Buitenland | 27 november 1999 |
Russen veroveren gebieden maar niet de harten van de burgersDiepgeworteld Tsjetsjeens wantrouwenVan onze correspondent Dagelijks brengen de Russische media ze in overvloed: de verhalen en beelden waarbij de lokale bevolking van de bevrijde Tsjetsjeense dorpen de binnentrekkende Russische soldaten toejuicht. En interviews met dorpsbewoners moeten benadrukken dat de bevolking massaal achter de Russen staat en al jaren op dit moment heeft gewacht. Toch zal het volledige herstel van het Russische gezag in Tsjetsjenië lang niet zo gemakkelijk zijn als op het eerste gezicht uit deze oorlogspropaganda lijkt. Daarvoor zit de anti-Russische houding bij de Tsjetsjenen te diep verankerd. Deportatie De gedwongen deportatie van vrijwel geheel het Tsjetsjeense volk tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Centraal-Azië, vanwege nooit bewezen beschuldigingen van collaboratie met de nazi's, versterkte deze anti-Russische stemming en de erkenning van de eigen identiteit aanzienlijk. Pas in de loop van de jaren vijftig mochten de Tsjetsjenen weer mondjesmaat naar hun geboortegrond terugkeren, maar velen hadden de deportaties niet overleefd. Toen onder invloed van Gorbatsjovs glasnost en perestrojka het voor het eerst sinds lange tijd weer was toegestaan de eigen identiteit openlijk uit te dragen, grepen de Tsjetsjenen deze mogelijkheid met beide handen aan. Hoewel Tsjetsjenië een Russische deelrepubliek was, verklaarde het zich tijdens het uiteenvallen van de Sovjet-Unie op dezelfde wijze onafhankelijk als de andere Sovjetrepublieken, zoals het buurland Georgië. Terwijl door de officiële ontbinding van de Sovjet-Unie de vijftien voormalige unierepublieken dit recht formeel ook hadden, gold dit niet voor de deelrepublieken van de Russische Federatie. Daar de nieuwe Russische regering in geen geval eenzelfde lot voor Rusland wilde als voor de Sovjet-Unie, zette ze alles op alles om het uiteenvallen van haar land te voorkomen. Afscheiding van een van de 89 gebieden of subjecten van de Russische Federatie was dan ook absoluut onbespreekbaar. Oppositiegroepen Terwijl de Russen eerst hun gezag in de afvallige republiek trachtten te herstellen door er bepaalde meer pro-Russische oppositiegroepen te steunen, besloten ze eind november 1994, precies vijf jaar geleden, over te gaan tot een grootschalige militaire actie, in de overtuiging dat de republiek binnen de kortste keren weer onder controle zou zijn. De militaire actie duurde echter meer dan anderhalf jaar, kostte naar schatting 100.000 mensenlevens, leverde honderdduizenden vluchtelingen op en leidde uiteindelijk tot het tegengestelde doel: een de facto onafhankelijk Tsjetsjenië. Het in augustus 1996 gesloten akkoord tussen de Tsjetsjenen en de Russen zorgde er ook voor dat het Russische leger zich geheel uit het gebied terugtrok. En in 1997 erkende Rusland officieel de door de meerderheid van het in Tsjetsjenië achtergebleven deel van de bevolking gekozen president Aslan Maschadov. Ook werd besloten dat in het jaar 2001 definitief beslist zou worden over de status van Tsjetsjenië. Onvrede In dit licht moet de betekenis van de verhalen en beelden in de Russische media waarbij de Tsjetsjenen met groot enthousiasme de Russische bevrijders begroeten sterk gerelativeerd worden. Niet dat ze geheel onjuist zijn. Er zal inderdaad een groep Tsjetsjenen zijn die blij is met de komst van de Russen. Al is het alleen maar omdat dit betekent dat er eindelijk weer gas en elektriciteit komt. Die waren door de Russen afgesloten. Daarnaast zijn de dorpen en de steden die de Russen tot nu toe bevrijd hebben, vaak nog maar heel dun bevolkt. Het grootste deel van hun bevolking is op de vlucht geslagen of heeft zich aangesloten bij het verzet tegen de Russen. De achtergebleven mensen, degenen dus die het Russische leger en de Russische media aantreffen, zijn vaak bejaarden, vrouwen en soms zelfs etnische Russen. Plunderingen Verder blijkt dat lang niet alle in de bevrijde gebieden aangetroffen Tsjetsjenen blij zijn met de komst van de Russen. Hoewel zij misschien niet achter de extremistische rebellen staan, zijn ze in de meeste gevallen nog wel steeds voor een onafhankelijk Tsjetsjenië. Ze vertrouwen de Russen voor geen cent. Geen woorden, maar daden, zoals een van hen het samenvatte, nadat een Russische generaal voor de zoveelste keer had aangekondigd dat de Russen waren gekomen om vrede te stichten. Er blijken dan ook weinig Tsjetsjenen in ballingschap bereid te zijn de ondankbare taak op zich te nemen om benoemd te worden tot Moskou-gezinde bewindvoerder van de bevrijde gebieden. Onlangs heeft Moskou uit wanhoop zelfs de voor corruptie veroordeelde voormalige pro-Russische burgemeester van Grozny, Beslan Gantamirov, vrijgelaten uit de gevangenis, in de hoop dat hij deze taak op zich zou nemen. Maar bij zijn aankomst aan de grens met Tsjetsjenië werd hij door de daar aanwezige Tsjetsjeense vluchtelingen zeer vijandelijk bejegend vanwege zijn vermeende samenwerking met de Russische vijand. Voor het wegnemen van het diepgewortelde Tsjetsjeense wantrouwen jegens de Russen is dan ook heel wat meer nodig dan mooie woorden. De grote vraag is zelfs of dit na twee oorlogen eigenlijk nog wel mogelijk is. |
![]() |