Buitenland 24 augustus 2000

Zie ook: Opnieuw moord in Belfast

Rivaliteit verandert Shankill Road in oorlogszone

Protestantse bendes roeren zich

Door mr. S. de Jong
BELFAST – Noord-Ierland is in de ban van het geweld. Geen originele constatering, wel een juiste. Ditmaal zorgen ordinaire bendeoorlogen van protestantse paramilitaire groepen voor een crisissfeer. Ook katholieken hebben reden tot vrees. Meer dan eens zagen zij zich geconfronteerd met een opmerkelijke methode om vrede te herstellen.

Al een poosje sluimerden de spanningen onder de paramilitaire groepen. Afgelopen dagen kwamen ze tot een uitbarsting. Zoals gewoonlijk fungeert Shankill Road in Belfast als brandhaard. De brede straat in een protestantse arbeiderswijk is een berucht verzamelpunt van paramilitaire activiteiten. Omdat de schietpartijen, aanslagen met brandbommen en relletjes uit de hand liepen, voelde de Britse regering zich genoodzaakt tot het zenden van troepen om de orde te bewaren.

„Dit heeft met het vredesproces niets te maken. Dit is niets meer dan smerige, moordzuchtige oorlogvoering door bendes”, riep Peter Mandelson, de Britse minister voor Noord-Ierland, uit. In het midden van de jaren zeventig vochten de UVF en de UFF al eens een bloedige onderlinge strijd uit. Sindsdien hebben ze ongemakkelijk met elkaar samengeleefd.

Windeieren
In 1994, drie jaar voordat de IRA hun voorbeeld volgde, kondigden de belangrijkste protestantse paramilitaire groeperingen een wapenstilstand af. Van het gebruik van wapens tegen katholieken zou worden afgezien. In die dagen probeerden de Ulster Volunteer Force (UVF) en de Ulster Freedom Fighters (UFF) in het Combined Loyalist Military Command nog onder een gezamenlijke leiding te leven. Drie jaar later zakte het commando door onderlinge ruzies en onenigheid als een plumpudding in elkaar. De verhoudingen werden weer even slecht als ze ooit waren geweest.

Onder de vlag van de UFF gaat de Ulster Defense Association (UDA) schuil. Deze club is een samensmelting van diverse protestantse 'burgerwachten' die begin jaren zeventig ontstond. Direct vanaf het ontstaan beschouwde de UVF de UFF/UDA als een concurrent in de strijd voor het behoud van de banden tussen Ulster en Londen. De UVF, die zichzelf als evenknie van de IRA beschouwt, veracht de methoden van de UDA. Laatstgenoemde houdt zich niet slechts bezig met gerichte moorden, maar schrikt evenmin terug voor ongerichte aanslagen op burgers.

Maar beter dan de UVF is de UDA erin geslaagd een herkenbaar profiel neer te zetten. Het optreden van aansprekende leden van het kaliber Michael Stone –onlangs vrijgelaten onder de voorwaarden van het akkoord van Goede Vrijdag–, interviews in de media, een poging Sinn Fein-leider Gerry Adams te vermoorden – het zijn ingrediënten die de paramilitaire club geen windeieren legden. Dat vertaalt zich in de ontwikkeling van het ledental. Volgens The Times heeft de UVF momenteel ongeveer 10.000 leden, wat een halvering betekent ten opzichte van dertig jaar geleden. De cijfers voor de UDA zijn precies andersom.

Behalve de concurrentie met de UDA moet de UVF ook interne problemen het hoofd bieden. In de UVF vond in 1996 een scheuring plaats. Met als hoofdkwartier de stad Portadown ontstond de Loyalist Volunteer Force (LVF). Leider van de LVF was Billy Wright. Niet voor lang, het jaar daarop vermoordden katholieke misdadigers van de Irish National Liberation Army (INLA) –een afsplitsing van de IRA– deze gewelddadige man. Dat was in de Maze-gevangenis, waar Wright een lange straf uitzat voor geweldsmisdrijven. Zijn lijfspreuk leeft voort. De aanhangers van Wright achten zich „simply the best.”

Bruutheid
De breuk in de protestantse gelederen ging etteren als een onbehandelde rauwe wond die slecht wil genezen. Een paar moorden en aanslagen afgelopen maanden worden door ingewijden als wederzijdse afrekeningen beschouwd. En daarbij komt de UVF om de hoek kijken. „Om het mild te zeggen”, aldus correspondent in Noord-Ierland voor de BBC Brian Rowan, „de verdenking bestaat dat elementen van de UFF zich bij de splintergroep hebben geschaard en deze helpen bij de strijd tegen de UVF.”

De verwijdering is zo bitter dat zelfs bij het zien van de clubtekens de alarmbellen gaan rinkelen. Zo vroeg de UVF of de UFF ervoor wilde zorgen dat bij de loyalistische mars van vorige zaterdag in Belfast geen tekenen van de LVF zichtbaar zouden zijn. Natuurlijk werd prompt de vlag van de LVF geheven. Rowan stelt dat sommige „individuen binnen de UFF” de situatie uit de hand proberen te laten lopen, om zodoende de macht over de loyalistische beweging in handen te krijgen.

Uit de hand loopt het, zo veel is zeker. Zaterdag marcheerden honderden leden van de UDA over Shankill Road. Dat was ter ere van Stone en Johnny Adair, een andere boef die vervroegd uit de gevangenis kwam met dank aan het Goede-Vrijdagakkoord. ”Mad Dog” Adair –de bijnaam weerspiegelt zijn botte bruutheid– liep voorop, maar zit sinds dinsdagavond opnieuw gevangen, nu in de Maghaberry-strafinrichting. Mandelson oordeelde dat hij zijn vrijheid kennelijk misbruikte.

UDA-leden probeerden na afloop van de mars een pub van de UVF te bestormen. Daarop brak een vuurgevecht uit. Zeven mensen raakten gewond. In snel tempo escaleerden de ongeregeldheden. Maandag schoot een onbekende schutter, vermoedelijk lid van de UVF, twee leden van de UDA dood. Daarop ging een serie schietpartijen en wederzijdse brandstichtingen van start.

De UVF beantwoordde de uitdaging van zaterdag verder met een aanval op een kantoor van de aan de UFF gelieerde Ulster Democratic Party (UDP). Om de neerwaartse spiraal vooral niet te doorbreken, viel de UFF uit wraak het kantoor van de Progressive Unionist Party (PUP) aan. Want die partij heeft banden met de UVF. Zelfs woningen van PUP-aanhangers moesten het ontgelden. Tussen de bedrijven door leverde de politie vuurgevechten met gemaskerde UDA-leden.

Beschermgeld
Voor de UVF en voor de UFF/UDA is het geweld de moeite waard. Het afbakenen van de onderlinge grenzen in de verarmde protestantse buurten is belangrijk omdat de paramilitaire groepen er criminele (drugs)ondernemingen runnen. Behalve eer zijn aanzienlijke financiële belangen in het geding. Zo incasseert de UVF per week 50 pond beschermingsgeld van taxichauffeurs. De UDA op zijn beurt 'beschermt' projectontwikkelaars door van hen gelijksoortige bedragen te eisen. Waartegen deze belastingbetalers moeten worden beschermd, blijft vooralsnog onduidelijk. Dat in een normale samenleving de politie met deze taak is belast, lijkt een notie die aan de bendeleiders niet besteed is.

Aanhangers van de terreurbeweging Ierse Republikeinse Leger (IRA) hebben in de aangrenzende katholieke buurten tot waakzaamheid opgeroepen, omdat ze vrezen dat de twistende protestantse facties gezamenlijk hun wapens op de katholieken zullen richten in een poging het staakt-het-vuren van de IRA te breken. „Protestantse twisten worden meestal beëindigd door een gezamenlijke aanval op katholieken”, stelde Tom Hartley van Sinn Fein, de politieke vleugel van de IRA.

Als dat staat te gebeuren, is de vicieuze cirkel weer rond. En dat is precies waar sommigen op uit lijken te zijn. Als uit de gebeurtenissen van deze week één ding blijkt, is het dat de protestantse paramilitaire groepen in wezen helemáál geen belang hebben bij vrede en orde. De eerste die Mandelsons uitroep kan weerleggen, moet nog opstaan.