Inzage wachtlijsten
hartcentra wegens
succes voortgezet

Dankzij het registratiesysteem kunnen de hartchirurgen hun patiënten beter over het land spreiden. Iemand uit Leiden kan nu in Groningen worden geopereerd als daar eerder plaats is. Tot 4 jaar geleden bestonden tussen de dertien hartcentra grote verschillen in wachttijden.

De registratie blijkt te werken. Zo stonden in januari dit jaar 1294 mensen op de wachtlijst voor een openhartoperatie, van wie 309 langer dan 2 maanden. Begin 1996 waren er nog 1929 wachtenden, van wie 928 langer dan 2 maanden. Voor dotterbehandelingen stonden afgelopen januari 503 mensen op de wachtlijst van wie 41 langer dan 2 maanden. In 1996 was dat aantal met 1035 nog twee keer zo hoog, van wie 320 mensen langer dan 2 maanden moesten wachten.

De specialisten krijgen dankzij het project ook beter inzicht in de resultaten van hun ingrepen en kunnen die vergelijken met het landelijk gemiddelde en met buitenlandse gegevens. De zorgverzekeraars gaan net als de Nederlands Hartstichting de wachtlijsten ook publiceren op Internet.

ZN zal samen met de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen en de Vereniging van Academische Ziekenhuizen het project betalen. Jaarlijks kost dat ruim 5 ton. Tot nu toe betaalde de Nederlandse Hartstichting de kosten. De Begeleidingscommissie Hartchirurgie Nederland (BHN) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) ondertekenden gisteren een convenant waarin zij de registratie vastlegden.

Het is de bedoeling dat naast cardiologie ook andere zorgsectoren op deze wijze hun wachtlijsten gaan aanpakken.