De maskers van de verraders zijn gevallenMilosevic' aanhang eerst verbijsterd, dan woedendDoor Katarina Kratovac (AP) BELGRADO Eerst verbijsterd, daarna woedend verzamelen zich duizenden aanhangers van Slobodan Milosevic bij de centrale gevangenis in Belgrado, waar de vroegere president van Joegoslavië ingesloten zat tot hij gisteren werd uitgeleverd aan het oorlogsmisdadentribunaal van de Verenigde Naties in Den Haag. Verraad! roepen zij machteloos naar de dikke stenen muren van de gevangenis. Vervolgens verplaatst de groep zich naar het belangrijkste plein in het centrum. De menigte zwelt aan tot zo'n 3000 man; cameramensen die te dichtbij komen, worden gemolesteerd. Voor de gevangenis staat een auto geparkeerd met daarin Milosevic' vrouw Mirjana Markovic en hun dochter Marija en een schoondochter. Niemand komt uit de gevangenis naar buiten om hen te begroeten. Bij het hoofdkwartier van de Socialistische Partij van Milosevic is de stemming bedrukt. Waarnemend partijleider Zivadin Jovanovic haalt uit naar de Servische regering en premier Zoran Djindjic. Wat gebeurd is, is dat Djindjic het grondwettelijke systeem van Joegoslavië buiten werking heeft gesteld. Djindjic heeft de dictatuur ingevoerd en de verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij hem en al degenen die niets ondernomen hebben om dat te verhinderen. Op de protestbijeenkomst zegt Dusko Marasovic van de Socialistische Partij dat onze ergste nachtmerries zijn uitgekomen. De maskers van de Servische verraders zijn gevallen, vooral van Djindjic. De ultranationalistische Servische Radicale Partij spreekt van een van de ernstigste misdaden in de Servische geschiedenis. Djindjic en Kostunica zijn de grootste verraders van het Servische volk, zegt partijleider Vojislav Seselj. Het Servische volk hoeft geen verraad en vernedering te ondergaan. Patriottische partijen eisen de aanhouding van alle schenders van de grondwet (...) wij zullen Kostunica uit zijn rattenhol verjagen. Opstand! Opstand! scanderen aanhangers van de Servische Radicale Partij als zij zich bij de manifestatie in het centrum van Belgrado aansluiten. Cameraploegen en voorbijgangers lopen klappen op. Aleksandar Vucic, lid van de Radicale Partij, zegt dat het komende gevecht hard zal zijn omdat we tegenover een machtige tegenstander staan criminelen die alles doen wat de Amerikanen hun opdragen. Wij moeten in opstand komen om Servië te verdedigen. Wij zullen Djindjic vermoorden, roepen sommige radicalen. Maar een paar straten verderop is de stemming feestelijk, omdat Milosevic eindelijk berecht zal worden. Slobo is naar Den Haag toe, zingt een groepje dansende jonge vrouwen in een café. \ |