Gezondheid 1 augustus 2000

Verrassende visie
op vrouwenkwalen

Door W. van Hengel
Veel Nederlandse vrouwen kampen met klachten als vermoeidheid, menstruatiestoornissen, allergieën, hoofdpijn, depressies, slaapstoornissen, gewrichtsproblemen en bekkeninstabiliteit. De mogelijke oorzaak is een erfelijke stofwisselingsziekte met een lange, moeilijk uit te spreken naam: hemopyrrollactamurie (HPU). Een tot nu toe onbekend ziektebeeld in de reguliere geneeskunde, maar sinds kort niet meer.

Dat is te danken aan de inspanningen van biochemicus dr. J. Kamsteeg, verbonden aan het Klinisch Ecologisch Allergie Centrum (KEAC) in Weert, zo blijkt uit het eind vorige maand verschenen boek ”Hebt u HPU? De ontdekking van een vrouwenziekte”, geschreven door twee medisch journalisten die onder andere werkzaam zijn voor de medische publieksbladen Gezondheidsnieuws en Beter.

Kamsteeg was tot 1990 verbonden aan de Landbouw Universiteit Wageningen. Daarna richtte hij het KEAC op, dat aanvankelijk was gevestigd in Rhenen, maar later naar Weert verhuisde. De biochemicus kwam HPU in het begin van de jaren negentig op het spoor toen hij zich verdiepte in een oude stofwisselingsziekte (kryptopyrrolurie). Tegenwoordig wordt naar deze aandoening in de reguliere geneeskunde weinig of geen onderzoek meer gedaan. Kamsteeg ging echter wel verder en ontdekte op deze manier HPU.

De aandoening is genoemd naar een stofje dat bij patiënten, voornamelijk vrouwen, wordt gevonden in de urine en dat door Kamsteeg wordt aangeduid als hemopyrrollactam-complex. Dit stofje vangt in het lichaam enkele belangrijke stoffen weg: de biologisch actieve vorm van vitamine B6 (dus niet de vitamine zelf) en de mineralen zink en mangaan. Daardoor ontstaan volgens de Weertse biochemicus ernstige tekorten in het lichaam, die verantwoordelijk zijn voor tal van gezondheidsklachten.

Veel getob
Kamsteeg: „Ik heb me vaak afgevraagd waarom vrouwen zo vaak bij de huisarts komen. Ik denk eindelijk het antwoord te hebben. Want HPU gaat gepaard met allerlei klachten en aandoeningen, waar vrouwen jarenlang mee kunnen tobben.”

Een opsomming: maag- en darmklachten (verstopping, diarree, hoge buikpijnen), vermoeidheid, spierzwakte, allergieën, menstruatiestoornissen, complicaties tijdens de zwangerschap, migraine, depressies, bekkeninstabiliteit en andere gewrichtsklachten, onvruchtbaarheid en stoornissen in de suikerstofwisseling uitmondend in diabetes type 2. „Van de vrouwen die nu leven met het etiket ”chronisch vermoeid” heeft waarschijnlijk een deel HPU”, aldus Kamsteeg. Hij noemt het in dit verband opmerkelijk dat driekwart van de 20.000 chronisch vermoeide Nederlanders vrouw is.

De biochemicus schat dat zo'n 10 tot 20 procent van de vrouwen HPU heeft. Hij baseert zich daarbij onder meer op een test die hij heeft gedaan in een sportcentrum. „We hebben honderd vrouwen gevraagd hun urine anoniem in te leveren. Uit onderzoek van de monsters bleek dat 18 procent de kritische grens overschreed. Deze vrouwen waren dus positief. Toch is dit hoge percentage volgens Kamsteeg niet direct verontrustend. „Er treden meestal pas ziekteverschijnselen op bij veel stress in combinatie met een verlaagd histaminegehalte. Dit verlaagde histaminegehalte is het indirecte gevolg van een zinktekort en speelt een sleutelrol bij de ontwikkeling van de klachten.”

Kamsteeg omschrijft histamine als een ”weefselhormoon”, dat in het lichaam een belangrijke rol speelt. Zo bewaakt het stofje onder meer de doorlaatbaarheid van de bloedvatwanden, zodat voedingsstoffen en zuurstof de lichaamscellen kunnen bereiken. Histamine wordt vooral aangemaakt door de slijmvliezen, het bloed en de huid. Volgens cijfers van het KEAC heeft ruim tweederde van de HPU-vrouwen een verlaagd histaminegehalte.

Onbekende diagnose
HPU is volgens Kamsteeg momenteel een nog onbekende diagnose. „Huisartsen, specialisten, maar ook alternatieve artsen en therapeuten zien waarschijnlijks wekelijks HPU-patiënten langskomen met klachten die het gevolg zijn van dat ene stofje in hun urine. Doordat de oorzaak onbekend is, worden de vrouwen inadequaat behandeld. Ze gaan vervolgens weer bij andere behandelaars te rade, want ze blijven zich niet lekker voelen.”

Anderzijds wijst Kamsteeg erop dat niet alle vrouwenklachten ineens op HPU zijn terug te voeren. „Alle diagnoses blijven belangrijk, zoals bijvoorbeeld multiple sclerose en schildklierziekten. Ondanks mogelijke overeenkomsten met HPU als het om de klachten gaat.”

De behandeling van HPU bestaat uit het slikken van een dagelijkse capsule met de actieve vorm van vitamine B6 (50 milligram pyridoxaal-5-fosfaat), zink (25 mg) en, afhankelijk van de klachten, mangaan (10 mg). Soms zijn aanvullende maatregelen nodig. Kamsteeg zegt met de behandeling goede resultaten te bereiken. Reeds ontstane gewrichtsschade, langdurige bekkeninstabiliteit of een al lang bestaande suikerziekte is volgens hem echter niet meer te genezen. Overigens pleit Kamsteeg voor dubbelblind onderzoek met groepen patiënten om zo de resultaten van zijn behandeling hard te maken. Zelf zegt hij voor het opzetten van dergelijk onderzoek het geld te missen.

Hol van kwakzalvers
De bekende kwakzalverbestrijder C. Renckens, in het dagelijks leven vrouwenarts, maakt in zijn bekende stijl korte metten met de bevindingen van Kamsteeg. Overigens zonder dat hij zijn boek gelezen heeft. „Verschrikkelijk wat wordt beweerd. Het zogenaamde instituut waar Kamsteeg aan verbonden is, is niets minder dan een hol van kwakzalvers. Het is slechts bedoeld om de verkoop van de supplementen te stimuleren. Dit is moeilijk van oplichting te onderscheiden. Er worden weer eens een paar mensen met vage klachten op het verkeerde been gezet.”

Het is niet te hopen dat met deze uitspraken van Renckens de toon gezet is. De bevindingen van Kamsteeg verdienen serieuze aandacht en verder onderzoek met groepen patiënten. Vanuit de kindergeneeskunde is die aandacht inmiddels getoond. De biochemicus ontving onlangs een uitnodiging om te spreken op een internationaal congres in Utrecht.

„HPU-kinderen met een dalend histaminegehalte hebben vaak veel klachten. Als we daar snel bij zijn, knappen ze in korte tijd op. Daardoor raken kinderartsen geïnteresseerd”, aldus Kamsteeg.

Mede n.a.v. ”Hebt u HPU? De ontdekking van een vrouwenziekte”, door drs. Toine de Graaf en drs. Hanneke van Rossum; uitg. Mix Media, Harderwijk, 2000; ISBN 90 75690 14 2; 205 blz.; ƒ 34,90.
Informatie over het Klinisch Ecologisch Allergie Centrum in Weert is te verkrijgen via www.keac.nl