Ouderen gebruiken te lang plaspillen

Bijna de helft (40 procent) van de ouderen die plaspillen ofwel diuretica gebruiken, zou daar zonder problemen mee kunnen stoppen. Dat blijkt uit onderzoek van internist dr. D. van Kraaij waarop hij onlangs promoveerde aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.

Plaspillen worden zeer veel gebruikt door ouderen. Ongeveer 30 procent van de mensen ouder dan 65 jaar gebruikt ze; van negentigplussers meer dan de helft. Artsen schrijven het middel voor in geval van hartproblemen door vocht vasthouden of te hoge bloeddruk. Plaspillen werken vochtafdrijvend via de urine.

Van Kraaij, werkzaam in het Academisch Ziekenhuis Nijmegen St. Radboud, onderzocht of ouderen die plaspillen gebruiken, daar weer mee kunnen stoppen. In de praktijk blijkt dat mensen die eenmaal plaspillen nemen, dat hun levenlang blijven doen. Volgens Van Kraaij is dat absoluut onnodig. Na een vochtafdrijvende kuur met diuretica keren de klachten bij bijna de helft van de patiënten zelfs tot een jaar na het stoppen niet terug.

Plaspillen geven bijwerkingen als spierkrampen en jicht. Artsen noemen die bijwerkingen mild, maar Van Kraaij stelt dat sterkere diurectia ook ernstiger neveneffecten veroorzaken. Met name duizelingen (door daling van de bloeddruk) en valpartijen brengen risico's met zich mee. Gebruikers vinden het verder hinderlijk dat ze heel vaak naar het toilet moeten.

Van Kraaij raadt gebruikers ten sterkste af op eigen gelegenheid met de plaspillen te stoppen. Daarvoor is overleg met de behandelend arts nodig. Het Academisch Ziekenhuis Nijmegen St. Radboud (AZN) ontwikkelt een eenvoudige test om patiënten die stoppen met diuretica te 'volgen'.