Buitenland

„Rugova sterker door vertrek Demaci”

Politiek leider UCK
stapt uit de politiek

PRISTINA – De politiek leider van de etnisch-Albanese strijders in Kosovo, Adem Demaci, heeft zich gisteren uit de politiek teruggetrokken. Hij zou zijn besluit om medische redenen hebben genomen.

Volgens analisten in Pristina echter zou zijn vertrek op onenigheid onder de rebellen duiden. Demaci zou ruzie met het hoofdkwartier van het Bevrijdingsleger van Kosovo (UCK) hebben gehad over de weigering van rechtlijnigen om met iets anders dan totale onafhankelijkheid van Kosovo akkoord te gaan.

Door het aftreden van Demaci zal het UCK vermoedelijk nog verder worden teruggedrongen. De positie van de door het Westen gesteunde pacifistische leider Ibrahim Rugova lijkt hierdoor te worden versterkt. Het UCK en Demaci betwistten de positie van Rugova vanwege zijn bereidheid overeenkomsten te sluiten die niet in de volledige onafhankelijkheid van Kosovo voorzien.

Een etnisch Albanese krant berichtte gisteren dat UCK-strijders negen etnisch Albanese politici hebben aangehouden. De reden van de arrestatie is niet bekendgemaakt. Acht van de negen politici waren naaste medewerker van Rugova of lid van diens Democratische Liga van Kosovo. De arrestatie zou met de kritiek van het UCK op Rugova te maken kunnen hebben, die wordt verweten de nationale Albanese belangen te verraden.

Een op Joegoslavië gerichte uitzending van de Voice of America meldde eerder dat het UCK zondagmiddag bij het dorp Ciles dertien politieke medestanders van Rugova had ontvoerd. Onder de ontvoerden is ook Djerde Deme, de vice-voorzitter van het onofficiële Albanese parlement van Kosovo. De leiding van Rugova's Democratische Liga van Kosovo (LDK) is in Pristina bijeengekomen om zich te beraden over de nu ontstane situatie.

Servië en Montenegro, de twee republieken die Joegoslavië vormen, verwierpen gisteren een etnisch Albanees voorstel om van Kosovo een derde Joegoslavische republiek te maken. Volgens het voorstel zou Kosovo een eigen parlement, regering, gerechtshof en politie krijgen, maar samen met de rest van Joegoslavië een gezamenlijke markt blijven vormen, waarbij de Joegoslavische autoriteiten het toezicht op de grenzen van Kosovo zouden houden.

Milosevic
Later gisteren ontmoette de Amerikaanse bemiddelaar Christopher Hill, die heen en weer pendelt tussen Kosovo en Belgrado, de Joegoslavische president Slobodan Milosevic. Tijdens dat gesprek ontkende Milosevic dat er in Kosovo van een „humanitaire ramp” sprake is. Milosevic zei in een verklaring die na de ontmoeting met Hill werd uitgegeven, dat veel van de vluchtelingen naar huis zijn teruggekeerd. Hij noemde de internationale druk op zijn land ongegrond. De NAVO bereidt een mogelijke interventie voor om een einde te maken aan het Servische offensief.

Groot-Brittannië heeft gisteren bekendgemaakt voor 2 miljoen pond (6,7 miljoen gulden) aan humanitaire hulp aan Kosovo te zenden, waar naar schatting 275.000 mensen op de vlucht zijn geslagen sinds het Servische offensief tegen het etnisch Albanese UCK in februari werd ingezet. Eerder al stuurde de Britse regering voor 4,5 miljoen pond (15 miljoen gulden) aan hulpgoederen.

In het Kosovaarse dorp Dobratin hebben inwoners nog eens twee lichamen gevonden. Sinds Servische veiligheidstroepen daar vorige week rebellen verjoegen, zijn er acht lijken gevonden. Volgens dorpelingen zijn de slachtoffers boeren die naar het gebied waren teruggekeerd om hun vee te voeren. De inwoners beschuldigen de politie ervan de mannen te hebben geëxecuteerd.