Economie20 oktober 2000

Makelaar Ros (24) zet zijn christelijke werkwijze zwart op wit

„Ik ben een blaffertje, geen bijtertje”

Door G. ten Voorde
UTRECHT – De etalage is leeg. Het enige pand in het huizenbestand van Raat Makelaars in Utrecht is vlak voor de officiële opening verkocht. Oprichter David Ros ligt er niet wakker van. „Nieuwe klanten komen vanzelf.” De ”maatwerkmakelaar” probeert met een nieuwe formule de markt open te breken. Hij zet zich niet af tegen de NVM. „Ik ben een blaffertje, geen bijtertje.” Een makelaar met christelijke principes. Zwart op wit.

David Ros
Donkergrijs kostuum, fijn wit krijtstreepje, blauwe bretels met gele, Franse lelies. Een wit geblokte blouse met stemmige strop. De directeur/oprichter van Raat Makelaars weet dat mensen in zijn vak netjes gekleed dienen te gaan. Met zijn 24 lentes is hij ongetwijfeld de jongste zelfstandig opererende makelaar in ons land.

„Ik wist al vanaf m'n twaalfde jaar dat ik makelaar wilde worden. Enkele familieleden en de vader van een vriendje waren ook actief in de huizenhandel.” Een afstudeeropdracht voor de heao-makelaardij aan de Fontys Hogeschool in Eindhoven rondde hij met een 9+ af. „Cum laude”, grijnst David met gepaste trots. „Was nog nooit eerder voorgekomen. Maar ik had ook zessen en zevens, hoor.”

Na de heao waren twee dingen duidelijk. „Ik wilde makelaar worden én ik wilde voor mezelf beginnen.” Zo gezegd, zo gedaan. Gisteravond heeft 'majoor' Bosshardt -„mooi mens is dat”- het kersverse makelaarskantoor op Biltstraat 124 officieel geopend. De keus voor Bosshardt was niet moeilijk. „Origineler dan een burgemeester. Zij staat symbool voor hulp aan dak- en thuislozen. Dat past wel bij ons.”

Pandgericht
David kent inmiddels vijf makelaarskantoren van binnenuit. „Veel mensen winden zich op over de hoge vergoedingen die makelaars vragen voor de bemiddeling bij aan- of verkoop van huizen”, weet hij. „Deels is dat terecht. De courtage staat vaak in geen verhouding tot de verrichte werkzaamheden. Als een makelaar 10.000 gulden vangt na slechts drie bezichtigingen, zit er iets scheef. De waardering van de consument voor de kwalitatief goede dienstverlening wordt kapot gemaakt door de verontwaardiging over de hoge kosten.”

Niets voor niets liggen de Vereniging Eigen Huis (VEH) en de Consumentenbond regelmatig in de clinch met de NVM over de tarieven. Nog onlangs betichtten zij de makelaars ervan elkaar nauwelijks te beconcurreren.

David kiest daarom voor een andere aanpak. „Wij werken niet pandgericht, maar klantgericht. Ik ben voor concurrentie. De markt is te veel dichtgetimmerd. Wij maken gebruik van de toegenomen ervaring van cliënten. Velen hebben de achterliggende jaren een of meerdere keren een huis gekocht en verkocht. Zij kunnen die kennis uitstekend gebruiken om sommige dingen een volgende keer zelf te doen.”

Ros heeft zijn werkzaamheden -onder de gepatenteerde naam maatwerkmakelaar- daarom verdeeld in drie modules: Aanbieden, onderhandelen en afhandelen. Elk onderdeel is verdeeld in verschillende stappen: van beschrijving, bezichtiging en prijsbepaling tot koopakte, oplevering en bouwkundige keuring. Voor elke module betaalt de klant een vaste prijs, afhankelijk van de verkoopprijs van het huis.

De jonge, enthousiaste Utrechtse makelaar hanteert vaste vergoedingen in plaats van de doorgaans gebruikelijke courtage, verdeeld in zes tariefgroepen: tot 3 ton, 3-5 ton, 5-8 ton, 8-1,2 miljoen, 1,2-1,8 miljoen en meer. Daarmee zou Raat Makelaars 10 tot 15 procent goedkoper zijn dan de gemiddelde tarief. De klant betaalt bij David aan bemiddelingskosten voor een huis van 3 tot 5 ton 6800 gulden, voor woningen van 5 tot 8 ton 9750 gulden bij volledige uitbesteding. Hoe minder bemiddeling, hoe minder kosten.

„Een doorsnee makelaar wil de verkoop graag van A tot Z zelf doen. Wij bieden de cliënt maatwerk aan. Zeg maar wat je zelf wilt doen, dan doen wij de rest”, legt Ros uit. Volgens de Utrechter past deze formule in een marktontwikkeling. „De markt vraagt erom. Daarmee hou je de makelaarskosten binnen de perken. De NVM is er misschien niet blij mee. Maar als wij het niet doen, doet een ander het.” Helemaal uniek is het maatwerkconcept niet. „Maar wij zijn -voor zover bekend- de eersten die er nadrukkelijk mee naar buiten treden.”

Het gisteren geopende kantoor in Utrecht is een pilot-project. Over een half jaar maakt Ros de balans op. „Klanten komen wel, daar ben ik niet bang voor. Maar ik ben benieuwd of ze komen voor onze formule, of omdat ze ons misschien toevallig aardig vinden.”

Als de aanpak aanslaat, wil de makelaar ook vestigingen openen in andere, grote steden. Hij is er overigens nog niet zeker van of hij autonoom wil groeien of via een franchiseconcept. „Er zijn al makelaars die hebben geïnformeerd of ze de formule kunnen overnemen.”

Tien Geboden
Raat Makelaars onderscheidt zich op nog een manier. David Ros schaamt zich niet voor zijn christelijke levensovertuiging. Achterop briefpapier en visitekaartjes somt hij een bedrijfscode op in tien punten, analoog aan de Tien Geboden.

”Wij ondernemen in afhankelijkheid. Wij houden ons consequent aan onze bestemming. Wij communiceren eerlijk en doeltreffend. Wij zorgen voor regelmatige rust, reflectie en recreatie. Wij leren van de ervaring en levenswijsheid van ouderen. Wij houden de waardigheid en rechten van het individu hoog. Wij blijven trouw aan beloften. Wij trachten een eerlijke verdeling te maken. Wij baseren onze mededelingen op waarheid en feiten. Wij gunnen een ander zijn verworven bezit.”

Op aanvraag is een uitgebreide versie van de bedrijfscode beschikbaar. „Wij erkennen de God van de Bijbel als de bron van alle gezag. Wij ondernemen in afhankelijkheid van God (...).”

Principes maakt hij ook concreet. „Het werk is geen excuus voor de verwaarlozing van het gezinsleven. Behoorlijke rust en recreatie zijn daarom onontbeerlijk voor de ontwikkeling van onze medewerkers in hun persoonlijke en zakelijke leven. We zorgen voor regelmatige rust.”

Niet te koop lopen
David benadrukt niet te koop te lopen met zijn overtuiging. „Ik wil laten zien hoe we communiceren, werken, omgaan met klanten en hoe we in het leven staan. Niet om te laten zien hoe goed we zijn”, benadrukt hij, „maar om intern duidelijk te maken waar we voor staan.” Van toekomstige medewerkers verwacht de makelaar, lid van de plaatselijke baptistengemeente, dat zij de bedrijfscode ondertekenen. Werkweken wil David in de toekomst met zijn personeel op kantoor met gebed beginnen.

Zouden de omschreven zaken in de bedrijfscode niet vanzelfsprekend moeten zijn? „Natuurlijk”, reageert Ros. „Ik wil niet suggereren dat er veel wordt gerommeld in onze branche, integendeel, maar instellingen als de Consumentenbond en Eigen Huis zijn er niet voor niets. De praktijk blijkt wel eens anders te zijn. Er gaan dingen fout. Daarom geven wij een duidelijk signaal aan de klant hoe we daarmee omgaan. Ons ja is ja en ons nee is nee.”

De makelaar beklemtoont geen christelijk, maar een „zeer commercieel” bedrijf te runnen. „Als een omaatje 4 ton voor haar huisje denkt te kunnen vragen, terwijl het 6,5 ton waard is, is het onze taak haar daar op te wijzen en er niet een slimme deal van te maken. De buitenwereld heeft te veel het idee dat makelaars snelle jongens zijn die snel veel geld willen verdienen. Voor Raat is geld verdienen niet het hoogste doel.”