Gezondheid 13 juli 1999

Neurostimulatie bevordert nieuwvorming bloedvaten

Zenuwprikkeling helpt
bij hartklachten

Door A. M. Alblas
Een van de bekendste klachten bij vernauwing van de kransvaten van de hartspier is angina pectoris. Het is een beklemmende pijn op de borst, die ontstaat door zuurstofgebrek van de hartspier. Een dotterbehandeling of een bypassoperatie ('omleiding') is vaak de aangewezen behandelmethode.

Toch blijft er een groep patiënten die ook daarna nog klachten houdt. Voor hen biedt neurostimulatie, het toedienen van elektrische prikkels via het centrale zenuwstelsel, vaak nog soelaas.

De Groningse cardioloog dr. G. A. J. Jessurun behandelde inmiddels 400 patiënten met neurostimulatie. Volgens hem is het op dit moment de enige effectieve en veilige behandelingsvorm voor patiënten met moeilijk behandelbare angina pectoris. Hij noemt het een revolutionaire ontwikkeling.

Veel van zijn collega's volgen hem met argusogen en de nodige scepsis. „Neurostimulatie heeft iets mysterieus”, zegt Jessurun. Toch is er volgens hem niets mis mee. Dat het toekomst heeft, daarvan probeert hij de medische wetenschap met zijn onderzoek, waarop hij kortgeleden promoveerde, te overtuigen.

„Neurostimulatie werd reeds in de oudheid door Egyptenaren toegepast, waarbij stroom, afkomstig van de staart van de sidderaal, gebruikt werd als pijnbestrijding bij verstijving van gewrichten”, aldus Jessurun. „In ons land werd in 1967 de eerste patiënt met angina pectoris door Melzack en Wall behandeld met neurostimulatie. Maar agressievere behandelmethoden verdrongen deze onschuldige en toch effectieve behandeling met elektrische prikkels.”

TRAP
In zijn proefschrift laat Jessurun alle conventionele antiangineuze behandelingen de revue passeren. Van dotteren en opereren tot het gebruik van allerhande beschikbare medicaties. Toch blijven er patiënten bij wie deze aanpak uiteindelijk weinig of geen effect heeft. Het eindstadium van dergelijk kransvatlijden noemt Jessurun Therapie-Resistente-Angina-Pectoris (TRAP).

Binnen deze TRAP-groep zijn er ook patiënten met kransvatvernauwingen die om allerlei redenen niet geopereerd kunnen worden en een groep met normale kransvaten die om de een of andere reden geregeld in een kramptoestand verkeren, waardoor angina-pectorisklachten optreden. „Patiënten met TRAP veroorzaken onder andere door herhaalde ziekenhuisopnamen een grote economische last binnen de gezondheidszorg. Bovendien moet niet vergeten worden dat de psychische belasting en onderlinge irritatie voor patiënt, familie en behandelend arts bijdraagt tot een verdergaande sociale isolatie”, zegt Jessurun.

Voorgangers en succes
De Groningse cardioloog borduurt voort op twee onderzoeken met neurostimulatie die eveneens in Groningen zijn verricht. Zijn collega De Jongste beschreef eerder het succes van neurostimulatie, terwijl de cardioloog Hautvast onderzocht welke zenuwbanen betrokken zijn bij de elektrische prikkeling en welk effect die prikkeling heeft op de kransvaten. Hun onderzoeken beperkten zich tot proeven op dieren. Jessurun toont nu het succes aan bij de mens.

Sinds 1994 werden niet minder dan 600 patiënten met angina-pectorisklachten naar Jessurun verwezen. Tweehonderd van hen werden gedotterd, ondergingen een operatie of bleken niet-cardiale problemen te hebben. Er bleven dus 400 patiënten over die de cardioloog behandelde met neurostimulatie.

De elektrische prikkel kan zowel inwendig, via het ruggenmerg, worden gegeven, of uitwendig via de huid. „Het gaat uiteindelijk om het effect op de kransvaten van de hartspier”, zegt Jessurun.

Hij ontdekte dat neurostimulatie de doorbloeding van de hartgebieden met zuurstofgebrek verbetert, waarschijnlijk doordat de prikkel de weerstand van de kransvaten verlaagt en de nieuwvorming van bloedvaten stimuleert. Aan deze betere doorbloeding ligt een herverdeling van de bloedtoevoer ten grondslag, ten gunste van de haarvaten in de zuurstofarme gebieden van de hartspier. Het netto-effect is een gelijkmatiger doorbloeding van de hele hartspier, waardoor de pijnklachten verdwijnen.

Vervolg
Toch bevat deze theorie nog te veel veronderstellingen, zoals Jessurun zelf zegt. Een vervolgonderzoek moet dan ook het gelijk van zijn hypothese onderbouwen. Maar hij is overtuigd van het succes van de neurostimulatiebehandeling.

De cardioloog onderzocht ook de effectiviteit en veiligheid van de behandeling op langere termijn. Na een jaar bleek de behandeling niet alleen een gunstige invloed te hebben op de pijn, maar ook op het sociaal, psychische en fysieke welbevinden van de patiënt. Jessurun gaat zelfs nog een stap verder. „Ik zie het er in de toekomst van komen dat een patiënt met klachten van angina pectoris eerst een neurostimulatiebehandeling krijgt. We staan bij deze patiënten nu snel klaar met een dotterbehandeling, terwijl we achteraf nogal eens constateren dat zoiets niet echt nodig is geweest.”

Ook de laserbehandeling is volgens Jessurun niet echt veilig en effectief, zoals onlangs nog in een vermaard medisch tijdschrift uit de doeken is gedaan. Veel verwacht de Groningse cardioloog van de in ontwikkeling zijnde gentherapie. „Als we dat voor elkaar krijgen dan zullen er nauwelijks meer patiënten met angina-pectorisklachten zijn”, aldus Jessurun.