Amerikaans bedrijfsleven
fel tegen internetbelasting

NEW YORK/BRUSSEL – Het Amerikaanse bedrijfsleven ziet niets in BTW–heffing op transacties via internet. Dat blijkt uit een onderzoek van accountants– en consultancybureau KPMG, waaruit de Britse zakenkrant Financial Times dinsdag citeerde. Volgens tweederde van de onderzochte bedrijven wordt het lastig om internetbelastingen in te voeren.

KPMG ondervroeg financiële directeuren van 270 van de 2000 grootste bedrijven in de Verenigde Staten. De betrokken bedrijven zijn actief in diverse sectoren.

Ruim eenderde denkt dat belastingen een barrière vormen om buitenlandse markten te betreden, nog meer dan culturele verschillen. Daarmee wijzen ze indirect voorstellen van Europees commissaris Bolkestein (interne markt) af om BTW te vragen voor internetverkopen. Dit zou alleen gelden voor producten die elektronisch worden geleverd, zoals software en muziek.

Het plan van Bolkestein heeft ook grote gevolgen voor bedrijven buiten de EU die zaken doen met klanten binnen de unie. Zij moeten zich in minstens één lidstaat vestigen en daarmee BTW in rekening brengen volgens het tarief dat in die lidstaat geldt.

Amerikaanse bedrijven hebben Bolkesteins plannen al veroordeeld. Zij vrezen dat de Europese Commissie de belastingen gaat heffen om Amerikaanse internetbedrijven als melkkoe te gebruiken, juist nu zij zich in Europa beginnen te manifesteren.

Een adviescommissie van het Amerikaanse congres wil daarentegen het moratorium op internetbelastingen verlengen tot 2006. Daarover wordt later dit jaar gestemd. Eind vorig jaar werd daarover ook gesproken in WTO–verband. Maar omdat een ministerieel congres van de Wereldhandelsorganisatie in Seattle mislukte, bleef ook hierover overeenstemming uit. Gevreesd wordt nu voor een nieuwe Amerikaans–Europese handelsoorlog.