Gezondheid | 15 februari 2000 |
VitaminenVitamine B6 (pyridoxine) is belangrijk voor het goed functioneren van het zenuwstelsel en het afweerapparaat. Het komt in allerlei voedingsmiddelen voor, waaronder orgaanvlees, gevogelte, vis en eieren. Andere belangrijke bronnen zijn aardappelen en groenten, zilvervliesrijst, noten, sojabonen en volkorenbrood. Hoe meer eiwitten onze voeding bevat, hoe meer vitamine B6 we nodig hebben. Daardoor varieert de behoefte per persoon. De huidige aanbevolen dagelijkse hoeveelheid bedraagt voor een gemiddelde volwassene 1-2 milligram. Er zijn echter deskundigen die menen dat we meer nodig hebben. Vitamine B11 (foliumzuur) is noodzakelijk voor de celdeling, de vorming van erfelijk materiaal, het transport van erfelijke informatie en voor de eiwitstofwisseling. Foliumzuur komt voor in vrijwel alle voedingsmiddelen, maar bijzonder in lever, gist, groene groenten zoals broccoli en in noten en peulvruchten. De huidige aanbevolen dagelijkse hoeveelheid bedraagt 0,2 milligram. Zwangeren of vrouwen die dat graag willen worden, krijgen het advies dagelijks 0,5 milligram te slikken in de vorm van een pilletje. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat de kans op het krijgen van een kind met een open ruggetje of een ander defect aan de neurale buis vermindert. (Bij pilgebruiksters is overigens een verlaagd niveau gevonden van foliumzuur, vitamine B6 en B12.) Vitamine B12 (cyanocobalamine) is noodzakelijk voor de groei en deling van cellen en voor de aanmaak van rode bloedcellen. Het is ook onmisbaar voor de vorming van erfelijk materiaal en het transport van erfelijke informatie. Ook is het nodig voor de vorming en instandhouding van de myelineschede, het beschermlaagje rond zenuwvezels. Vitamine B12 komt voor in eiwitten uit vlees, vis en eieren en ook in zuivelproducten. Strenge vegetariërs die ook geen eieren en zuivelproducten willen gebruiken, hebben grote kans op een tekort. Een hoeveelheid van 1,5 microgram vitamine B12 zou voor een volwassene voldoende zijn. Ondanks deze uiterst geringe hoeveelheid hebben vooral ouderen nogal eens een tekort. Vermoeidheid, bloedarmoede, duizeligheid en een verminderde motoriek kunnen het gevolg zijn van een gebrek aan B12. Een tekort kan worden veroorzaakt doordat de opname in de darm minder goed verloopt. Uit onderzoek door de Landbouwuniversiteit Wageningen bleek vorig jaar dat verpleeghuisbewoners heel vaak tekorten hebben, niet alleen aan de vitaminen B6, B11 en B12, maar ook aan vrijwel alle andere vitaminen. De Gezondheidsraad gaat momenteel voor de diverse bevolkingsgroepen na of de huidige aanbevolen hoeveelheden vitaminen, mineralen en spoorelementen moeten worden verhoogd. In de VS worden zeer binnenkort nieuwe richtlijnen verwacht. |
![]() |