Gezondheid 1 juni 1999

Gehoorapparaat net zo
gewoon als een bril

Door G. Wolvers
„Nee, nog geen foto nemen. Je ziet toch wat ik aan het doen ben.” Oma draait zich om en frunnikt aan het oor. Ze is niet de enige die zich schaamt voor een gehoorapparaat. Duizenden slechthorenden gaan niet naar de dokter omdat ze bang zijn een zichtbaar gehoorapparaat te krijgen. Terwijl dat toch net zo'n soort prothese is als een bril. De valse schaamte voor slechthorendheid tast ondertussen wel de gezondheid en de communicatiemogelijkheden van miljoenen Europeanen aan.

Slechts een op de drie slechthorende Europeanen draagt een gehoorapparaat. „Men is bang voor het stigma. Het lijkt oud, onintelligent”, zegt Valentin Chapero, voorzitter van Ehima, de organisatie van Europese gehoorapparatenfabrikanten. „Het gehoorapparaat heeft niet dezelfde doorbraak gemaakt als de bril, die als modieus wordt gezien.”

Als een van de redenen daarvoor ziet hij dat gehoorapparaten in sommige landen niet of slechts gedeeltelijk worden vergoed door de ziektekostenverzekeringen of de overheid. „Het belangrijkst is echter het gebrek aan informatie en het geringe vertrouwen van het grote publiek in gehoorapparaten.”

Volgens industriebaas Chapero is er een grote campagne nodig om het publiek ervan te overtuigen dat mensen met gehoorproblemen hulp bij de dokter moeten zoeken en dat een gehoorapparaat helemaal niet zo gek is als het schijnt. Deze bewustheid moet worden vergroot door goede informatie. Artsen, huidige gebruikers, fabrikanten en media moeten die stimulerende rol spelen. „Niets doen is geen optie”, zo luidt de slagzin.

De fabrikanten hadden het nodige geïnvesteerd in het uitdragen van deze boodschap. Afgelopen donderdag tot en met zaterdag organiseerde het Ehima een driedaags wetenschappelijk congres, een beurs, een tentoonstelling en een persconferentie in het Conferentiecentrum Heysel van Brussel. Wetenschapsmensen ondersteunden de boodschap.

De publiekscampagne kreeg vorige week al aardig gestalte. Verscheidene Belgische schoolklassen bezochten de tentoonstelling. Kinderen versierden op de beurs gratis tasjes, sleutelhangers en sleutelkokers van gehoorfabrikanten.

Meer gehoorproblemen
Nu lijkt een pleidooi voor het dragen van gehoorapparaten niet vreemd uit de mond van de voorzitter van een organisatie van fabrikanten. Die hebben immers baat bij een productieverhoging. De cijfers lijken hun echter gelijk te geven. De Europese bevolking neemt de komende 30 jaar naar schatting met 5 procent toe, het aantal mensen met gehoorproblemen echter met 42 procent.

Het is met name de vergrijzing die voor de stijging zorgt; de gevolgen van het groeiend gebruik van walkmans zijn niet eens meegerekend. Als het huidige gezondheidszorgbeleid niet verandert, blijft het aantal mensen met een gehoorapparaat of ander hulpmiddel steken bij zo'n 30 procent. „We moeten de hulp bij slechthorendheid dramatisch opvijzelen”, benadrukte prof. dr. Adrian Davis, hoogleraar aan het MRC Instituut voor Gehooronderzoek in het Engelse Nottingham, tijdens de persconferentie. Davis constateert dat patiënten onzichtbare hoorpreparaten veel acceptabeler vinden dan zichtbare gehoorapparaten.

Grote vraag is natuurlijk wie de dure gehoorapparaten (1000 tot 3000 euro) moet gaan betalen. Momenteel is het in Europa zo dat in een deel van de landen gehoorapparaten en prothesen niet worden vergoed en in een ander deel gedeeltelijk. Slechts in een enkel land bestaat een complete vergoeding.

De fabrikanten vinden dat de gemeenschap, de overheid of de sociale (ziektekosten)verzekeringskassen, gehoorapparaten helemaal moeten vergoeden. De kosten zijn de moeite waard, zo blijkt uit het donderdag gepresenteerde onderzoek van de Universiteit Maastricht in opdracht van Ehima. Gehoorapparaten verbeteren de kwaliteit van het leven met 15 procent, zo berekende KNO-arts L. J. C. Anteunis van de afdeling hoofd- en halschirurgie van het Universitair Hospitaal in Maastricht.

Volgens hem worden de totale medische kosten van een patiënt met gehoorproblemen, afhankelijk van de aanpak 20.000 tot 100.000 euro, ruimschoots vergoed door besparingen op kosten die anders elders zouden worden gemaakt. Om welk bedrag aan besparingen het ging, kon hij echter niet aangeven.

Ehima-voorzitter Chapero was op dit punt echter zeer stellig. „De beste bezuiniging is iedereen 100 procent gehoorhulpmiddelen te geven. De verborgen kosten zijn veel hoger dan gehoorhulp.” Vervolgens kwam hij met de bedrijfseconomische verklaring dat de ontwikkelingskosten veel beter te behappen zijn als er meer gehoorapparaten worden verkocht. Een hogere productie verlaagt de kosten. De dure elektronica in de huidige digitale oorapparatuur wordt meer gespreid dan bij de relatief lage aantallen verkochte gehoorapparaten nu het geval is.

Oorsuizen
Siemens presenteerde tijdens de beurs een nieuw apparaat dat de lichamelijke en psychische gevolgen van oorsuizen (Tinnitus) moet verminderen. Miljoenen mensen, naar schatting 17 procent van de wereldbevolking, lijden aan deze kwaal. Zij horen ruisende, sissende, piepende, dreunende, brommende of gillende geluiden.

Het nieuw ontwikkelde apparaatje, Tinnitus-Control-Instrument (TCI), ziet eruit als een simpel gehoorapparaatje aan het oor. Het apparaat produceert zelf ook een geluidje, dat de gebruiker naar eigen smaak kan instellen.

De TCI vermindert volgens de fabrikant de klachten bij 90 procent van de mensen. Dit positieve effect wordt pas na een jaar bereikt. Tot de eerste helft van het gebruikersjaar lopen de effecten gelijk met die van een placebo. Na dit halfjaar lopen de effecten van de placebo terug, terwijl die van de TCI weer toenemen. De TCI, die herfst dit jaar op de markt komt, wordt in Duitsland nog niet vergoed.

Op de tentoonstelling staat een test waaruit blijkt dat muziek –onder de knop klassiek draait kopermuziek van Händel– slechts 5 uur per week op de gekozen geluidssterkte –95 decibel– mag worden aangehoord. Mensen raken tijdens hun leven tussen 0 en 70 jaar op natuurlijke wijze al de helft van hun 15.000 haarcellen kwijt die voor het doorgeven van geluid zorgen. Buiten, vlak bij het Brusselse Atomium (de bekende acht bovengrondse 'bollen'), komt met een oorverdovend geluid een brommer voorbij. Bij de jongens erop zullen nog meer haarcellen het zeventigste levensjaar niet halen.