Net rond Siciliaanse maffiabaas Binu de Tractor sluit zich
Laatste peetvader geeft gezicht niet prijsVan onze correspondent ROME Op 30 januari vielen tientallen gemaskerde carabinieri een huisje op het platteland van Palermo binnen. Ze arresteerden er de maffiosi Benedetto Spera en Nicola La Barbera, maar vonden geen spoor van de man voor wie ze echt op bezoek kwamen: Bernardo Provenzano. Niet voor het eerst was de peetvader van Cosa Nostra, zoals de maffia op Sicilië heet, de antimaffia te snel af. Een maand later werd Vincenzo Virga opgepakt en afgelopen woensdag gaf Giuseppe Palazzolo zichzelf aan. Volgens de politie zijn allevier naaste medewerkers van Provenzano. Het net rond Binu de Tractor sluit zich. De carrière van Bernardo Provenzano begint in de jaren '60, als in Corleone een maffiaoorlog woedt en hij in 1963 als huurmoordenaar opdracht krijgt een zekere Francesco Paolo Streva uit de weg te ruimen. Bernardo is die dag misschien wat nerveus, want het doelwit slaagt erin te ontkomen (enkele maanden later legt Streva alsnog het loodje). Vanaf dan duikt Provenzano onder. Als de clan van de corleonesi de dienst binnen Cosa Nostra gaat uitmaken, stijgt zijn ster. Lange tijd staat hij als een soort onzichtbare man in de schaduw van de capo dei capi (hoofd der hoofden) Salvatore Totò Riina. Pas in 1998 slaagt justitie erin voldoende bewijslast te verzamelen om tegen Provenzano driemaal levenslang te eisen. Hij zou de man zijn achter verschillende moordaanslagen, zoals die op een politiecommissaris. Volgens een pentito, een ex-maffioso die met justitie samenwerkt, is Provenzano verantwoordelijk voor ten minste veertig moorden. Fout Als begin jaren '90 de overheid de jacht op de maffia eindelijk serieus aanpakt, neemt de in het nauw gebrachte Riina de wapens op. Gewelddadige bomaanslagen volgen, zoals die in Palermo, waarbij in 1992 de rechters Falcone en Borsellino om het leven komen. Provenzano, dorps- en leeftijdgenoot van Riina, vindt dat zijn baas een strategische fout maakt door de overheid de oorlog te verklaren. Provenzano werkt achter de schermen aan de val van zijn rivaal. Hij zou Riina mogelijk hebben uitgeleverd aan de autoriteiten. Bernardo Provenzano neemt bij de arrestatie van Totò Riina in 1993 diens plaats in als leider van Cosa Nostra. Het is Provenzano die de Cupola, de geheimzinnige vergadering van de hoogste maffialeiders, een nieuwe, low profile-politiek voorschrijft. Geen moorden meer, maar pax mafiosa: in alle stilte de (financiële) macht uitbreiden, via onder andere afpersing en smokkel. Hoe stiller de maffia, hoe invloedrijker, zo luidt een ongeschreven regel. Af en toe komt de impact van Provenzano's maffia aan het licht. Deze week nog werd bekend dat zo'n 500 miljoen gulden aan overheidsgeld, bestemd voor de bouw van snelwegen in Sicilië, jarenlang via maffiose bouwbedrijven richting Cosa Nostra werd doorgesluisd. Provenzano mag dan wel bij verstek tot driemaal levenslang zijn veroordeeld, de identiteit van de maffiabaas is vrijwel onbekend. Bij justitie circuleren twee foto's van de man die sinds 1963 voortvluchtig is. Een uit 1959, waarop Provenzano met gladgeschoren tronie en glimmende gel de camera in kijkt. Zijn haar is achterovergekamd, alsof Mario Puzo de visagist is. De andere plaat is een montagefoto van de Italiaanse CRI. Daarop heeft Provenzano grijze haren en een sterk gerimpeld hoofd. Elk jaar kleuren ze er wat meer grijs in en worden nog wat meer groeven op zijn voorhoofd gekrast. De grote vraag is natuurlijk hoe Provenzano er in werkelijkheid uitziet. Een paar andere gegevens zijn met zekerheid vast te stellen. Provenzano is corpulent en klein van stuk (1,64 meter), heeft bruine ogen en is op 31 januari van dit jaar 68 jaar geworden. Geboren in Corleone, waar hij nooit de middelbare school heeft afgemaakt. Uit onderschepte brieven die waarschijnlijk van zijn hand zijn, blijkt zijn gebrekkige kennis van de grammatica. Zijn officiële professie: boer. Maar wel een boer die gaat over de machtigste holding van Sicilië. Brieven Volgens Saveria Benedetta Palazzolo, de echtgenote van Provenzano, vergist iedereen zich. Haar Binu is onschuldig. Het is een arme boer, die om onduidelijke redenen wordt achtervolgd door justitie. Lange tijd leefde Saveria met hun zoons Angelo en Francesco Paolo ondergronds, totdat ze plotseling in 1992 in Corleone opdoken. Even zorgde hun komst voor wat rumoer, en de gewiekste Oliviero Toscani vereeuwigde beide zoons voor een Benetton-campagne. Maar spoedig keerde in Corleone de rust naar de beste principes van de pax mafiosa terug. In Corleone is Saveria eigenaar van de wasserette Splendor. Die zaak ligt aan de Via Francesca Morvillo, genoemd naar de vrouw van onderzoeksrechter Giovanni Falcone. Aan de overkant van de wassalon houden carabinieri kwartier. Maar dat was al zo voordat de Provenzano's hier kwamen wonen. Bernardo Provenzano heeft een doorsnee gezinnetje, zo luidt de versie van zijn naaste familieleden. Op het eerste gezicht blijkt dat ook uit de brieven die Saveria en zoonlief Angelo in januari schreven aan het Wilde Beest, een bijnaam van Provenzano die weinig aan de verbeelding overlaat. De politie vond de brieven verstopt in de kleding van La Barbera, de maffioso die op 30 januari gearresteerd werd en als koerier van Provenzano wordt beschouwd. In de brieven noemt Saveria haar man onder andere mijn allerliefste en schrijft ze: Moge God ons de kracht geven om ons lijden te doorstaan. Minder onschuldig is de passage in de brief van Angelo aan zijn vader waarin hij refereert aan de hulp van een politicus die hem wil helpen met subsidies van de Europese Unie voor het opzetten van een hotelletje. Opmerkelijk: de kinderen dragen de achternaam van hun vader. Dat in tegenstelling tot het nageslacht van Totò Riina. Ook dat houdt vol dat hun Totò een lieve, onschuldige man is. En beide families zijn verontwaardigd dat hun papa de Tractor wordt genoemd, naar het werktuig dat in een maffiaoorlog van lang geleden goed van pas kwam om tegenstanders het zwijgen op te leggen. Tractor Binu ploegt tegenwoordig met moeite voort. Provenzano's gezondheid zou tanende zijn, en zijn adjudanten worden een voor een opgepakt. De arrestatie van deze laatste machtige peetvader hangt in de lucht. De overheid hoopt daarmee het hoofdstuk Cosa Nostra definitief af te sluiten. Provenzano's mogelijke opvolger staat echter al in de startblokken. Hij heet Matteo Messina Denaro, een vertrouweling van Riina, die goed door één deur kan met Provenzano. Aan het vervolg op de peetvader wordt gewerkt. | |