Buitenland14 oktober 2000

Barak, Arafat en Sharon

Ehud Barak

Premier en leider van de Eén Israël-factie, waarin de Arbeiderspartij de belangrijkste partij is. Hij won mei vorig jaar met een meerderheid van 56 procent de verkiezingen van de toenmalige Likud-leider, Benjamin Netanyahu. Barak werd in 1942 in kibboets Mishmar Hasharon geboren. Hij studeerde onder meer natuurkunde en wiskunde. Hij diende vele jaren in het leger, waar hij in 1991 de hoogste positie bereikte als chef-staf, in de rang van luitenant-generaal. Na het leger maakte hij carrière in de politiek. Hij was Knesset-lid, minister van Binnenlandse Zaken en minister van Buitenlandse Zaken. Barak ging van alle Israëlische premiers het verst in zijn bereidheid concessies te doen aan de Palestijnen.

Yasser Arafat

Voorzitter van de Palestijnse Autoriteit en leider van Fatah, de grootste partij onder de Palestijnen. Hij werd in 1929 geboren. Zijn familie komt uit Palestina, maar in zijn jeugd verbleef hij lange tijd in Egypte. Tijdens zijn studie voor ingenieur in Caïro besteedde hij veel tijd en energie aan politieke activiteiten. Aan het einde van de jaren vijftig richtte hij de Fatah-guerrillagroep op. Hij zorgde ervoor dat de Palestijnse kwestie bekend werd in de Arabische wereld en daarbuiten. Zijn Israëlische tegenspelers zeggen dat hij geweld nog steeds als een optie ziet als hij zijn zin niet krijgt. Vele Palestijnen verwijten Arafat dat hij te veel concessies doet aan Israël en dat er onder zijn regime te veel corruptie en schending van mensenrechten bestaat.

Ariël Sharon

Sharon nam het leiderschap van Likud over nadat Netanyahu zich na de verkiezingsnederlaag van vorig jaar uit de politiek terugtrok. De in 1928 Kfar Matal geboren Sharon maakte carrière in het leger. Hij was als commandant onder meer verantwoordelijk voor operaties over de grens en tegen Palestijnse commando's in de Gazastrook. In de Jom Kippoeroorlog van 1973 leidde hij een divisie aan het front met Egypte. In 1981 werd hij minister van Defensie, maar hij werd in 1983 gedwongen af te treden vanwege zijn medeverantwoordelijkheid voor de massamoord op Palestijnen in de kampen Sabra en Shatilla in Libanon. Sharon bleef echter in de politiek en werd onder meer minister van Handel en Industrie en Huisvesting. Hij is een havik in de Israëlische politiek.