Einde groei sierteelt nog niet in zicht

Bij de presentatie gisteren van het jaarverslag over 1998 toonde directeur J. P. Teelen zich zeer tevreden. Vorig jaar werden in de sector door zowel de telers als de veiling goede resultaten geboekt. De omzet van de Naaldwijkse veiling, die ook een vestiging in Bleiswijk heeft, steeg met 6 procent naar 2,5 miljard gulden. Het nettoresultaat verminderde met eenderde tot 8 miljoen gulden. De daling is veroorzaakt door extra investeringen in onder andere meer personeel om de service aan de bloemenhandelaren te verbeteren.

Terrasplanten
Met een marktaandeel van 38,3 procent blijft Holland na Aalsmeer (44,7 procent) de op een na grootste bloemenveiling. Flora uit Rijnsburg staat met 11,4 procent op de derde plaats. De Nederlandse veilingen worden wereldwijd steeds belangrijker. Inmiddels gaat 60 procent van de internationale sierteelthandel via Nederland. Vijf jaar geleden was dat nog minder dan 50 procent.

Bloemenveiling Holland verkocht vorig jaar 3,8 miljard snijbloemen, 270 miljoen kamerplanten en 176 miljoen tuinplanten. Ruim driekwart hiervan ging naar het buitenland. Vooral de uitvoer naar Engeland, Frankrijk, Italië en de Verenigde Staten nam toe, terwijl de handel richting Duitsland, het belangrijkste exportland, stagneerde.

Voor de komende jaren verwacht Teelen een verdergaande toename van de omzet. „We denken aan een groei van 4 procent per jaar.” Zo ziet de topman nog goede exportmogelijkheden. Ook denkt hij aan een snelle stijging van de verkoop van tuinplanten. „Het gaat hierbij niet alleen om violen en dergelijke, maar ook om terras- en balkonplanten.”

De afzet via winkelketens zoals Intratuin, bouwmarkten en supermarkten neemt eveneens toe. Nu al wordt circa 13 procent van de snijbloemen en ruim 20 procent van de planten via dit kanaal verkocht. Bloemenveiling Holland verwacht een stijging naar ruim 25 procent. „Hoewel de winkelketens voor ons niet dominant zijn, zijn ze wel belangrijk”, aldus Teelen. Hij benadrukte dat voor de afzet de bloemenwinkels en de handelaren echter het belangrijkste zullen blijven. Daarom zal de veilingklok bij de prijsvorming de spil blijven waar alles om draait.

Wel neemt door de stijgende interesse van winkelketens om met name planten te gaan verkopen de rol van het bemiddelingsbureau toe. Bij dit bureau kunnen klanten afspraken maken over de levering op een bepaald tijdstip van bloemen en planten tegen een van tevoren vastgestelde prijs, zodat de winkels niet afhankelijk zijn van de prijs voor de klok, die afhankelijk is van vraag en aanbod. Vorig jaar steeg de omzet via het bemiddelingsbureau met 25 procent tot 650 miljoen gulden.

Jongeren
Hoewel de verkopen in 1998 goed liepen, ging het in de eerste maanden van dit jaar wat moeizamer, door onder andere een tegenvallende afzet rond valentijnsdag en moederdag. Teelen constateerde ook dat op de thuismarkt vooral jongeren wat minder interesse tonen. Met een goede marketingcampagne moet volgens hem worden geprobeerd ook bij de jeugd „de gevoelige snaar te treffen.” De directeur is echter niet pessimistisch over de kansen. Met name voor balkon- en terrasplanten en voor boomkwekerijproducten ziet hij goede mogelijkheden.

Bloemenveiling Holland heeft behoorlijk wat vernieuwingen op het programma staan. Samen met de andere bloemenveilingen wordt een systeem voor elektronisch zakendoen tussen de telers, veilingen en de handel opgezet. Teelen verwacht dat in 2005 ongeveer 50 procent van de sierteelthandel elektronisch wordt verwerkt.

Om de groei op te kunnen vangen heeft Bloemenveiling Holland extra ruimte nodig. Voor een deel is dat mogelijk op een terrein van 35 hectare naast de huidige gebouwen in Naaldwijk. Voor het transporteren van de sierteeltproducten tussen beide complexen wordt gebruikgemaakt van elektro-hangbanen. Dat is een soort rail die aan het plafond is bevestigd. Aan deze rail hangen door elektromotoren aangedreven gondels, waarin de stapelwagens met de geveilde bloemen en planten worden geplaatst. Een computer zorgt ervoor dat de gondel binnen de 7 minuten in het andere complex is. Met dit nieuwe interne distributiesysteem, dat ook bij veiling Aalsmeer wordt toegepast, is bij Holland een investering van ongeveer 175 miljoen gulden gemoeid.

Het veilingcomplex van Holland, dat nu al een vloeroppervlakte heeft van 70 hectare, wordt verder uitgebreid met 25 hectare in Bleiswijk. Ook wordt gekeken of het mogelijk is een steunpunt op te zetten in Nairobi om de distributiemogelijkheden voor de Keniaanse telers te verbeteren. Ook in Boskoop komt mogelijk zo'n steunpunt, voor de boomkwekerijproducten.

Fusie
Hoewel er tussen de veilingen Holland en Aalsmeer steeds meer wordt samengewerkt, zal dit volgens Teelen niet leiden tot een fusie. „De klanten willen kunnen kiezen. Bovendien is het de vraag of het resultaat verbetert als we alles in één hoed gooien. Nu houden we elkaar scherp.”

Het vertrouwen van Holland in de toekomst van de sierteelt is ook gebaseerd op de toenemende aanvoer van telers uit Nederland. In 1998 was er nog sprake van een stagnatie, maar dit jaar is er volgens voorzitter P. J. van Dijk van de coöperatieve veiling „een opmerkelijke groei.”

De voorman constateerde dat de tuindersbedrijven weer vernieuwen. Een groot probleem voor de telers in het Westland is wel het grote gebrek aan ruimte voor uitbreiding. Van Dijk, die eind dit jaar als voorzitter wordt opgevolgd door de huidige secretaris-penningmeester C. Mostert, hoopt dat het kabinet snel de vestiging van bedrijven in de gemeente Cromstrijen in de Hoeksche Waard mogelijk maakt. „De sierteelt hoeft geen subsidies of garantieprijzen van de overheid, maar wij vragen wel om nieuwe locatiemogelijkheden.”