Buitenland

Concessies Belgrado inzake Kosovo te mager

Contactgroep eist
meer van Milosevic

BRUSSEL – De contactgroep voor ex-Joegoslavië is niet tevreden over de concessies die de Joegoslavische president Slobodan Milosevic tot nu toe heeft gedaan in de kwestie-Kosovo. Topambtenaren van de ministeries van buitenlandse zaken van de zes landen (VS, Rusland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Italië) zeiden gisteren na afloop van hun beraad in de Belgische hoofdstad Brussel dat zij beide partijen –Serviërs en Kosovo-Albanezen– onder druk zullen blijven zetten om een dialoog aan te gaan, zonder voorwaarden vooraf.

„Wij hebben enkele kleine stappen voorwaarts gezien door beide partijen in het Kosovo-geschil. Maar aan de eisen die in de verklaring van 9 maart zijn gesteld, is zeker niet voldaan. De ministers van de contactgroep zullen daar zeker verder over praten”, zei de Britse voorzitter van het overleg, Greenstock.

Hij benadrukte dat er een einde moet komen aan het geweld in Kosovo, dat beide partijen met elkaar moeten gaan praten, dat alle internationale organisaties, alsmede diplomaten en journalisten, toegang dienen te krijgen tot het gebied.

De betrokken ministers komen volgende week woensdag in Bonn bijeen om te bekijken of Milosevic genoeg gedaan heeft om nieuwe sancties te voorkomen tegen de Federatieve Republiek Joegoslavië (FRJ, Servië, met inbegrip van de in meerderheid door Albanezen bewoonde provincie Kosovo, en Montenegro). Volgens de Russische minister van buitenlandse zaken, Primakov, moet de internationale gemeenschap nog even wachten met een besluit over een wapenembargo wegens de onrust in Kosovo. Dit zei de bewindsman gisteren in Zagreb tijdens zijn bezoek aan zijn Kroatische collega Granic.

Eerst afwachten
„We moeten eerst afwachten of Joegoslavië zich houdt aan zijn beloften inzake Kosovo”, aldus de Russische minister. De leden van de Contactgroep voor het voormalige Joegoslavië gaven de Servische autoriteiten op 9 maart in Londen tien dagen de tijd om hun speciale troepen uit Kosovo terug te trekken. De groep keurde een plan met sancties goed om de Servische leiders te dwingen een dialoog met de Albanezen in Kosovo aan te gaan.

De leider van de Kosovo-Albanezen, Ibrahim Rugova, zei gisteren in Pristina tijdens zijn wekelijkse persconferentie dat zijn eis van aanwezigheid van een internationale bemiddelaar bij gesprekken met de Serviërs niet zozeer als voorwaarde vooraf moet worden gezien. De eis is meer een noodzakelijk hulpmiddel om de onderhandelingen te doen slagen.

Westerse analisten zien Rugova's uitspraken als mogelijke voorbereidende stap om de eis te laten varen. De Serviërs zijn fel gekant tegen de aanwezigheid van buitenlandse waarnemers bij mogelijke gesprekken met de Kosovaren, omdat zij de kwestie als binnenlandse aangelegenheid beschouwen die intern moet worden opgelost .

In Djakovica, in het zuidwesten van Kosovo, hebben gisteren opnieuw duizenden Serviërs hun steun betuigd aan het bewind in Belgrado. Een spreker hekelde de „Albanese terroristische bendes” en verklaarde: „Kosovo was een deel van de Servische beschaving en zal dat blijven”. Veel Kosovo-Albanezen eisen de onafhankelijkheid van Kosovo. In de strijd met de Servische politie vielen de afgelopen weken tientallen doden.

Uitnodiging
De Russische ambassadeur in de Federatieve Republiek Joegoslavië heeft in Belgrado een uitnodiging van president Boris Jeltsin aan zijn ambtgenoot Slobodan Milosevic overhandigd. Dit heeft het officiële Joegoslavische persbureau Tanjug gisteren gemeld. Een tijdstip voor het bezoek aan Moskou werd niet genoemd.

De Europese Unie legt Joegoslavië een wapenembargo op. Daarmee wordt druk uitgeoefend op Belgrado om een vreedzame oplossing te zoeken voor de problemen met de Albanezen in de provincie Kosovo. Dit maakte een woordvoerder van het Britse ministerie van buitenlandse zaken gisteren bekend. De vijftien EU-landen zijn overeengekomen Belgrado geen materiaal meer te leveren dat kan worden gebruikt voor „binnenlandse onderdrukking of terreur”.