebben het hoogste offer gebracht dat denkbaar is, hun eigen leven, ten dienste van de goede zaak. Zelfmoord is verboden in de islam. Maar dit wás geen zelfmoord, dit was een strijden voor Gods zaak. Ze zijn te vergelijken met verzetsstrijders die hun leven voor de goede zaak gaven en zo stonden voor het vuurpeloton. Zij deden dat onbevreesd en uit volle overtuiging.”

De aanslagen zijn volgens Van Koningsveld vergelijkbaar met de Palestijnse zelfmoordacties. „Hamas en Hezbollah zijn verwante groepen. Deze jihad-groeperingen appelleren in hun oproep tot het plegen van verzet aan gevoelens die overal in islamlanden leven, zoals in Egypte, Marokko en Indonesië. Je kunt deze gevoelens terugvoeren op de historische ervaring van het kolonialisme en het neokolonialisme, de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen door westerse landen, maar zij hebben ten diepste een godsdienstige achtergrond.”

In de vier vliegtuigen die zich te pletter vlogen zaten onschuldige slachtoffers, onder wie vrouwen en kinderen. Is dat niet in strijd met de koran?
„De jihad is onderworpen aan bepaalde regels die het wettige gezag neemt op advies van de schriftgeleerden. Maar het probleem met Bin Laden en zijn netwerk is dat zij geen wettig gezag vertegenwoordigen. We hebben hier te maken met revolutionaire bewegingen die juist het wettig gezag willen omverwerpen en toch de jihad op gang willen brengen. Zij doen dit dus onafhankelijk van bestaande regeringen. Volgens de koran moeten vrouwen, kinderen en ouderen zo veel mogelijk gespaard worden, maar Bin Laden kan geen normale oorlog met behulp van een leger voeren en is daarom geheel afhankelijk van dit soort aanslagen. Daarbij vallen onschuldige slachtoffers. Helaas, er is voor hen geen andere manier. Moslims die zulke daden plegen, zetten de slachtoffers echter af tegen de duizenden kinderen in Irak die stierven als gevolg van onvoldoende hulp door VN-sancties, of tegen de vele Palestijnse kinderen die doodgeschoten zijn.”

Hoe komt het dat dergelijke acties wel in de islam voorkomen, maar niet in het christendom of in het hindoeïsme?
„Historisch gesproken heeft het besef van martelaarschap in de islam te maken met de ontstaansgeschiedenis van deze godsdienst. Vanaf de vroegste geschiedenis verkeerde de islam in een situatie van strijd en vervolging. Alleen door strijd kon hij daaraan met succes ontkomen! Dat verklaart ook de belangrijke positie van de martelaar. In de beginperiode lag de nadruk sterk op het offer. Vandaar dat het niet bevreemdt dat dit een belangrijke functie heeft gekregen in de koran. Een moslim die zich opoffert, kent geen angst voor de dood.”

Bin Laden
Het is volgens Van Koningsveld uitermate moeilijk om de islamitische achtergrond van Bin Laden zelf te peilen. Zoals mullah Omar, leider van de Taliban, de lokale tak van al-Qaida vertegenwoordigt, zo is Bin Laden de internationale vertegenwoordiger ervan. Hoewel de Taliban een ideologie vertegenwoordigen die ook in de Arabische wereld als een potentieel gevaar wordt beschouwd, vindt hun boodschap weerklank bij moslims wereldwijd. Het gaat hier om een revolutionaire, messiaanse beweging binnen de islam.

„Interessant is de vraag hoe Bin Laden zichzelf ziet. Dat is tot nog toe niet erg duidelijk. Hij beschouwt zichzelf als de leider van de jihad. Door zich hiertoe op te werpen, eigent hij zich in feite het hoogste staatsgezag toe. Hij doet hiermee potentieel een gooi naar het hoogste staatsgezag binnen de islam. Het is uit teksten niet direct op te maken dat hij zichzelf als een messiaanse figuur ziet, een soort redder van de islamitische wereld. Maar uit niet-gepubliceerde interviews die recent op Arabische sites beschikbaar zijn gesteld, is het opvallend dat hij nogal eens spreekt van de val van het kalifaat, het Ottomaanse Rijk, na de Eerste Wereldoorlog. Dat kalifaat is toen definitief verdwenen.

Wat ik nu proef is dat Bin Laden zijn kaarten op tafel heeft gelegd. Het feit dat hij zich achter de terroristen opstelt en voor hen toegang tot het paradijs vraagt, is voor hem best riskant. Tot op dat moment geloofden vele islamieten niet dat Bin Laden achter zulke afschuwelijke dingen zou staan. Bin Laden lijkt niet alleen uit te zijn op herstel van de sharia, maar ook op herstel van het kalifaat. De natiestaten zijn voor hem irrelevant. Wanneer hij in zijn boodschappen spreekt over ”onze natie”, dan bedoelt hij alle moslims ter wereld, die hij als een politieke eenheid ziet.”

Komt er een nieuwe wereldwijde godsdienstoorlog?
„Als we die definiëren als een strijd tussen twee godsdiensten, dan moeten we zeggen dat het nog niet zo ver is. Daarvoor spelen de economische, politieke en culturele factoren te veel een rol. Van islamitische zijde zou het eventuele ontstaan van een godsdienstoorlog sterk afhangen van de manier waarop het Westen omgaat met zijn eigen moslims. Als er islamitische gebedshuizen in brand gestoken worden, zal dit een enorme invloed hebben op de islamitische wereld en een pogromsfeer teweegbrengen. Als er islamitische heiligdommen in het Midden-Oosten gebombardeerd worden, dan slaat de vlam zeker in de pan.”

Van Koningsveld denkt niet dat het conflict met wapens valt op te lossen. „Wie de grieven in de islamitische en de Arabische wereld in zijn geheel niet ernstig neemt, vindt op korte termijn nooit een oplossing. Eén ding is zeker: de problematiek zal blijven als het Israëlisch-Palestijnse vraagstuk niet wordt opgelost.”