Gezondheid 6 april 1999

Zie ook: Mevrouw H. A. Loomans

Begeleiding patiënten verbeterd

„Eerste 'poli hartfalen'
draait goed”

Door W. van Hengel
De eerste Nederlandse polikliniek voor patiënten met hartfalen, in het Academisch Ziekenhuis Maastricht (AZM) draait zo'n jaar. De voorlopige onderzoeksresultaten naar het reilen en zeilen lijken veelbelovend. Het mes snijdt aan twee kanten.

Optimale begeleiding van patiënten staat op de poli hoog genoteerd. Dat vertaalt zich in een betere lichamelijke conditie en levensverwachting voor de patiënt. Het aantal patiënten dat voor nieuwe klachten in het ziekenhuis moest worden opgenomen, daalde daardoor met 30 procent. Dat leverde een besparing op van 1000 ligdagen.

„De Nobelprijs voor de geneeskunde zullen we voor dit project niet krijgen”, zegt cardioloog dr. Carolien Lucas bescheiden. „Toch denken we dat we een goede formule hebben gevonden voor de medische en verpleegkundige begeleiding van patiënten met hartfalen.” Die begeleiding is in handen van cardiologisch verpleegkundige Ger Cleuren. Samen met dokter Lucas runt hij drie dagdelen per week de poli hartfalen in het AZM.

'Filevorming'
Hartfalen is een aandoening die ontstaat doordat het hart door een verzwakte hartspier onvoldoende bloed kan wegpompen. In de bloedvaten van de longen naar het hart ontstaat 'filevorming'. De longen lopen langzaam vol met overtollig vocht uit de bloedvaten. Klassieke symptomen van hartfalen zijn dan ook kortademigheid en een hoestje. De patiënt voelt zich moe. En niet alleen in de longen, maar ook in de buik en de benen kan zich vocht ophopen.

In de wereld van de cardiologen heet hartfalen al het „probleem van de eeuw”. Zo steeg het aantal ziekenhuisopnamen door hartfalen van 14.441 in 1980 tot 24.368 in 1992: een toename van 69 procent bij zowel mannen als vrouwen.

De belangrijkste oorzaken van hartfalen in de westerse landen zijn het hartinfarct, langdurige –onbehandelde– hoge bloeddruk en hartklepproblemen. De stijging van het aantal patiënten is het gevolg van de vergrijzing, de toegenomen overlevingskans na een hartinfarct en de langere overlevingsduur na een hartaandoening.

Hartfalen leidt tot soms langdurige en herhaalde ziekenhuisopnamen. De gemiddelde verpleegduur ligt op 14 dagen bij mannen en 17 dagen bij vrouwen. Dat is zelfs langer dan na een acuut hartinfarct, waarvoor mannen en vrouwen respectievelijk ruim 11 en 13 dagen in het ziekenhuis liggen.

Boston
Het idee voor een polikliniek hartfalen heeft dokter Lucas opgedaan in Boston in de VS. „Ik heb daar gewerkt in een kliniek voor harttransplantaties. In Boston hadden ze een aparte polikliniek voor de medische zorg en verpleegkundige begeleiding van patiënten en dat liep heel goed”, aldus Lucas.

Ze noemt het heel belangrijk dat patiënten met hartfalen de juiste medicijnen krijgen. Daar komt nogal wat bij kijken, want zij hebben meestal een combinatie van klachten. „Dat betekent dat je de middelen goed op elkaar moet afstemmen en moet manoeuvreren met de doses. Precisiewerk dus.”

Cleuren vertelt patiënten hoe ze in het leven van alledag met hun kwaal moeten omgaan. Het luistert nauw met de leefregels voor vochtbeperking en de handhaving van het lichaamsgewicht. Lucas: „Meestal slikt de patiënt plaspillen. Ze hebben dan de neiging meer te gaan drinken. Maar dat is water naar de zee dragen. Met goede voorlichting kun je dat voorkomen.”

Ook leert Cleuren patiënten hun eigen lichaam in de gaten te houden en symptomen te herkennen die duiden op het vasthouden van vocht. Om achteruitgang van spierweefsel te voorkomen, leert de patiënt bewegingsoefeningen aan. „Op den duur hebben ze het gevoel dat ze hun eigen ziekte onder controle hebben”, vertelt Cleuren.

Laagdrempelig
De toegang tot de polikliniek is laagdrempelig. Patiënten kunnen Cleuren tijdens kantooruren altijd telefonisch bereiken. Die aanpak werkt. Vorig jaar kwamen er 250 telefoontjes binnen. In het eerste kwartaal van dit jaar zijn er al 300 telefonische contacten geweest.

De poli hartfalen heeft inmiddels navolging gekregen in het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam, dat ook volgens het 'Maastrichtse model' werkt. In de academische ziekenhuizen in Rotterdam en Utrecht zijn eveneens poliklinieken hartfalen van start gegaan, maar daar werken ze volgens een andere opzet, aldus Lukas.