Buitenland

Zie ook: De ontredderden van Kosovo

Onder druk van Amerikaanse gezant

Milosevic akkoord
met hulpverlening
aan Kosovaren

PRISTINA – De Joegoslavische president Slobodan Milosevic heeft gisteren onder druk van de Amerikaanse gezant Christopher Hill zijn persoonlijke garantie gegeven dat hulpverleners toegang krijgen tot de duizenden etnisch-Albanese vluchtelingen in de bergen van Kosovo om voedsel, medicijnen en dekens te brengen. Bovendien heeft Milosevic in een persoonlijk onderhoud toegezegd dat internationale waarnemers de burgers terug naar huis mogen begeleiden om te voorkomen dat ze geïntimideerd worden door de plaatselijke Servische autoriteiten.

Volgens Hill heeft Milosevic tegenover hem zijn belofte herhaald dat het zware Servische offensief beëindigd is. Tijdens dat offensief, dat een week geduurd heeft, hebben Servische troepen het Bevrijdingsleger van Kosovo (UCK) verdreven van verschillende sleutelposities. Ondanks Milosevic' belofte werd vanuit beide kampen gisteren bericht over nieuwe incidenten. Het Joegoslavische persbureau Tanjug meldde dat acht etnisch-Albanese „rebellen” gisteren zijn doodgeschoten toen zij nabij Lipljane een aanval uitvoerden op de Servische politie. Drie Servische politiemannen zouden bij de aanval ernstig gewond zijn geraakt. Albanese bronnen maakten gisteren melding van hevige gevechten langs de grens met Albanië. Ook zou het dorp Junik, beschouwd als rebellenbolwerk, nog altijd omsingeld worden door Joegoslavische leger- en Servische politietroepen. Hill probeert gesprekken te organiseren tussen Milosevic en een etnisch-Albanese delegatie. Woensdag had de speciale Amerikaanse gezant in Kosovo een drie uur durend onderhoud met gematigde Albanese politici en afgevaardigden van het UCK. Na afloop van het gesprek zei Hill dat het UCK belangstelling toonde voor onderhandelingen, maar tegelijkertijd had gezegd dat het een week nodig had om te beslissen of het akkoord zou gaan met het voorgestelde onderhandelingsteam.

Laatste adem
Een woordvoerder van het UCK las echter gisteren op de Albanese televisie een verklaring voor waaruit veel strijdlust sprak: „Het Servische offensief zal het UCK nooit op de knieën krijgen. We zullen tot onze laatste adem voor de overwinning vechten tegen de Servische vandalen”.

Onderwijl gaan hulpverleners door met hun zoektocht in de heuvels rondom steden waar onlangs strijd is gevoerd. Ze hopen een geschatte 20.000 vluchtelingen, vooral Kosovaarse Albanezen, te kunnen traceren. Hun zoektocht werd geïntensiveerd nadat hulpverleners van het VN-Hoge Commissariaat voor de Vluchtelingen (UNHCR) donderdagmiddag in de heuvels bij Malisevo, het UCK-bolwerk in Kosovo dat inmiddels door de Kosovaarse rebellen is verlaten, rond de 500 vluchtelingen hadden aangetroffen.