Buitenland

Roede: Over vijf jaar wil ik me alleen met bunkers bezighouden

Betonnen bewakers van de historie

Door mr. S. de Jong
NIEUW-WEERDINGE – Niet alle jeugdbelevenissen eindigen in voltooid verleden tijd. Voor René Roede blijft genoeg avontuur over. „Als een kip zonder kop rondrennen in bunkers is er niet meer bij”, zegt hij. Maar toch... “Archie Bunker”, zoals pa hem gekscherend noemt, wil van zijn liefhebberij zelfs zijn beroep maken.

Bij Drenthe horen hei, bos en hunebedden. Bunkers, verdedigingswerken van beton, liggen voor het gevoel niet alleen letterlijk mijlenver uit de streek verwijderd. Maar de ware hartstocht is als een veenbrand tot in Nieuw-Weerdinge doorgewoekerd. Te midden van de landerijen rond het dorp wonen René en Bertha Roede. De bandenhandel van René zorgt voor brood op de plank. De bunkerhobby geeft smaak aan het leven.

Al twintig jaar is Roede „fanatiek met bunkers bezig”. Vanuit zijn geboorteplaats Schiedam is het een klein eindje rijden naar Hoek van Holland. Het strand vormt het eerste onderzoeksterrein voor de jeugdige vakantieganger. Waar anderen zandkastelen bouwen, kuilen graven of schelpen rapen, zoekt „het kleine knuppeltje” steevast de stenen restanten uit de Tweede Wereldoorlog op.

Gaandeweg komen meer bunkers in het zicht. Betonnen herinneringen te over langs de Nederlandse kust. Geheimzinnige openingen, propagandaleuzen, muurschilderingen, René meent dat hij in een jongensboek rondloopt. Aanvankelijk draaft hij „als een kip zonder kop” rond. Structuur ontdekken in de opzet van de verdedigingswerken is geen fluitje van een cent.

Ettelijke jaren verstrijken voordat Roede het „stadium van het kruipen” ontgroeit. „In Kornwerderzand is het pas echt begonnen”, blikt hij terug. „Op den duur ga je samenhang ontdekken. Je probeert bij verschillende bunkers dezelfde elementen terug te vinden. Als het puur om de gebouwen gaat, raak je gauw uitgekeken. Het gaat om het verhaal dat erachter zit”. De Atlantikwall, de vestingwerken langs de kusten die de Duitse bezetters in de Tweede Wereldoorlog lieten bouwen, vormt zijn onderzoeksterrein bij uitstek. Hoek van Holland blijft dus in beeld.

Mooi compromis
De bunkerexpedities leveren een stevige oorlogsbuit op. Roede pakt een dikke multomap, een van de vele, uit een kast. Deze bevat de vele zorgvuldig uitgewerkte verslagen van de ontdekkingstochten naar het recente verleden. Gedetailleerd heeft de groothandelaar in autobanden zijn bevindingen genoteerd. Van ieder vestingwerk staan de bijzonderheden vermeld. Foto's van de omgeving, van funderingsresten, bouwtekeningen en andere kenmerken brengen de geschiedenis opnieuw tot leven.

„Ik heb al gigantisch veel beton gezien”, zegt Roede tevreden. Zijn vrouw gaat meestal met hem mee. Klopt haar hart ook sneller, wanneer de vestingwerken in zicht komen? Een berustende glimlach getuigt van het tegendeel. De aandacht van Bertha Roede gaat naar de omgeving uit: „Ik geniet van de natuur, en dat kun je gelukkig combineren”. Want in de regel liggen de strategische plaatsen waar de bouwsels staan een eind bij bewoonde gebieden uit de buurt. „We hebben een mooi compromis gevonden”, beaamt haar man.

Zeker in Noorwegen kunnen René en Bertha hun liefhebberij met volle teugen beoefenen. In de uitgestrekte schoonheid van het fjordengebied staan de overblijfselen van de Duitse verdedigingslinie tegen de geallieerde invasielegers verscholen. Roede: „De complexen zijn vaak moeilijk te vinden. Met veel wandelen en veel klauteren kom je er meestal wel. Veel forten staan ook nu nog op militair terrein. Wanneer de toegang echt streng verboden is, heb ik weinig zin over het prikkeldraad te klimmen”.

„Ik ben niet zo'n archiefonderzoeker. Ter plekke de weg vragen werkt net zo handig”. Gelukkig zijn Scandinaviërs heel bereidwillig, is de ervaring van Roede. In een aantal gevallen is de grond waarop de bunker staat privé-bezit. „De eigenaars lopen vaak even mee. Zij zijn nieuwsgierig wat die 'gekke Hollander' op zo'n verlaten plek te zoeken heeft”. Neem ze het eens kwalijk dat ze niet weten welk virus Roede heeft besmet.

Maginotlinie
De bunkervorser wil even kwijt dat hij ook oog heeft voor de schaduwzijde van de bouwwerken. „Ik kan me negatieve gevoelens van mensen die de oorlog hebben meegemaakt heel goed voorstellen. De Atlantikwall is een voortbrengsel van slavenarbeid. Toch praten we over een stuk geschiedenis. De bunkers staan symbool voor een tijdvak. En zijn kastelen tenslotte niet met hetzelfde doel gebouwd?”

De enthousiasteling in Roede komt weer snel bovendrijven. „Gelet op de omstandigheden waaronder de forten in de Atlantikwall zijn gebouwd, kun je van een goede organisatie spreken. Incidenteel vond er sabotage plaats, maar er zaten ook aannemers handenwrijvend op orders te wachten”. Voor de zekerheid ruimt hij nog even een misverstand uit de weg: „Dat er suiker door het beton zou zijn gestrooid is onzin, want daaraan bestond in de oorlogsjaren groot gebrek!”

De exemplaren die aan sabotage of bombardementen ontsnapten, hebben tegenwoordig meer gevaar te duchten van overijverige overheden. Volgens Roede worden de bunkers gesloopt omwille van het slopen. „Gelukkig groeit de belangstelling, en komen veel bunkers op de monumentenlijst. De “Stelling van Amsterdam” staat al op de prestigieuze werelderfgoedlijst van de Unesco, de VN-organisatie voor onderwijs, cultuur en wetenschappen”. Wat Roede betreft, delen ook de Hollandse Waterlinie, de Atlantikwall en de Maginotlinie in de eer.

Noorwegen heeft de bijzondere belangstelling van Roede, maar ook andere bunkers ontsnappen niet aan zijn aandacht. Volgens hem bestaat ten onrechte de gedachte dat ze bijna uitsluitend aan de kust te vinden zijn. Europa is er kriskras mee volgebouwd. Neem de Maginotlinie, de indrukwekkende Franse verdedigingswerken langs de Duitse grens. Vanzelfsprekend heeft Roede de imponerende stellingen bezocht.

Na een 'inleidende' groepsrondleiding zocht de fortificateur net zo lang totdat hij in het gebied een van de nog niet dichtgetimmerde ingangen vond. „Het bloed kruipt waar het niet gaan kan”, vertelt hij nagenietend. „Je staat er versteld van, wat je allemaal aantreft”. De geschiedenis van de Maginotlinie is overigens tragisch. De Duitsers omzeilden de barrière, en trokken Frankrijk gewoon via België binnen. Roede: „Ik heb een studie gelezen van iemand die beweert dat de linie toch nuttig is geweest. De vijand is er immers niet doorheengebroken”.

Vaste vormen
Wereldwijd bestaan goede contacten met de vakgenoten. „Vooral in de Verenigde Staten wonen fanatiekelingen”, zegt Roede. Een poosje geleden had een Amerikaan het voornemen opgevat de Noorse bunkers eens te gaan bekijken. Maar dan liefst zo veel mogelijk. „Vergis je niet in de enorme afstanden”, zei ik. „Dan huur ik toch gewoon een helikopter”, zei hij.

Van zulke contacten moet Roede het hebben. Sinds hij een ernstig ongeluk heeft gehad, wordt het sjouwen met banden hem allengs te zwaar. Maar langzamerhand neemt een nieuwe toekomst vaste vormen aan. Vanuit de vensterbanken in zijn werkkamer kijken Noorse trollen grijnzend naar de boekenkasten. Geen publicatie over fortificaties, of de Nieuw-Weerdinger heeft het, of kan het krijgen.

Via mond-tot-mondreclame –uiterst doeltreffend in het wereldje– en een Internet-site runt Roede een postorderbedrijf. „Je moet de neiging onderdrukken mooie boeken voor jezelf te houden”, moet hij even kwijt. Hij specialiseert zich in 'moderne' bouwwerken, dat wil zeggen vanaf 1850. Daarnaast organiseert hij reizen.

„Soms denk je met je nuchtere boerenverstand: Wat heeft dat allemaal een geld gekost, en het is vaak nog niet gebruikt ook. Ach, misschien hebben de dingen juist daardoor oorlogen voorkomen. Binnen vijf jaar wil ik me hoe dan ook met niets anders meer bezighouden dan bunkers”.