Buitenland 16 november 2000

Dossier Crisis Midden-Oosten

Acht doden op Palestijnse 'Onafhankelijkheidsdag'

Israëlische helikopters
vallen doelen Fatah aan

Van onze buitenlandredactie
JERUZALEM – Israëlische helikopters hebben gisteravond raketaanvallen uitgevoerd op doelen die behoren aan de Fatah-groep van de Palestijnse leider Yasser Arafat. Het Israëlische leger zei dat het Fatah-kantoor in de plaats Salfit in het noorden van de Westoever werd aangevallen, evenals doelen in Jericho, Hebron en Tulkarm.

Bij de aanval in Salfit raakten volgens Palestijnse zegslieden twee bewoners van naastgelegen huizen gewond, een van hen ernstig. Israëlische helikopters voerden voor het eerst ook raketaanvallen uit op Beit Jala, van waaruit Palestijnen de Joodse wijk Gilo in Oost-Jeruzalem onder vuur nemen. Volgens de Israëlische radio werd bij de raketbeschieting een gebouw in puin geschoten. Inwoners van Gilo hielden gisteren een demonstratie om tegen de dagelijkse beschietingen te protesteren en maatregelen van de Israëlische regering te eisen.

Op de dag dat de Palestijnen vierden dat ze zich twaalf jaar geleden symbolisch onafhankelijk verklaarden, zijn acht doden en 36 gewonden gevallen bij gevechten met het Israëlische leger in de Gazastrook en op de Westoever. In tegenstelling tot eerdere onafhankelijkheidsdagen sprak de Palestijnse leider Yasser Arafat zijn volk gisteren niet toe. Hij verscheen alleen even met de mensenrechtencommissaris van de VN, Mary Robinson, in zijn kantoor in Gaza-stad.

Eigen staat
De top van de PLO zou oorspronkelijk gisteren bijeenkomen om te besluiten of de Palestijnen een eigen staat zouden uitroepen, maar de bijeenkomst is een week geleden afgelast. Omdat de Palestijnen slechts verspreide gebieden in handen hebben en in hun eigen steden worden belegerd, is het uitroepen van een eigen staat niet haalbaar, zeiden Palestijnse functionarissen.

Arafat riep op 15 november 1988 in Algerijnse ballingschap symbolisch de Palestijnse staat uit. Hij had beloofd dat hij die symbolische verklaring nog voor de 15e november van het jaar 2000 door een meer inhoudelijke verklaring zou laten volgen, maar na zeven weken van gewelddadige confrontaties tussen Israëliërs en Palestijnen wordt hij niet meer aan die belofte gehouden. „Wij zijn niet teleurgesteld omdat we onze strijd voortzetten, en die heeft tijd nodig”, zei het Palestijnse parlementslid Marwan Abdel Hamed.

Hoewel Arafat zijn volk dinsdagavond opriep niet meer te schieten op Israëlische posten om zo te voorkomen dat Israëlisch tegenvuur Palestijnse levens kost, was het gisteren op verschillende plaatsen onrustig. Bij de grensovergang Karni tussen Israël en Gaza kwamen twee Palestijnen om door Israëlische kogels. In Tulkarm op de Westoever schoten Israëlische militairen twee Palestijnen dood; in de steden Hebron, Jenin en Jericho vielen drie doden. Volgens artsen raakten minstens 36 Palestijnen gewond. Het dodental van de Palestijns-Israëlische gevechten liep op tot 217.

De Amerikaanse gezant Dennis Ross had na afloop van de begrafenis van Leah Rabin, de weduwe van de vermoorde premier Rabin, een ontmoeting met de Israëlische premier Ehud Barak en zou vandaag met Arafat spreken. Barak riep zijn veiligheidskabinet bijeen om te beraadslagen over extra maatregelen tegen de Palestijnen. De premier staat onder grote druk om harder op te treden en aanslagen op Israëliërs te wreken, maar hij vreest kennelijk dat vergeldingen de kans op vrede nog verder verkleinen. Baraks veiligheidsadviseur Danny Yatom zei dat het „terughoudende beleid” dat de afgelopen weken is gehanteerd mogelijk wordt herzien.

Actie
Vooraanstaande Palestijnen gaven strijdlustige verklaringen af waarin zij aankondigden dat de strijd niet wordt gestaakt voordat een einde is gekomen aan de Israëlische bezetting en een Palestijnse staat is geboren. „De Palestijnse retoriek is vervangen door actie”, constateerde Hanan Ashrawi, in een kennelijke verwijzing naar Palestijnse hinderlagen voor Israëlische soldaten en kolonisten op wegen op de Westoever en in de Gazastrook. „In zekere zin zijn het bezettingsleger en de kolonisten legitieme en geselecteerde doelen geworden van het Palestijnse verzet”, zei Ashrawi.

Zie ook:
VVD'er stelt vragen over anti-Israëlische dreigementen Irak