Gezondheid 18 januari 2000

Succesvolle aanval
op verzadigd vet

Door J. van Klinken
Voedingsgewoonten veranderen, kan dat? Onderzoeker Jan Broer kent het antwoord. Samen met een collega slaagde hij erin een bevolkingsgroep in Oost-Groningen op gezondere voeding over te laten stappen. Nu de rest van ons land nog. Want: „Nederland is ziek. De inname van verzadigd vet en het gemiddelde cholesterolgehalte is hoger dan wenselijk is.”

De zogeheten Zevenlandenstudie wees een aantal jaren geleden uit dat de sterfte aan hartinfarcten in landen zoals Italië, Griekenland, Joegoslavië en Japan drie keer zo laag is als in Nederland, Finland en de Verenigde Staten. Dat wordt vooral toegeschreven aan de traditionele voeding die in de landen rond de Middellandse Zee wordt genuttigd. Dit mediterrane dieet is rijk aan onverzadigde omega-3-vetzuren, waaronder alfa-linoleenzuur, alsmede voedingsvezel en flavonoïden. Die stoffen bieden de mens bescherming tegen het ontstaan van hart- en vaatziekten.

Het menu van deze mediterrane volkeren vermeldt vette vis (sardines, makreel, haring, zalm), veel (blad)groenten en fruit, peulvruchten, weinig vlees (bij voorkeur gevogelte), paprika, olijfolie als voornaamste bron van vet en brood. Appels, uien, thee en rode wijn leveren de benodigde flavonoïden.

Beduidend hoger
Het leek de Groninger epidemioloog drs. Jan Broer en zijn collega Wanda Bemelmans een logische gedachte om mediterrane voeding onder de bevolking van Oost-Groningen aan te bevelen om op die manier de sterfte aan hart- en vaatziekten terug te dringen. In Groningen ligt de sterfte aan coronaire hartziekten beduidend hoger dan in de rest van Nederland, zo'n 17 procent. Omgerekend overlijden in deze provincie jaarlijks 150 mensen meer aan deze aandoeningen dan men op grond van de landelijk gemiddelden zou verwachten.

Kenmerkend voor coronaire hartziekten is een vernauwing van de kransslagaders, waardoor het hart te weinig zuurstof krijgt. Die vernauwing is meestal het gevolg van verkeerde voeding, roken, hoge bloeddruk en te weinig bewegen. Met name een combinatie van deze factoren is riskant.

GGD-arts Broer zocht uit waarom Groningen op dit gebied zo ongunstig uit de bus komt. Morgen zal hij op dit onderzoek promoveren. Een van de oorzaken die hij vond, was dat een deel van de Groningers met hartklachten te lang wacht met het bellen van de huisarts.

Ook blijkt een aantal risicofactoren voor coronaire hartziekten onder Groningers meer voor te komen. Zo rookt de doorsnee Groninger meer, is hij te zwaar en heeft hij een hoger cholesterolgehalte dan de gemiddelde Nederlander. Vooral de combinatie van roken en een verhoogd cholesterolgehalte komt in de noordelijke provincie (te) veel voor. In zijn proefschrift doet Broer allerlei aanbevelingen die in deze situatie verbetering kunnen brengen.

Lastig
Een van de aambeelden waarop hij hamert, is de voeding. Nu internationaal onderzoek zo duidelijk is over de belangrijke bijdrage van gezonde voeding, was voorlichting over verandering van het voedingspatroon voor Broer een belangrijk item.

In samenwerking met de afdeling huisartsengeneeskunde van de Rijksuniversiteit Groningen werd speciaal voorlichtingsmateriaal samengesteld. Voor een grote groep deelnemers aan het onderzoek die een verhoogde kans hadden op coronaire hartziekten, werden bijeenkomsten georganiseerd om het belang van mediterrane voeding duidelijk te maken.

Broer: „We wisten dat het geen eenvoudige opgave was. Gedragsverandering is nu eenmaal lastig en al helemaal als het om diep ingesleten gewoonten gaat. Ruim 80 procent van onze onderzoeksgroep heeft alleen lagere school en daarom is het voorlichtingsmateriaal eenvoudig en concreet gemaakt. Het kost heel wat moeite om zo'n groep tot verandering van het eetpatroon te bewegen. Wat hielp, was dat we de deelnemers in de gelegenheid stelden hun ervaringen onderling uit te wisselen.”

Na een jaar kon worden vastgesteld dat de onderzochte groep meer mediterraan was gaan eten, dat wil zeggen meer vis, meer fruit en minder rood vlees consumeerde. Een uitzondering moet Broer maken voor de consumptie van extra groenten. Die verandering bleek van tijdelijke aard. „Op dat punt moeten we het programma nog verder aanscherpen”, concludeert hij. „Ook willen we de inname van verzadigd vet verder terugdringen, maar dat is lastig bij het huidige aanbod in de winkels.”

Margarine
Of de verandering in het voedingspatroon in Groningen tot minder coronaire hartziekten zal leiden, is zeer aannemelijk, maar zekerheid kan de Groningse GGD-arts pas over een jaar of acht bieden. „Dat heeft te maken met het feit dat wij ons onderzoek richten op mensen met een verhoogd risico. Of zij door een gezonder voedingspatroon inderdaad minder kans maken op een coronaire hartziekte, is pas op langere termijn wetenschappelijk vast te stellen. In andere onderzoeken is gewerkt met mensen die al een hartinfarct hadden doorgemaakt.”

In het Groningse onderzoek is ook gekeken naar de effecten van een margarine die rijk is aan alfa-linoleenzuur. Deze margarine werd door de firma Unilever voor het Groningse project speciaal ontwikkeld. Alfa-linoleenzuur komt veel voor in het mediterraan dieet en er zijn aanwijzingen dat hierdoor complicaties bij een hartinfarct kunnen worden voorkomen.

De bevolkingsgroep uit Pekela, Scheemda en Winschoten die bij het onderzoek was betrokken, kreeg de afgelopen twee jaar gratis margarine die met dit zuur is verrijkt. Vastgesteld is inmiddels dat consumptie van deze margarine leidt tot daling van het cholesterolgehalte.

Naderhand zijn margarines op de markt gekomen die als cholesterolverlagers nog effectiever zijn: Benecol en Becel pro-activ, de laatste binnenkort ook in Nederland. Deze margarines kunnen een daling van het cholesterolgehalte van zo'n 8 tot 10 procent bewerkstelligen. Broer juicht het gebruik van dit soort margarines toe.

„De verantwoordelijkheid komt meer bij de mensen zelf te liggen. Artsen zullen minder snel geneigd zijn pillen voor te schrijven als het met margarine ook kan. Wel is het raar dat mensen die ondanks hun te hoge cholesterolgehalte blijven roken in aanmerking komen voor gratis pillen, terwijl anderen met een minder verhoogd risico dure margarine moeten eten.”

Postelein
Het zou een misverstand zijn uit het proefschrift van de GGD-arts af te leiden dat alleen Groningers hun voedingspatroon moeten aanpassen. „Heel Nederland is ziek”, stelt Broer. „Het gemiddeld cholesterolgehalte ligt in ons land rond de vijf. Dat is te hoog. De oorzaak is dat verzadigde vetzuren breed beschikbaar zijn en weinig kosten. Kaas, koeken, kant-en-klaarmaaltijden zoals pizza's, gebak, gehakt, vette vleeswaren, het wordt massaal geconsumeerd. Met alle gevolgen van dien.”

Overschakelen op een meer mediterraan dieet betekent dat het risico op coronaire hartziekten afneemt. Zo'n dieet hoeft echter niet automatisch te betekenen dat het cholesterolgehalte daalt. „In landen rond de Middellandse Zee is het cholesterolgehalte vaak ook aan de hoge kant. Toch komen daar minder coronaire hartziekten voor. De mediterrane voeding biedt kennelijk ook bescherming als het cholesterolgehalte te hoog is.”

Bekend is dat een matig gebruik van alcohol –heel gangbaar in een aantal mediterrane landen– eveneens een positieve bijdrage levert. Zo is gebleken dat bijvoorbeeld een à twee glazen rode wijn per dag bescherming bieden tegen hart- en vaatziekten.

Zelf heeft de onderzoeker zijn voedingsgewoonten en die van zijn gezin ook kritisch onder de loep genomen. „We gebruiken nu bijvoorbeeld walnotenolie om de sla aan te maken, eten vaker bladgroenten, doen taugé door de sla en zetten regelmatig tofu (een sojaproduct) op het menu. Niet alles is voorhanden in de Nederlandse supermarkten. Lijnzaad-, raapzaad- en sojaolie zijn rijk aan alfa-linoleenzuur. In lijnzaadolie zit het meeste. Het is verkrijgbaar in de reformhuizen. Raapzaad- en sojaolie zijn ook verkrijgbaar in slaolie die in supermarkten te koop is. Het is een kwestie van even zoeken. Ook postelein is rijk aan alfa-linoleenzuur, maar daar is moeilijk aan te komen. Vroeger werd die groente veel gegeten. Dat was nog zo gek niet.”