Buitenland

UNHCR: Humanitaire ramp dreigt

Vluchtelingen de dupe
van gevechten in Kosovo

PRISTINA – In de Zuid-Servische provincie Kosovo zijn gisteren opnieuw hevige gevechten uitgebroken tussen het Joegoslavische leger en de Servische veiligheidstroepen enerzijds en het Kosovo Bevrijdingsleger (UCK) anderzijds.

De Albanezen meldden zeker zeven doden, onder wie ook burgers. De VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR vreest een humanitaire ramp voor de honderdduizend vluchtelingen in het oorlogsgebied.

Etnische Albanezen spraken van een nieuw Servisch offensief in de regio's Drenica (Centraal-Kosovo) en Djakovica in het westen van de provincie. Volgens de Servische autoriteiten gaat het echter om defensieve acties van aangevallen leger- en politie-eenheden. De Joegoslavische president Milosevic verzekerde een EU-delegatie donderdag nog dat het offensief in Kosovo was beëindigd.

Ook vanuit andere dorpen en regio's van Kosovo werden gisteren hevige gevechten gemeld. De UNHCR waarschuwde gisteren dat de situatie voor veel vluchtelingen steeds hachelijker wordt. „Als er niet snel een wapenstilstand komt, zullen we een humanitaire ramp meemaken”, aldus de UNHCR in Pristina.

Rond het UCK-bolwerk Drenica woedden gisteren volgens Albanese bronnen de zwaarste gevechten in vijf maanden. Zaterdag had een UNHCR-hulpkonvooi voor het eerst zo'n duizend Albanezen uit de door de Serviërs heroverde plaats Malisevo voorzien van hulpgoederen zoals babyvoeding, meel en drinkwater. De vluchtelingen, vooral vrouwen, kinderen en bejaarden, houden zich al dagen verscholen in de bossen rond hun woonplaats.

Volgens schattingen van het UNHCR zijn zo'n 20.000 inwoners uit het vorige week gevallen Malisevo gevlucht voor de Serviërs. Servische autoriteiten riepen de Albanese vluchtelingen herhaaldelijk op naar hun woonplaatsen terug te keren. Eenieder die niet in UCK-eenheden gestreden heeft wordt volledige veiligheid gegarandeerd, zo zeggen de Serviërs.

Bevoorrading
Duizenden Albanezen hebben al gehoor gegeven aan de oproep en zijn naar de door de Serviërs heroverde stad Orahovac teruggekeerd, zo meldden staatsmedia in Belgrado. Ze zullen de komende dagen hulpzendingen van het Servische Rode Kruis ontvangen. De problemen bij de bevoorrading in verscheidene delen van Kosovo zijn volgens de Servische autoriteiten te wijten aan „terroristische” aanvallen en blokkades van belangrijke verkeerswegen door het UCK.

Tweeënveertig Servische agenten zijn zonder toestemming uit Kosovo vertrokken. Ze zijn naar hun thuisbasis Mladenovac teruggekeerd, 50 kilometer ten zuiden van Belgrado; 22 andere agenten uit Novi Pazar in de Sandzak zijn ontslagen omdat zij weigerden naar Kosovo te vertrekken. Dit schrijft de pers in Belgrado vandaag.

De agenten uit Mladenovac zijn onlangs vlakbij Junik in een hinderlaag gelopen waaruit ze maar met moeite konden ontsnappen, aldus de krant Blic. Een van de agenten werd bij het incident gedood door Kosovo-Albanezen.