Stolseloplosser thuis
kan hartinfarct voorkomen

Mensen met hartklachten die thuis al stolseloplossende middelen krijgen toegediend, hebben een goede kans om helemaal geen hartinfarct te ontwikkelen.

De Nijmeegse cardiologen Lamfers en Hooghoudt pleiten mede om die reden voor landelijke invoering van de zogenaamde prehospitale trombolyse, een methode die nu alleen in de regio Nijmegen en in Rotterdam wordt gebruikt.

Het Nijmeegse Canisius Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ) doet al twaalf jaar mee aan een onderzoek naar het voorkómen van hartinfarcten. In het kader van dat onderzoek maakt ambulancepersoneel bij personen met hartklachten thuis een hartfilmpje. De cardioloog ontvangt dat filmpje in het ziekenhuis via de telefoonlijn. Hij bepaalt of er werkelijk sprake is van een dreigend hartinfarct. Als dat het geval is, dient het ambulancepersoneel via een infuus stolseloplossende middelen toe.

De methode levert gemiddeld ruim een uur tijdwinst op. Eerder was al bekend dat door prehospitale trombolyse het aantal mensen dat overlijdt aan een hartinfarct aanzienlijk daalt. Tot verrassing van de Nijmeegse cardiologen bleek kortgeleden uit een onderzoek dat sommige mensen die op tijd stolseloplossende middelen hebben gekregen, helemaal geen hartinfarct meer ontwikkelen. Een dag na de ziekenhuisopname bleek 13 procent van de behandelde patiënten geen beschadigd hartweefsel te hebben.

Lamfers publiceert zijn vondst binnenkort in een gezaghebbend Amerikaans medisch tijdschrift. Als de methode landelijk wordt ingevoerd, moeten huisartsen en ambulancepersoneel bijscholing krijgen. Ook moeten alle ambulances hartapparatuur aan boord hebben.