Gezondheid 16 mei 2000

Onderzoek moet gevolgen psychische stoornissen duidelijk maken

„Pillen blijven nodig na depressie”

Door W. van Hengel
Patiënten met een depressie of een angststoornis moeten hun medicijnen blijven gebruiken totdat hun arts zegt dat dit niet meer nodig is. Het gebeurt nogal eens dat mensen hun pillen laten staan als het weer goed met hen gaat. „Het risico van een tweede depressie of angstaanval is dan echter aanwezig. Je kunt deze aandoeningen vergelijken met epilepsie. Afhankelijk van de ernst en de aard van de ziekte blijft een nieuwe aanval mogelijk. En die moet je voorkomen.”

Dat stelde de Utrechtse psychiater prof. dr. G. F. Koerselman gisteren in Chicago tijdens een bijeenkomst ter gelegenheid van het jaarlijkse congres van de Amerikaanse vereniging van psychiaters. Hij gaf een toelichting bij een binnenkort te starten onderzoek in drie Nederlandse huisartsenpraktijken naar mogelijkheden om de therapietrouw van patiënten met een depressie of een angststoornis te vergroten.

Epilepsie
Koerselman trok daarbij een vergelijking met epilepsie. Depressie is geen chronische ziekte, maar kan herhaaldelijk de kop opsteken. Ook epilepsie treedt aanvalsgewijs op. Beide ziekten spelen zich af in de hersenen en beide aandoeningen kennen 'triggers' die een aanval kunnen uitlokken, zoals lichtflitsen bij epilepsie en gevoelens van verlating en vernedering bij depressie.

Volgens de Utrechtse psychiater weten mensen met epilepsie doorgaans goed dat ze hun pillen moeten blijven innemen. Bij depressieve patiënten en mensen met een angststoornis is dat gevoel minder goed ontwikkeld. „Als ze enige tijd hun medicijnen gebruiken en het gaat weer beter, stopt 30 tot 35 procent van de patiënten met hun antidepressiva. Factoren als intelligentie, leeftijd en sociale status spelen daarbij geen rol.”

De redenen waarom mensen stoppen met het slikken van hun pillen zijn divers. Vaak willen mensen 'van de pillen af', vooral als de klachten door de behandeling met medicijnen zijn verdwenen en de bijwerkingen zijn gebleven. Bij een depressie of een angststoornis is daarnaast de uitstraling van de aandoening van belang. Mensen willen volgens Koerselman liever niet weten dat ze medicijnen slikken tegen een depressie. „Er spelen ook schaamtegevoelens mee.”

Koerselman stelt dat sommige patiënten die depressief zijn geweest of een angststoornis hadden, hun hele leven medicijnen zullen moeten blijven slikken. In minder ernstige gevallen kan een jaar na de start van de therapie de behandeling worden afgebouwd.

Het komende onderzoek in drie huisartsenpraktijken is bedoeld om de effectiviteit van een nieuw educatief programma in de praktijk te testen. Dat is speciaal gericht op gedragsverandering van patiënten ter verbetering van de therapietrouw.

Europese studie
In zes Europese landen, waaronder Nederland, gaat nog voor de zomer een grootschalig epidemiologisch onderzoek van start naar het voorkomen en de gevolgen van een groot aantal psychische aandoeningen, waaronder angststoornissen, fobieën, depressies, hyperactiviteit en dementie. De studie krijgt volgens dr. R. V. Bijl, als socioloog verbonden aan het Trimbos Instituut, volgend jaar een vervolg in de VS en Canada en daarna ook in Azië, zo is de bedoeling.

Het onderzoek moet op wereldschaal de impact van psychische kwalen zichtbaar maken. De studie is een initiatief van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en wordt medegefinancierd door de Europese Commissie en het farmaceutische concern SmithKline Beecham. Bijl kondigde de studie gistermorgen in Chicago aan.

Omvangrijk
Het onderzoek is zeer omvangrijk. In elk deelnemend Europees land worden alleen al 5000 interviews van anderhalf uur gehouden met mensen met psychische problemen. De waarde van het onderzoek is volgens Bijl onder meer dat nu wereldwijd gegevens beschikbaar komen die op dezelfde manier zijn vergaard. Dat maakt goede vergelijkingen mogelijk.

De gevolgen van psychische aandoeningen voor de westerse maatschappij zijn enorm groot. Zo is in Nederland eenderde van de mensen in de WAO arbeidsongeschikt vanwege psychische klachten. Ook in de privésfeer zijn de gevolgen groot, maar tegelijk vaak onzichtbaar. De last voor partners, kinderen en andere familieleden is zwaar.

Minder klachten
Dat blijkt onder meer uit de gisteren gepresenteerde resultaten inzake onderzoek onder 58 patiënten met sociale angsstoornissen door dr. M. M. Bartel, psychiater bij de angstpolikliniek De Janspoort in Haarlem. Een sociale angststoornis benadeelt de carrière en doet liefde en vriendschappen uitdrogen. Een goede behandeling met medicijnen is volgens Bartel niet alleen voor de patiënt een verademing, maar kan ook leiden tot een daling van de medische consumptie veroorzaakt door allerlei bijkomende klachten.

„Neem mevrouw X, een 69-jarige alleenstaande verpleegkundige. In winkelcentra voelt ze zich heel ongelukkig, ze gaat transpireren en krijgt het benauwd. Ze is een huismus, laat het bij afspraken afweten en verzint smoezen. Tegen verjaardagen ziet ze op. Vaak kan ze er niet heen omdat ze migraine krijgt. In gezelschap weet ze vaak niet wat ze moet zeggen.

Ze slikt jarenlang zes pijnstillers per dag, gaat veel naar de huisarts en ondergaat tal van onderzoeken. De laatste jaren worden de dagen bepaald door afspraken met medisch specialisten.”

Ervaringen uit de oorlog waarbij mensen uit een groep waartoe zij behoorde door Duitsers als represaille werden doodgeschoten, stopte ze naar eigen zeggen jarenlang weg. Bij het betreden van een wijkcentrum krijgt ze een 'flashback' uit de oorlog en ziet ze mitrailleurs op zich gericht. Volgens mevrouw X worden haar klachten veroorzaakt door de hernieuwde confrontatie met haar traumatische verleden.

Na behandeling met onder meer medicijnen voelt ze zich als herboren. Bartel: „Ze kan zich niet alleen weer vrij bewegen in de maatschappij, maar ook haar lichamelijke klachten zijn verdwenen of verminderd. Ze heeft geen migraine meer, de duizeligheidsklachten zijn verdwenen en de reuma geeft ook minder klachten. De afspraken met de medisch specialisten bouwt ze dan ook af.”