„Resten BSE–koeien bedreigen
milieu en gezondheid”

LONDEN – Resten van honderdduizenden Britse koeien die zijn afgemaakt in de strijd tegen de gekkekoeienziekte (BSE) bedreigen het milieu en de volksgezondheid. Minstens een aantal van de geheime opslagplaatsen waar de vermalen resten van de dode dieren liggen opslagen, voldoet niet aan de minimale eisen van hygiëne. Daardoor kan de BSE-verwekker in het milieu komen, heeft de Britse krant The Observer onthuld.

Het ministerie van Milieu zag zich volgens de krant genoodzaakt een onderzoek in te stellen naar de opslag van 50.000 ton vermalen karkassen in voormalige vliegtuighangars in het graafschap Lincolnshire. Dat gebeurde na de ontdekking dat ratten, muizen en ander gedierte zich toegang hadden verschaft en dat in de wanden van de opslagplaatsen kieren en gaten zaten.

Van enkele gebouwen zou het dak op instorten staan. Ventilatoren blazen stof naar buiten, terwijl de opslagplaatsen juist hermetisch afgesloten moeten zijn om te voorkomen dat besmette stof in de buitenlucht en in de voedselketen komt.

Ook is het mogelijk dat mensen het inademen. BSE bij dieren vertoont gelijkenis met de dodelijke hersenziekte van Creutzfeldt-Jakob bij mensen. Wetenschappers sluiten een oorzakelijk verband niet uit, al hebben zij daarvoor nog geen bewijs kunnen leveren.

In Groot-Brittannië ligt momenteel meer dan 400.000 ton BSE-afval opgeslagen. Die hoeveelheid neemt jaarlijks met 65.000 ton toe, doordat er in het hele land nog steeds maar één verbrandingsinstallatie is waar de runderresten kunnen worden verwerkt. De karkassen moeten bij een temperatuur van 1000 graden Celcius worden verbrand om het proteïne dat BSE veroorzaakt onschadelijk te maken. De verbrandingsoven in Southampton kan maar een fractie aan van de 80.000 ton dierresten die ieder jaar ontstaan door het nog steeds voortdurende slachtprogramma.

Export
Sinds 1996 zijn er in Groot-Brittannië meer dan 3,5 miljoen runderen van 30 maanden en ouder afgeslacht in een poging de gekkekoeienziekte tot stilstand brengen en de export van Brits vlees weer op gang te krijgen. De regering houdt vol dat de meeste geslachte dieren niet besmet waren, maar dat ze vooral uit voorzorg afgemaakt zijn. The Observer wist echter de hand te leggen op documenten van Landbouw, waaruit blijkt dat misschien wel een op de 100 geslachte dieren besmet was, zonder daarvan tekenen te vertonen. „Dat betekent dat er misschien wel 4000 ton met BSE besmet materiaal ligt opgeslagen.”

The Observer publiceerde zondag een kaartje van Groot-Brittannië met dertien locaties van geheime opslagplaatsen. Mensen die in de buurt van een BSE-dump wonen, weten vaak van de prins geen kwaad, schrijft The Observer.