Financiën en Economie 15 april 1999

Half miljoen runderen besmet bij verplichte inenting

Vervuild vaccin „dreun”
voor melkveehouders

Door drs. H. van den Berge
DE MEERN – De Nederlandse melkveehouderij haalt alles uit de kast om een einde te maken aan de schadelijke koeiengriep. Sinds vorig jaar worden de boeren verplicht de koeien in te enten. Een besmet vaccin zorgt nu echter voor grote problemen.

Op 1 mei vorig jaar ging in ons land een grootschalig, landelijk vaccinatieprogramma van start met het doel de koeiengriep uit te bannen. Gedurende 5 jaar moeten de runderen op circa 47.000 bedrijven twee keer per jaar worden geënt.

De vaccinatiecampagne is erg belangrijk, stelde voorzitter J. C. Vogelaar van de vakgroep melkveehouderij van de boerenorganisatie LTO-Nederland gisteren op een bijeenkomst. De schade als gevolg van de koeiengriep raamt hij op ruim 53 miljoen gulden per jaar.

De besmettelijke ziekte is een virusinfectie die bij rundvee onder meer koorts, vermindering van de eetlust, hoesten, verwerping (afstoten van de vrucht) en een daling van de melkgift kan veroorzaken. Door de import van sperma kwam de ziekte vanuit de Verenigde Staten begin jaren zeventig in Nederland terecht.

Goede gezondheid
Op de meeste rundveebedrijven in ons land komt de koeiengriep, ofwel infectueuze bovine rhinotracheïtis (IBR), inmiddels voor. In 1996 nam de melkveehouderij het besluit om via een verplicht vaccinatieprogramma te gaan werken aan een IBR-vrije status. Het economisch belang hiervan is groot, aldus Vogelaar. „De bedrijfstak heeft ook over de grens een uitstekende naam en daarbij speelt ook een goede gezondheid van de veestapel een grote rol. Daarom willen we van de koeiengriep af.” Het eten van vlees of drinken van melk van een besmet rund is overigens niet gevaarlijk voor mensen.

Op 1 mei 1998 begon de vaccinatiecampagne van de Gezondheidsdienst voor Dieren. Van de ruim 60.000 bedrijven met rundvee hoefden er 13.600 niet mee te doen omdat ze al IBR-vrij waren. Veehouders die principiële bezwaren tegen inenten hebben, konden een ontheffing krijgen. Hiervan maakten 234 boeren gebruik. Om besmetting te voorkomen kregen zij wel een aantal beperkende maatregelen opgelegd. Het totale aantal gewetensbezwaarden is overigens nog wat groter, omdat sommigen niet hoefden te vaccineren aangezien hun veestapel IBR-vrij was.

Een enting kost per keer 7 gulden per dier. Het totale bedrag van de 5 jaar durende campagne wordt geraamd op 300 miljoen gulden. Dit bedrag komt vrijwel volledig voor rekening van de veehouders, zegt voorzitter J. Kodde van de Stuurgroep IBR. „We hebben echter uitgerekend dat de kosten in 7 jaar zijn terugverdiend.”

Nieuw agressief virus
Het entingsprogramma verliep volgens Vogelaar voorspoedig. „Tot februari 1999 waren er op een totaal aantal vaccinaties van ruim 3,4 miljoen slechts zestig klachten. Dat is niet veel.”

Dan komt er echter een kink in de kabel. Op 19 februari krijgt dierenarts G. Zimmer uit Boxtel de melding dat drie bedrijven last hebben van het dodelijke diarreevirus (BVD). „Ik dacht gelijk dat dat geen toeval kon zijn”, zegt Zimmer. „De toestand van de dieren verslechterde snel. De volgende dag gingen er al verschillende dood. Het werd steeds erger. Wat je ze van voren gaf, kwam er van achteren direct weer uit. Bij een boer in Nistelrode gingen 85 van de ongeveer 150 dieren dood. Het was een drama. Het betrof koeien die nog nooit door het diarreevirus waren besmet, want anders waren ze immuun geweest.”

Om de oorzaak van de besmetting op te sporen zijn de vaccinaties nagetrokken. Zimmer: „Toen bleek dat op alle drie de bedrijven op 9 februari tegen IBR was geënt. Er moest dus een link zijn.” Op 22 februari werd de plotselinge dood van de koeien aan de Gezondheidsdienst voor Dieren gemeld. Ook verschillende andere bedrijven in het land verloren ineens vee. Uit onderzoek bleek dat het om een voor Nederland nieuw, agressief BVD-virus ging.

Koeien afmaken
Al snel werd duidelijk dat op twaalf bedrijven met in totaal 1400 runderen gebruik was gemaakt van een bepaalde partij van het IBR-vaccin. „We hadden al snel een sterk vermoeden dat de ziekte was veroorzaakt door een besmetting van het IBR-vaccin met het BVD-virus”, stelt dr. P. Franken van de Gezondheidsdienst voor Dieren. Hoewel de kans daarop klein is, is volgens hem een dergelijke besmetting bij het productieproces van de entstof nooit geheel uit te sluiten. Het is al vaker gebeurd.

Op 23 februari werd besloten voorlopig niet meer te vaccineren tegen IBR. Een week later bleek uit onderzoek dat het vaccin, dat afkomstig was van het Duitse chemieconcern Bayer, inderdaad was besmet met het agressieve diarreevirus. Aangezien het virus moeilijk te bestrijden was, werd besloten alle dieren van de twaalf bedrijven te ruimen. Er waren al bijna 500 koeien door de ziekte doodgegaan, maar ook de andere 900 werden nu uit voorzorg afgemaakt. Bayer zegde toe de schade van de twaalf gedupeerde veehouders, die ongeveer 10 miljoen gulden bedraagt, te vergoeden.

De problemen zijn daarmee nog lang niet voorbij. Gisteren werd bekend dat uit onderzoek is gebleken dat zeven andere partijen van het Bayer-vaccin ook besmet zijn met een variant van het BVD-virus, zij het met een minder agressieve soort dan de eerste vervuilde partij. Met deze partijen zijn ongeveer een half miljoen koeien geënt. De hierdoor veroorzaakte besmetting kan bij koeien hebben geleid tot bijvoorbeeld het verwerpen van het kalf, uierontsteking en niet-drachtig worden. Nu wordt uitgezocht op welke bedrijven de vervuilde entingen zijn toegepast.

Enorme schade
De gevolgen van het besmette vaccin zijn groot, benadrukt voorzitter Vogelaar van de LTO-vakgroep melkveehouderij. „Voor de bedrijfstak betekent het een enorme dreun. Je gaat inenten om een ziekte te bestrijden en dan blijkt dat er juist een ziekte wordt veroorzaakt. We zitten met een enorme schade. Deze bedraagt enkele tientallen miljoenen guldens.”

Om de gezondheidsproblemen als gevolg van de IBR-entingen in beeld te krijgen, zijn alle veehouders via een brief benaderd. Als ze bijwerkingen vermoeden, kunnen ze dat doorgeven. Inmiddels zijn er ruim duizend klachten binnen. Deze worden allemaal uitgezocht. „Dat wordt een hele klus”, stelt Franken van de Gezondheidsdienst voor Dieren. „De problemen worden soms een halfjaar na de vaccinatie pas zichtbaar.” Vogelaar vindt dat „de onderste steen boven moet komen.” Hij benadrukt dat Bayer de schade moet vergoeden als blijkt dat deze is veroorzaakt door het IBR-vaccin.

Hoe het verder moet met het inentingsprogramma is nog niet duidelijk, zegt voorzitter Kodde van de IBR-stuurgroep. „We gaan pas weer beginnen als 100 procent zeker is dat het vaccin geen virus meer bevat. Bovendien moet er volstrekte duidelijkheid zijn over de schadevergoedingen.”

De verwachting is dat er pas na de zomer weer kan worden begonnen. „De animo onder de boeren is nu niet groot”, aldus Vogelaar. „Hun vertrouwen heeft een enorme tik gekregen. Ik hoop dat we dat terugwinnen.”

Gewetensbezwaarden
Voor de veehouders die vanwege principiële redenen niet aan het vaccinatieprogramma hebben meegedaan, geven de problemen te denken. Een van hen, H. Spiker uit Staphorst, reageert voorzichtig. „Wie had dit verwacht? Het loopt vaak anders dan wij mensen denken. Moeten wij al deze dingen niet opmerken?”

De ruim 200 gewetensbezwaarden vinden dat vaccinatie strijdig is met Gods voorzienigheid. „Kan hier een zegen op rusten?”, zegt Spiker. „De mens heeft de wijsheid niet in pacht. Dat blijkt ook nu maar weer. Bij de start van de inentingen werd gesteld dat men hierdoor de koeiengriep onder de knie krijgt. De mens denkt alles wel in de hand te hebben, maar op een gegeven moment blijkt dat hij niks kan. De mens wikt, maar God beschikt.”