Doodstraf wordt in Latijns-Amerika elke dag toegepastDoor Marie van Beijnum APELDOORN Wil je met een injectie of met een kogel worden gedood? Ik zou je de injectie willen aanraden, want dat gaat redelijk pijnloos. Advies van een doodseskader aan een ontvoerde Hondurese accountant, 1989. Officieel is de doodstraf in veel Latijns-Amerikaanse landen afgeschaft, maar ze wordt, aldus een Colombiaan, in de praktijk elke dag nog toegepast. Afgezien van de ongeschreven doodstraf in de vorm van wraak en vergelding, al dan niet 'gesubsidieerd' door de overheid, wint de legale doodstraf op het continent momenteel aan populariteit. Op zich is dat niet zo vreemd. In België, dat in 1996 de doodstraf officieel afschafte, zijn sedert de affaire-Dutroux ook stemmen opgegaan om de doodstraf weer toe te passen. In het algemeen kan worden gesteld dat de landen in Zuid- en Midden-Amerika op de lange termijn de trend volgen om de doodstraf af te schaffen. Alleen zal het van het politieke en criminele klimaat afhangen wanneer deze straf al of niet wordt geschrapt of wanneer wordt overwogen deze weer in te voeren. Guatemala nam bijvoorbeeld de doodstraf in 1995 opnieuw in de grondwet op, om de stijgende criminaliteit te beteugelen. Zo kon het ervan komen dat op 10 februari de executie werd voltrokken van de 38-jarige Manuel Martínez Coronado. Zijn terechtstelling kwam niet zonder slag of stoot, want men had lang geruzied over de manier waarop de doodstraf zou worden uitgevoerd. Uiteindelijk werd hij door middel van drie injecties ter dood gebracht. Hij was een jaar geleden tot die straf veroordeeld, nadat hij had bekend dat hij zeven mensen, onder wie vier kinderen, had vermoord vanwege een grondconflict. Manuel Martínez was de derde die de doodstraf kreeg sedert 1995. In oktober 1996 werden Pedro Castillo en Roberto Girón door een executiepeloton doodgeschoten. De doodstraf geniet de laatste jaren steeds meer steun in landen zoals Guatemala, waar geweld en criminaliteit een hoge vlucht nemen en waar hoge winsten worden behaald met ontvoeringen. In het land zitten nu nog elf mannen in een dodencel. Volgens het dagblad El Gráfico stond 86 procent van het volk achter de terechtstelling van Martínez; 74 procent van de Guatemalanen zou zich door de bank genomen voorstander betonen van de doodstraf. Op het niveau van de mensenrechtenorganisaties denkt men er anders over dan de bevolking. De doodstraf lost niets op, niet het geweld, noch de criminaliteit, ze lost hoegenaamd niets op, aldus de ombudsman voor de mensenrechten in Guatemala, Julio Arango. Militair regime Het is ruim dertig jaar geleden dat negen landen in Zuid-Amerika de doodstraf afzworen. Het sandinistische bewind dat in 1979 in Nicaragua aan de macht kwam, schafte de doodstraf (voor alle misdaden) meteen af. Peru besloot tot hetzelfde, maar hield de doodstraf voor bepaalde misdrijven achter de hand. Zo ook El Salvador in 1983. Met de Zuid-Amerikaanse kolossen Brazilië en Argentinië gebeurde iets merkwaardigs. Brazilië, dat de doodstraf al in 1882 had afgeschaft, voerde deze in 1969 weer in. Het militaire regime achtte dat noodzakelijk bij politieke misdaden tegen de nationale veiligheid tien jaar later werd dat omgezet in de doodstraf voor politieke misdaden in tijd van oorlog. In 1988 keurde de Braziliaanse grondwetgevende vergadering een voorstel om de doodstraf voor roof, verkrachting en ontvoering weer in te voeren, met 392 stemmen tegen en 90 voor overtuigend af. De Argentijnen voerden in 1971 eveneens de doodstraf voor politieke misdrijven in, maar schaften deze in 1972 af na fel protest van juristen. Alleen in het militaire strafrecht bleef de doodstraf springlevend. In 1976 voerde de junta de doodstraf opnieuw in en wel voor een reeks gewelddadige misdaden zoals verkrachting en roof. In 1984 werd deze doodstraf door de burgerregering ongedaan gemaakt. Sinds 1991 gaan in Argentinië met zekere regelmaat stemmen op die roepen om de doodstraf als afweermiddel tegen drugsmaffia, geweld tegen minderjarigen en ontvoeringen. President Menem heeft al eens een wetswijziging in die richting voorgesteld, maar dat werd door de oppositie weggestemd. Caraïbisch gebied In het Caraïbisch gebied was er slechts één land dat recent de doodstraf uit de grondwettelijke pilaren verwijderde, en dat was Haïti in 1987, na de verdrijving van dictator Duvalier. Cuba heeft de ultieme straf nog altijd hoog in het vaandel staan. Datgene wat de collectieve veiligheid van de staat in gevaar brengt, kan worden bestraft met de dood. Iets wat veel stof deed opwaaien, was de geheimzinnige executie van eens Castro's vriend en metgezel generaal Ochoa, die voor het vuurpeloton het leven liet wegens vermeend hoogverraad. In Cuba komt de doodstraf trouwens snel in het vizier. Zo werd in augustus vorig jaar de Amerikaan Walter van der Veer in Cuba opgepakt wegens het bevorderen van een gewapende opstand tegen Cuba. De officier van justitie had nog overwogen om de doodstraf te eisen, maar koos voor de maximale gevangenisstraf van twintig jaar. Verder zijn er in het Caraïbische bassin (ei)landen die de doodstraf nooit uit de grondwet hebben verwijderd, maar deze een slapend bestaan laten leiden. Bij tijd en wijle wordt de doodstraf uit de ijskast gehaald. Zo executeerde Bermuda voor het eerst in 34 jaar twee mannen wegens politieke moord. Grenada deed dat vijf keer in 1977/ 1978, na een intermezzo van vijftien jaar. Het heeft er dus alles van weg dat de doodstraf sporadisch wordt toegepast, en mogelijk alleen in antwoord op buitengewone misdaden die bij het publiek grote verontwaardiging teweegbrengen. Gemenebest Caraïbische landen behorend tot de het Britse Gemenebest, kennen als onafhankelijke staten nog een zogenaamd Privy Court, waarvan de rechters zijn benoemd door de Britse vorstin. Veel landen van het gemenebest zijn ontevreden over dit Privy Court en beschouwen het als een relikt uit het Britse verleden. In 1993 oordeelde het Privy Court dat de degenen die de doodstraf hadden gekregen en niet binnen vijf jaar ter dood zouden zijn gebracht, een onmenselijke en vernederende straf hadden geleden. Hun doodstraf zou moeten worden omgezet in een andere straf. Dit wekte de woede op van de bevolking, die zich in ernstige mate bedreigd voelde door de toenemende criminaliteit. Idioten, brieste een zakenman tegenover de Guardian. Wie iemand met voorbedachten rade vermoordt, moet hangen. Er dient recht te geschieden. In sommige landen is men versneld te werk gegaan, als reactie op de openbare ontevredenheid. Begin dit jaar nam Jamaica zelfs de stap om een internationaal verdrag dat toezicht op mensenrechten mogelijk maakt, op te schorten. Amnesty International, dat vreesde voor een precedentwerking, kreeg gelijk toen Trinidad en Tobago kort erna hetzelfde deden. Bij mensenrechtengroepen bestaat de vrees dat ter dood veroordeelden nu te gehaast en zonder grondig onderzoek hun straf zullen krijgen. Ook de Britse regering, die onder premier Blair veel voelt voor bespreekbaarheid van schuldkwijtschelding tegenover naleving van mensenrechten, volgt de ontwikkeling in het Gemenebest met argusogen. Wel bestaat er bij onder anderen Amnesty International begrip voor situaties zoals in Jamaica en Barbados, waar het percentage moorden alarmerend is. We gaan ervan uit dat de doodstraf de zaak afleidt van de kern van het gebeuren en dat is het geweld in de maatschappij, verklaarde een Amnesty-woordvoerder. Gratieverzoek Het doodstrafvoorbeeld van de Verenigde Staten wordt in Latijns-Amerika met interesse bekeken, hoewel allerminst klakkeloos nagebootst. Dat bleek wel uit een voorbeeld van het buurland Mexico. Niet zo lang geleden diende de Mexicaanse regering een gratieverzoek in bij een Amerikaanse gouverneur. Vijf jaar geleden zijn twee Mexicaanse mannen in Virginia, Noord-Amerika, veroordeeld wegens moord. Hun hangt de doodstraf boven het hoofd. Mexico wil helemaal niet dat de straf wordt kwijtgescholden, maar het voorstel is dat de doodstraf wordt omgezet in levenslang, uit te zitten, natuurlijk, in een Mexicaanse gevangenis. De voltrekking van het vonnis is uitgesteld en op hoog niveau is overleg gaande. Als het erop aankomt, zo menen de niet van chauvinisme gespeende Mexicanen, is het beter wanneer een burger zijn eigen, nationale straf ondergaat. |