Buitenland2 oktober 2000

Zeker 29 Palestijnse doden

Onlusten Israël
breiden zich over
het hele land uit

Van onze buitenlandredactie
JERUZALEM – Palestijnse schutters hebben gisteren vanaf daken en vanuit verlaten gebouwen onder toejuichingen van stenengooiers het vuur geopend op Israëlische militairen. Israël zette antitankraketten en gevechtshelikopters in. Negen Palestijnen vonden de dood, waardoor het totaal aantal doden aan Palestijnse zijde over drie dagen opliep tot 29.

Een Israëlische grenswacht raakte zwaargewond en zijn toestand werd kritiek genoemd. Aan Israëlische zijde vielen verder nog zes gewonden. Het totaal aantal gewonden aan Palestijnse zijde werd door het Palestijnse ministerie van Gezondheidszorg gesteld op zevenhonderd, onder wie vijf in kritieke toestand.

Het Israëlische leger gaat een aantal wegen in de Palestijnse autonome gebieden afsluiten. Een dergelijke stap is niet meer voorgekomen sinds de intifadah, de Palestijnse opstand waaraan in 1993 na zes jaar een einde kwam. In het Midden-Oosten zijn zaterdag en gisteren pogingen gedaan om een einde te maken aan de jongste rellen. Volgens sommige berichten zouden de Israëliërs en de Palestijnen een staakt-het-vuren hebben bereikt.

De eerste doden, zes in totaal, vielen vrijdag op de Tempelberg. Vervolgens vielen zaterdag veertien doden verspreid over de Gazatrook en de Westoever. Gisteren vielen drie doden bij gevechten rond een kleine Joodse enclave in Nablus, Jozefs Graf. In de Gazastrook en op de Westoever vonden zes Palestijnen de dood, onder wie een tienjarig jongetje. De meeste slachtoffers kwamen om het leven bij vuurgevechten met Israëlische soldaten, maar er vielen ook doden doordat soldaten op stenengooiende Palestijnen vuurden.

Bij de strijd in Nablus zette het Israëlische leger gevechtshelikopters in, die al vurend laag over de Palestijnse activisten vlogen en honderden op de vlucht joegen. Het leger gaf later een verklaring uit waarin werd gezegd dat de actie nodig werd geacht om een gewonde Israëlische militair uit een benarde positie te redden.

De aanleiding tot de rellen is een demonstratief bezoek van de Israëlische oppositieleider Ariel Sharon aan de Tempelberg in Jeruzalem, die zowel door moslims als Joden als heilig wordt beschouwd. Sharon zei het bezoek van donderdag te hebben afgelegd om te laten zien dat Israël de baas is over de Tempelberg. Mogelijk was zijn bezoek een reactie op een verklaring van de Israëlische premier Ehud Barak, die een taboe doorbrak door de Palestijnen gedeelde controle over de Tempelberg aan te bieden.

Sharon ontkende gisteren dat hij verantwoordelijk is voor het geweld en noemde de rellen een „onderdeel van Arafats beleid om Israël en de Amerikanen onder druk te zetten wanneer hij niet krijgt wat hij wil.”

Een Palestijnse actievoerder, Bassem Naim, typeerde de onlusten als het begin van de strijd om Jeruzalem. De zeggenschap over Jeruzalem vormt het grootste struikelblok bij onderhandelingen over een definitief vredesakkoord tussen Israël en de Palestijnen.

Barak en de Palestijnse leider Yasser Arafat spraken elkaar zaterdagavond per telefoon naar aanleiding van de onlusten. Barak zei tegen Arafat dat hij het gebruik van geweld als hulpmiddel bij de onderhandelingen niet zal tolereren, zo liet het bureau van de premier weten. Medewerkers van Barak zeiden dat de premier ook contact had gehad met de Amerikaanse president Bill Clinton.

Verwaarlozing
Op de hele Westoever en in de hele Gazastrook speelden zich in het weekeinde dezelfde taferelen af. Palestijnse jongeren gooiden stenen, soms met behulp van katapulten, of flessen met daarin met benzine doordrenkte stukken stof naar soldaten, die vanachter muren en jeeps met rubberkogels en met scherp op de relschoppers schoten. Straten lagen bezaaid met stenen, vuilnisbakken waren omgekeerd en van in brand gestoken autobanden stegen rookpluimen op. In Hebron lieten relschoppers toen ze door hun stenen heen raakten, per taxi een nieuwe voorraad aanrukken.

De onlusten zijn de ernstigste sinds 1996, toen bij vuurgevechten tussen Israëlische soldaten en Palestijnen in drie dagen tijd 78 doden vielen. De rellen sloegen zaterdag over naar Israël zelf, waar Israëlische Arabieren de straat op gingen. De betogers verklaarden zich niet alleen solidair met de Palestijnen, maar uitten tevens hun frustraties over jaren van wat zij noemden discriminatie en verwaarlozing.

Het is de eerste keer dat de Israëlische Arabieren in verzet zijn gekomen. De onlusten deden zich voor in bijna alle Arabische gemeenschappen in Midden-Israël. Volgens radioberichten raakten tientallen personen aan beide zijden gewond.