Gezondheid

Opa krijgt te
weinig vitamientjes

W. van Hengel
De vitaminevoorziening van ouderen die in een verzorgings- of verpleeghuis verblijven, is zorgwekkend. De voeding, bereid in megakeukens, bevat weinig waardevolle voedingsstoffen. De bejaarden, vooral als ze dement zijn, eten vaak slecht. Diëtistes zijn nagenoeg wegbezuinigd. Verpleeghuisartsen kampen met het probleem dat extra vitaminen, als ze die al willen voorschrijven, geld kosten. En dat is er niet.

Bejaarden in instellingen dreigen door vitaminegebrek onnodig in een neerwaartse spiraal terecht te komen. Ze verliezen langzaam gewicht en kracht en raken ondervoed. Hun al broze botten worden nog fragieler. Op een kwade dag vallen ze door een verkeerde beweging en breken hun heup. Of ze krijgen doorligplekken ten gevolge van een algehele verslechtering van hun lichamelijke conditie.

Dit zorgelijke beeld doemde vorige week op tijdens het symposium ”Vitaminen en senioren”, georganiseerd door TNO Voeding en de Nederlandse Vereniging van Diëtisten. Voedingswetenschapper Lisette de Groot, verbonden aan de Landbouwuniversiteit Wageningen, noemt op grond van vier studies in Nederlandse verpleeghuizen de vitaminevoorziening van bewoners over een breed front zorgwekkend. Er werden tekorten gevonden aan de vitaminen A, B1, B2, B6, B11, B12, C, D en E.

De oorzaken zijn divers. Ouderen hebben ten gevolge van een ziekte soms een verminderde voedselopname in de darm. Ze gebruiken vaak medicamenten, zoals plaspillen, die het vitamineniveau verlagen. Sommigen kunnen niet goed meer kauwen en krijgen gemalen voeding. „Gemalen voeding, hoewel niet minder in volume, behoudt echter nog maar een kwart van de voedingswaarde. Ook gaan er veel vitaminen door oxidatie verloren”, aldus Marjet Schouten, als diëtiste verbonden aan onder meer verpleeghuis De Strijp in Den Haag.

De eetlust kan eveneens te wensen overlaten. De maaltijdmomenten spelen daarbij een rol. Die zijn, uit organisatorische overwegingen, te dicht op elkaar gepland. Als de ouderen om 9 uur hun ontbijt krijgen en om 12 uur middageten, blijft een deel van de warme prak staan omdat ze nog geen trek hebben. Om 5 uur in de middag volgt alweer het avondeten.

Tijdgebrek
Veel tijd voor het begeleiden van ouderen in instellingen hebben diëtistes niet meer. Eén diëtiste die 2 uur per week heeft om 150 ouderen te begeleiden, is bepaald geen zeldzaamheid. De rest van de beschikbare uren is 'wegbezuinigd'. „In zo'n situatie is direct contact met de mensen onmogelijk. Je praat alleen nog met de verpleegkundigen en je richt je uitsluitend op de meest zorgbehoeftigen. Zijn er wat betreft de voeding structurele problemen in een tehuis, dan kun je daar niets aan doen”, zegt Schouten. Ze verkeert zelf in een wat „riantere positie” en heeft 8 uur per week beschikbaar voor 150 bewoners. Vroeger was dat 20 uur, maar de overige 12 uren zijn gesneuveld.

Schouten wijzigde het voedselaanbod omdat uit twee onderzoeken in De Strijp, in 1994 en 1996 uitgevoerd door studenten voeding en diëtetiek, bleek dat dementerende ouderen in het tehuis te weinig vetten, veel te veel koolhydraten (zetmeel en suiker, die het gehalte aan B-vitaminen verlagen) en soms ook te weinig eiwitten naar binnen kregen. Voortaan kwamen er volle melk, margarine in plaats van halvarine, volkorenproducten en dagelijks sinaasappelsap op tafel.

Die verbeteringen werden overigens niet door iedereen in dank afgenomen. Sommige artsen suggereerden dat Schouten met haar goede voeding „iedereen langer in leven wilde houden.”

Megakeukens
De Strijp heeft nog een eigen keuken. Steeds vaker wordt de voeding –eveneens uit bezuinigingsoverwegingen– bereid in megakeukens die werken voor verscheidene instellingen via de methode van het 'ontkoppelde koken' en nieuwerwetse hightech-kooktunnels. De maaltijden worden verhit, snel afgekoeld en in de instellingen opnieuw opgewarmd. Temperatuurgevoelige vitaminen als C en B11 (foliumzuur) kunnen daar slecht tegen. Zo toonde verpleeghuisarts dr. A. Berkhout aan dat patiënten via zo'n maaltijd nog slechts gemiddeld 17 milligram vitamine C naar binnen krijgen. De aanbevolen minimale dagdosis bedraagt 70 milligram en recentere aanbevelingen komen aanzienlijk hoger uit (200 milligram). Dagelijks een glas versgeperst sinaasappelsap én ander fruit zijn absoluut nodig om deze norm te kunnen halen. Als de familie er niet voor zorgt, zullen ouderen in veel instellingen dat glaasje gezondheid echter moeten ontberen.

Vitamine D
Een groot deel van de ouderen in instellingen heeft een tekort aan vitamine D. De beraadsgroep voeding van de Gezondheidsraad bracht daarom in het voorjaar van 1998 het advies uit dat 75-plussers én daarnaast alle ouderen die in instellingen verblijven, of thuiswonen en niet of nauwelijks meer buiten komen, dagelijks extra vitamine D slikken. Net zoals peuters en kleuters.

Die aanbeveling wordt in de praktijk vrijwel nergens opgevolgd. Prof. dr. R. Hermus, voedingswetenschapper en zelf bestuurslid van een verpleeghuis, weet waarom. „Bij het advies ontbreekt een financieringsregeling. Een ander probleem is dat verpleeghuisartsen vaak eerst willen weten of zo'n oudere wel een tekort heeft. Maar dergelijk onderzoek is duur. Het resultaat laat zich raden: in de praktijk gebeurt er vaak niets.”

De aanbeveling van de Gezondheidsraad komt niet uit de lucht vallen. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat een tekort aan vitamine D bij deze ouderen –doordat ze nauwelijks meer in de zon komen en weinig margarine meer eten– veel voorkomt. Dat leidt tot een verminderde botdichtheid en ten slotte botontkalking, met als gevolg inzakkende rugwervels, pijn- en gewrichtsklachten en een vergrote kans op botbreuken bij een valpartij. En zo'n valpartij is allerminst denkbeeldig, aldus dr. J. A. Raymakers, geriater in het Academisch Ziekenhuis Utrecht. „Een tekort aan vitamine D heeft tevens invloed op de spierkracht. Uit onderzoek is gebleken dat bij ouderen met een vitamine-D-tekort de kracht in onder meer de grote dijbeenspier terugloopt.”

Neem daarbij de ook voorkomende tekorten aan vitamine B11 (foliumzuur) en B12. „Een tekort aan B12 leidt tot bloedarmoede, duizeligheid, vermoeidheid en een slechtere motoriek”, aldus Raymakers. Het verklaart mede het feit dat ouderen in instellingen die nog maar weinig bewegen, toch een veel grotere kans op heupfracturen hebben dan nog mobiele thuiswonende senioren.

Een onderzoek onder zestien ouderen door mevrouw dr. Z. van Asselt van het Academisch Ziekenhuis Nijmegen liet overigens zien dat door de toediening van vitamine B12 via een injectie de vergeetachtigheid afnam en de hersenactiviteit verbeterde.

Vitaminedrank
Verpleeghuisarts drs. A. E. J. Wouters, verbonden aan verpleegkliniek Klevarie in Maastricht, heeft recent een 'pilot studie' van 12 weken naar het effect van een multivitaminepreparaat op de gezondheid van 52 verpleeghuisbewoners afgerond. De ouderen, met een gemiddelde leeftijd van 82 jaar, kregen een melkachtige vitaminedrank waarin alle noodzakelijke vitaminen, mineralen en spoorelementen zitten. Het betrof een onderzoek gefinancierd door Numico Research (voorheen Nutricia), die de drank over enkele jaren op de markt wil brengen.

De ouderen namen hun vitamineslok met smaak. De vloeibare vorm had als voordeel dat het slikken van een pil, waar ouderen vaak moeite mee hebben, niet nodig was. De drank had volgens Wouters geen negatieve invloed op de eetlust. Na 12 weken was het vitaminegehalte in het bloed van de deelnemende ouderen aantoonbaar gestegen en was ook hun lichaamsgewicht significant toegenomen. „Een opmerkelijke bevinding was verder dat het gehalte aan homocysteïne in het bloed –evenals cholesterol een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten–, dat bij de helft van de ouderen bij het begin van het onderzoek te hoog was, al na 12 weken volledig was genormaliseerd.”

Het onderzoek duurde te kort om verbeteringen in het dagelijks functioneren van de ouderen te kunnen vaststellen. „Maar wellicht dat het vervolgonderzoek dat Numico Research gaat doen, hier meer duidelijkheid in zal brengen”, aldus Wouters.

Zij benadrukt overigens het belang van goede voeding. „Het is heel belangrijk dat een vitaminesupplement geen vervanging wordt van een goede maaltijd.”

Financiering
Het Voedingscentrum bereidt inmiddels onderzoek voor naar de kwaliteit van maaltijden die in tehuizen op tafel komen, aldus ir. B. C. Breedveld van het Voedingscentrum. „We willen met name kijken naar het gehalte aan voedingsstoffen dat overblijft bij verschillende bereidingsmethoden, waaronder ook het ontkoppeld koken.”

Hij noemt het verder nodig dat de overheid gaat werken aan een collectieve financieringsregeling van vitaminepreparaten in instellingen. „Zolang het nog niet zover is, kan de familie dit zelf oppakken. Er zijn in Nederland goede multivitaminen te koop.”

Overleg met de verpleging is wel belangrijk. In sommige instellingen krijgen demente bejaarden volgens verpleeghuisarts Wouters ter aanvulling foliumzuur en vitamine B12. In combinatie met een multivitamine dient dit aanbod op elkaar te worden afgestemd om overdosering van deze twee stoffen te voorkomen. En als ouderen er moeite mee hebben een pil te slikken, kan de tablet tussen twee lepels worden verpoederd en vermengd met yoghurt of pap.