Buitenland8 februari 2001

Symbolisch bezoek aan de Klaagmuur

Sharon benadrukt
„eeuwig” bezit van
geheel Jeruzalem

JERUZALEM – Na zijn overtuigende verkiezingsoverwinning heeft de nieuwe Israëlische premier Ariel Sharon gisteren een symbolisch bezoek aan de Klaagmuur in Jeruzalem gebracht om te onderstrepen dat de stad voor „eeuwig” in Israëlische handen zal blijven.

Daarmee ging Sharon lijnrecht in tegen de Palestijnse aanspraken op controle over de Oude Stad van Jeruzalem en haar heiligdommen. Medewerkers haastten zich echter om Sharon voor te stellen als een pragmaticus, met wie de Palestijnen zaken kunnen doen. „Sharon wil vrede tot stand brengen. Ik ben ervan overtuigd dat de Arabieren (...) beseffen dat ze misschien niet alles zullen krijgen wat ze willen, maar het zal zeker een echte overeenkomst worden”, zei adviseur Raanan Gissin. Anderen suggereerden dat Sharon wel degelijk bereid is territoriale concessies op de Westoever te doen en zelfs enkele nederzettingen zou willen opgeven. Likud-parlementslid Reuven Rivlin zei dat sommige losse eilandjes van Palestijnse autonomie „verenigd” kunnen worden als enkele geïsoleerde nederzettingen ontmanteld worden.

De Palestijnen zeiden af te wachten wat Sharon te bieden heeft. In een gelukwens die hij naar Sharon stuurde, heeft Yasser Arafat gezegd dat hij zijn handen uitgestoken houdt richting Israël, meldden adviseurs van de nieuwe premier. Kringen rond Arafat wilden niet bevestigen dat er een boodschap was gestuurd, maar zeiden te verwachten dat de Palestijnse leider en Sharon spoedig contact met elkaar zullen opnemen. Het kabinet van Arafat kwam na een vier uur durend beraad in Gaza met een verklaring waarin Israël wordt gevraagd de vredesonderhandelingen voort te zetten vanaf het punt waarop ze zijn afgebroken. Ook wil het kabinet internationaal toezicht bij de nieuwe onderhandelingen. „Alleen vrede kan veiligheid voor Israëliërs en Palestijnen garanderen”, aldus de verklaring.

In de laatste voorstellen van de verslagen premier Ehud Barak zouden de Palestijnen vrijwel de gehele Westoever en de Gazastrook krijgen, alsmede delen van Jeruzalem. Sharon heeft zulke concessies uitgesloten en gezegd pas te willen onderhandelen als het geweld ophoudt.

Escalatie
Arafat en andere Palestijnse leiders hebben gezegd de keus van het Israëlische volk te respecteren en de onderhandelingen over vrede te zullen voortzetten met Sharon. Lang niet iedereen in de Palestijnse gemeenschap is het daarmee eens. Arafats Fatah-organisatie, die over het algemeen een radicaler standpunt inneemt dan de centrale leiding, riep de Palestijnse leiders op geen contacten of onderhandelingen met Sharon aan te gaan. „Daags na de verkiezing van de moordenaar Sharon roepen wij op tot een escalatie van de intifada”, zei de groep in een pamflet.

Sharon beperkte zijn bezoek gisteren aan de Tempelberg tot de westelijke muur van de tempel. Al zijn voorgangers hebben na hun verkiezingsoverwinning de westelijke muur bezocht. Veel Palestijnen vatten het bezoek van Sharon echter op als een nieuwe provocatie. „Hij probeert alleen maar meer obstakels op te werpen en het vredesoverleg te vertragen”, zei de 49-jarige Khader Sabaneh. „Ariel Sharon is niet te vertrouwen als hij zegt dat hij naar vrede met de Palestijnen streeft.”

Om de internationale achterdocht omtrent zijn bedoelingen weg te nemen stuurt Sharon de komende dagen drie gezanten naar de Verenigde Staten, onder wie oud-minister van Defensie Moshe Dayan. Sharons meest directe zorg is de samenstelling van een kabinet vóór 31 maart, wanneer de begroting voor 2001 door het sterk verdeelde parlement moet worden aangenomen. Als dat niet lukt, moeten er nieuwe verkiezingen komen.

Sharon noemde het gisteren van levensbelang dat de Arbeiderspartij van Barak deelneemt aan zijn regering. Deze partij is verdeeld over het aanbod en de coalitieonderhandelingen worden bemoeilijkt door het besluit van Barak om het leiderschap van de partij neer te leggen. De keuze van een nieuwe leider van de Arbeiderspartij kan maanden duren.