Dossier Clinton

Senaat stemt tegen afzetting president

Clinton mag in
Witte Huis blijven

Van onze correspondent
NEW YORK – De 42e president van de Verenigde Staten, William Jefferson Clinton, kan de resterende 23 maanden van zijn ambtstermijn ongestoord uitdienen. De Senaat sprak hem vrij van de beschuldiging van „meineed” en van „ondermijning van het gerechtelijk onderzoek” in wat de afgelopen 13 maanden bekend werd als de Lewinsky-affaire.

Het Huis van Afgevaardigden stuurde beide beschuldigingen in december door naar de Senaat, waar vorige maand het impeachment-proces tegen de president begon. De honderd senatoren bleken juridisch en politiek niet overtuigd van de bewijsvoering. Niet alleen haalde geen van beide beschuldigingen de vereiste tweederde meerderheid om Clinton schuldig te verklaren en af te zetten, maar er was voor geen van beide aanklachten zelfs een eenvoudige meerderheid. Dat kwam doordat een aantal Republikeinen zich schaarde aan de zijde van de 45 Democratische senatoren, die en bloc tegen beide beschuldigingen stemden.

De beschuldiging van meineed werd overtuigend afgewezen met 55 tegen 45 stemmen. De stemming over de aanklacht betreffende ondermijning van het gerechtelijk onderzoek bleef in balans met vijftig stemmen vóór en vijftig stemmen tegen.

De aanklachten waren het gevolg van de affaire tussen de president en de toenmalige Witte-Huisstagiaire Monica Lewinsky. Niet de affaire zelf, maar Clintons gelieg en gedraai daarover naderhand vormden volgens onafhankelijk onderzoeker Starr voldoende aanleiding voor impeachment (het in staat van beschuldiging stellen).

De affaire begon te rollen toen Linda Tripp stiekem de telefoongesprekken met haar vriendin Lewinsky opnam. De opnamen werden doorgespeeld aan Kenneth Starr. Tripp zegt nu dat zij dat gedaan heeft „om Monica te beschermen.” In een NBC-interview beweert zij dat Lewinsky zich zo „misbruikt” voelde door de president dat zij met zelfmoordplannen rondliep.

Verontschuldiging
De stemming in de Senaat vormde het einde van een drama of melodrama dat de Verenigde Staten 13 maanden in zijn ban hield. Kort na afloop van het proces verontschuldigde de president zich tegenover zijn medeburgers „voor de grote last die mijn gedrag de natie en het Congres heeft opgelegd.”

Het tweede impeachment-proces in de Amerikaanse geschiedenis werd, zoals de Grondwet voorschrijft, geleid door opperrechter William Rehnquist. Voor beide aanklachten liet hij individueel stemmen, waarbij de senatoren één voor één werden afgeroepen. Beide stemmingen werden rechtstreeks uitgezonden door de Amerikaanse televisie, maar de president heeft dat niet gevolgd. Hij werd door chef-staf John Podesta van het Witte Huis op de hoogte gebracht van de uitslagen.

Bommelding
Een poging van de Democratische senator Dianne Feinstein om na de impeachment-stemmingen nog over een „berisping” van de president te stemmen, werd door al haar collega's van tafel geveegd. Daarna werden de vergaderzaal en de kantoren van de Senaat voor ruim een uur ontruimd vanwege een bommelding. Het was niet onmiddellijk duidelijk of de politie iets had gevonden, maar na 75 minuten was alles weer volop in bedrijf.

De meeste senatoren spraken de hoop uit dat de politiek zich nu weer kan gaan bezighouden met datgene waarvoor men is gekozen. „Ik hoop dat de president de rest van zijn ambtstermijn gebruikt voor een aantal goede initiatieven. Wij zullen die beoordelen los van de emoties van de afgelopen maanden”, aldus de Republikeinse senator Orrin Hatch.

Chef-aanklager Hyde zei „teleurgesteld” te zijn. Maar nu het proces voorbij is raadde hij vriend en vijand aan „de strijdbijlen te begraven.” Uit enkele commentaren bleek dat sommige politici daar nog wel wat moeite mee hebben.